Steun voor verzorgingsstaat bleef afgelopen decennia
vrij constant
De steun voor de verzorgingsstaat in de publieke opinie, 1970-2002.
Een analyse van trends in meningen.
· In 1970 vond 77% van de Nederlanders dat de overheid meer
geld moest uitgeven aan openbare voorzieningen. In 1985 bedroeg dit
percentage 43% en in 2002 was dit 62%.
· De laatste tien jaar zijn Nederlanders misdaadbestrijding en
ordehandhaving belangrijker gaan vinden. In 2002 noemde 58% van de
bevolking ordehandhaving als belangrijk punt; in 1992 lag dit
percentage nog op 45%.
· Het percentage Nederlanders dat belang hechtte aan de
`bestrijding van de milieuverontreiniging' daalde van 53% in 1992 naar
24% in 2002.
· In 1975 vond 66% van de bevolking de inkomensverschillen te
groot. In 1980 was dit 73%, in 1991 50%, in 2000 66% en in 2002 58%.
· Het percentage Nederlanders dat tevreden is met de eigen
regering daalde van 77% in 2000 naar 59% in 2002. De waardering voor
het functioneren van de overheid daalde van 65% in 2000 naar 35% in
2002.
Dit zijn enkele conclusies uit de SCP-publicatie De steun voor de
verzorgingsstaat in de publieke opinie, 1970-2002. Een analyse van
trends in meningen die op dinsdag 29 maart jl. is verschenen.
In het rapport besteedt onderzoeker dr. Jos Becker aandacht aan de
steun die de Nederlandse verzorgingsstaat de afgelopen decennia onder
de bevolking heeft genoten. De analyse is gebaseerd op het onderzoek
Culturele veranderingen in Nederland dat elke twee jaar onder een
grote steekproef van de Nederlandse bevolking wordt gehouden.
Aangezien de laatste cijfers uit het Culturele Veranderingen-onderzoek
dateren uit 2002 kan in deze publicatie geen uitspraak worden gedaan
over de ontwikkelingen in de afgelopen twee jaar. Dat is overigens al
wel gebeurd in andere publicaties (zoals In het zicht van de toekomst,
Sociaal en Cultureel Rapport 2004) op basis van ander onderzoek. Op
grond hiervan kon geconstateerd worden dat begin 2004 het vertrouwen
in de overheid nog niet hersteld was en dat misdaadbestrijding en
ordehandhaving nog steeds een hoge prioriteit hebben.
De steun voor de verzorgingsstaat in de publieke opinie kan beschouwd
worden als een voorstudie tot de Sociale Staat van Nederland 2005 die
begin september zal verschijnen en waarin mede aandacht zal worden
besteed aan de nieuwste cijfers uit het onderzoek Culturele
veranderingen in Nederland 2004.
Steun voor uitgaven voor openbare voorzieningen
Een ruime meerderheid van de Nederlanders steunde in de periode
1970-2002 de overheidsuitgaven voor openbare voorzieningen. De steun
voor deze voorzieningen van de verzorgingsstaat fluctueerde overigens
met de conjunctuur: bij een economische teruggang nam ook de steun
voor uitgaven aan openbare voorzieningen af; bij een aantrekkende
economie werden de wensen weer groter.
In 1970 vond 77% van de Nederlanders dat de overheid over meer geld
voor openbare voorzieningen moest beschikken. In 1975 was dat 58%. In
1985 ging het om 43%, in 1991 om 58%, in 1998 om 65% en in 2002 om
62%.
De steun voor het idee, dat de uitkeringen van de sociale zekerheid
hoger zouden moeten zijn, neemt op lange termijn zelfs iets toe. In
1975 vond bijvoorbeeld 21% van de Nederlanders de bijstand te laag, in
1985 was dat 58% en in 2002 41%.
Van alle overheidsvoorzieningen zijn de kunstsubsidies de enige
waarvoor de steun in de loop der jaren
duidelijk is afgenomen. Sinds de jaren '80 is ruim de helft van de
Nederlanders van mening dat voor deze subsidies niet meer geld
beschikbaar moet komen.
Prioriteit voor misdaadbestrijding en ordehandhaving
In de periode 1992-2002 willen de Nederlanders vooral prioriteit geven
aan misdaadbestrijding en ordehandhaving. Op de vraag wat men
belangrijk vindt in de politiek, gaf in 1992 56% van de Nederlanders
aan dat dit misdaadbestrijding was en in 2002 was dit hetzelfde
percentage. Ordehandhaving steeg in diezelfde periode in prioriteit.
In 1992 noemde 45% van de bevolking dit als belangrijk punt, in 2002
was dit gestegen tot 58%.
Een soortgelijke ontwikkeling deed zich voor rond het op peil houden
van de sociale zekerheid. Dit steeg als prioriteit van 46% van de
bevolking in 1992 naar 54% in 2002.
Tegelijkertijd daalde het belang van werkloosheidsbestrijding van 52%
van de bevolking in 1992 naar 30% in 2002. Hetzelfde lot onderging de
bestrijding van de milieuverontreiniging. Deze daalde van 53% van de
Nederlanders in 1992 naar 24% in 2002.
Afnemende tevredenheid met functioneren overheid
In de tweede helft van de jaren '90 toont een overgrote meerderheid
van de Nederlanders (75 à 80%) zich nog tevreden met de eigen
regering. In 2000 treedt hier een daling op naar 77%, gevolgd door een
scherpe daling in 2002 naar 59%. Een nog sterkere daling doet zich
voor bij de tevredenheid over het functioneren van de overheid. Deze
tevredenheid daalt van 65% van de Nederlanders in 2000 naar 35% in
2002. De afgenomen waardering voor het overheidsbeleid doet zich
vooral voor op de terreinen veiligheid, zorg en onderwijs. In 1995 gaf
bijvoorbeeld 26% van de bevolking de overheid een voldoende voor de
zorg; in 2002 was dit percentage gedaald tot 17%.
Meerderheid bevolking voor inkomensnivellering
Hoewel de percentages schommelen, is in de periode 1975-2002 een
meerderheid van de Nederlanders
van mening dat de inkomensverschillen te groot zijn. Dat vindt 66% van
de bevolking in 1975, 73% in 1980, 50% in 1991, wederom 66% in 2000 en
58% in 2002.
Een meerderheid van de bevolking toont zich dan ook voorstander van
beleidsmaatregelen ter verkleining van de inkomensverschillen. De
meeste steun krijgt de stelling, dat de overheid de gelijkheid van
kansen moet bevorderen. In 1970 was 88% van de bevolking hiervan
voorstander en in 1996 was dit percentage 80%.
SCP-publicatie 2005/3, De steun voor de verzorgingsstaat in de
publieke opinie, 1970-2002. Een analyse van trends in meningen, Jos
Becker, Den Haag, Sociaal en Cultureel Planbureau, maart 2005, ISBN 90
377 0157 4, prijs EUR 12,50.
De publicatie is verkrijgbaar bij de boekhandel of te bestellen bij
het SCP via fax 070 - 340 7044,
e-mail: bestel@scp.nl of via de web-site: www.scp.nl
Sociaal en Cultureel Planbureau