Politie Flevoland

Geloofwaardige (verkeers)handhaving

Flevoland 24-03-2005 - Koropschef Pier Eringa heeft in het Tijdschrift van Politie van maart het volgende artikel geschreven over een geloofwaardige (verkeers)handhaving. Dit heeft hij al eerder kenbaar gemaakt op de nieuwsjaarsreceptie van 5 januari in Lelystad en tijdens het startsein van de mobiele trajectcontrole door Politie Flevoland op 11 maart. Hierbij de integrale weergave van het artikel in het tijdschrift.

Een van de favoriete gespreksonderwerpen op feesten en partijen is de gretigheid waarmee de politie onschuldige snelheidsovertreders op de bon slingert. Eringa kan zich de irritatie van de verongelijkte burger goed voorstellen. 'Wat mij betreft pakken we alleen de echte (verkeers)boeven.'

Mijn voorliefde voor het verkeer is groot. Als het mogelijk is, pak ik de politiemotor en ik bekeur per jaar ongeveer 25 mensen die zich misdragen in het verkeer. Daarbij kan men denken aan veel te snel rijden, rechts inhalen, niet handsfree bellen enzovoort. In bijna alle gevallen gebeurt dit met staandehouding.

Nadenken

Een persoonlijk gesprek met een politieman of -vrouw is wel zo prettig. Toch zouden we goed moeten nadenken over wijze van handhaving door de politie. Ik geloof niet dat het huidige strakke bekeuringsregiem van snelheidsovertredingen de beste methode is. Het leidt vast tot beter verkeersgedrag, maar het lijkt voor mij te veel op het schieten met een mitrailleur waar je juist gericht met enkele schoten meer bereikt. Overigens, wat willen we eigenlijk bereiken? Gaat het om verkeersveiligheid of om het handhaven van een norm vanwege de norm?

Andere

Het bekeuren voor lichte snelheidsovertredingen lijkt een enorme imagokiller voor de politie. Op verjaardagsvisites en in spotprentjes in de krant is het een van de favoriete thema's. Nu hoeft de politie niet te gaan voor de landelijke populariteitsprijs, maar zouden we niet gewoon moeten stoppen met de huidige intensivering van de verkeershandhaving? Er zijn anderen en andere methoden die kunnen zorgen voor meer verkeersveiligheid. Mijn idee is om te komen tot een Keurmerk Veilig Rijden voor wegen én motorvoertuigen.

Staphorster variant

De actieve rol van de politie in het domein Verkeer dateert van de jaren zestig, daarvoor was die rol veel minder dominant. Dat de politie iets met verkeer moest, was logisch: de hoeveelheid deelnemers aan het verkeer nam in die periode sterk toe. Maar de bemoeienis ging wel heel ver. We kennen allemaal het beeld van agenten die op drukke kruispunten op verhogingen het verkeer stonden te regelen. Dat komt op dit moment nauwelijks meer voor, want de techniek kan dit veel beter en efficiënter. Ook kwamen in die tijd de verkeersspecialisten op, die in witte jassen en met witte petten de weg op gingen om regelend en verbaliserend op te treden.

In 1980 startte ik mijn opleiding aan de Nederlandse Politie Academie. Een van de vakken was verkeerskunde. Als aankomend officier moest je van alles weten over de werking van verkeerslichtinstallaties en moest je kruispunten kunnen ontwerpen. Wie uit die studietijd kent niet de Staphorster variant?

Eenmaal na de opleiding in een korps gekomen, zag ik op de afdeling Verkeer een of meer tekentafels. Want zo ging dat. Politiemensen namen plaats achter de tekentafel om kruispunten en andere verkeerssituaties schetsen. Dit lijkt inmiddels achterhaald; mensen van de Verkeersacademie die nu bij provincie en gemeenten werken, kunnen dit veel beter. Het is gewoon niet ons vak.

Wegbeheerders pakten op dit terrein hun verantwoordelijkheid en maken dankbaar gebruik van de techniek en de specialisten die ze zelf in huis hebben. Je zou verwachten dat met de handhaving het zelfde zou gebeuren. Het tegenovergestelde is het geval. In plaats van een terugtrekkende beweging van de politie zijn we er nadrukkelijker ingestapt: intensivering van de verkeershandhaving! Ik vind dit jammer en onterecht.

Reptielen

Hoe werkt handhaving in het verkeer? Piet Vroon schreef in zijn boek De Wolfsklem een aantal interessante noties die voor ons toepasbaar lijken. Hij beschrijft het menselijk handelen en denken op een aantal niveaus. Hier mijn eigen interpretatie daarvan.

Ons hoogste niveau van denken kan redeneren en is gevoelig voor argumenten. In het verkeer kun je dit benutten met voorlichtingscampagnes waarin de risico's van verschillende gedragingen naar voren komen.

Daarnaast hebben we ook nog een dierlijk niveau. Dit bereikt niet het redeneerniveau, maar is gevoelig voor straffen en belonen. Daar waar Pavlov het over had. Met flitsen en verbaliseren raak je dit niveau. Een hoge pakkans leidt tot aangepast gedrag.

Het oudste denkniveau heeft te maken met een begrip als instinct. Hij noemt dat het reptielenniveau. Hier gaat het niet om redeneren of straffen en belonen. Een voorbeeld. Het besturen van de auto geeft ons een heerlijk gevoel van zitten in ons domein. Dit heerlijke gevoel wordt versterkt door veel snelheid te maken: Het appelleert aan het oorspronkelijke instinctmatige gevoel van met snelheid door de ruimte zoeven.

Deze sensatie kan zo sterk zijn dat straffen, belonen en redeneren er niet tegenop kunnen. Snel rijden is gewoon lekker! De beste interventiestrategie hierop is het fysiek onmogelijk maken door auto of weg aan te passen in plaats van de (gedachten) van de bestuurder van de auto. Daarmee kom je op de volgende interventiestrategieen: voorlichting en informatie, straffen en belonen (handhaven) en fysieke aanpassing.

Keurmerk

Mijn stelling is dat het in het verkeer vanwege een hoge mate van 'reptielendenken' beter is om gerichter te bekeuren en meer de doen met de fysieke en technische mogelijkheden. Zowel wegen als voertuigen zouden een Keurmerk Veilig Rijden moeten hebben, bij voorkeur zonder dat de politie hier een rol in heeft. Hoe zou dat er dan uit kunnen zien?

Begrenzen

De meeste wegen zijn te snel voor hun maximumsnelheid. Niemand rijdt te snel in een woonerf met veel bobbels, bochten een paaltjes. Om mensen de juiste snelheid te laten rijden, is het belangrijk dat de gestelde maximumsnelheid zichzelf afdwingt en niet afhankelijk is van aanwezigheid van de politie.

Bijna alle auto's, motoren en bromfietsen zijn veel te snel. Waarom voeren we niet de discussie dat het geen enkele zin heeft om motorvoertuigen op ons wegennet in Nederland toe te laten die sneller kunnen dan 120 kilometer per uur? Waarom begrenzen we wel de snelheid van vrachtwagens en niet van auto's, motoren en bromfietsen? Om te beginnen inwoonwijken..

Minirotondes

Met de tegenwoordige techniek is veel meer mogelijk. Via technische snufjes is het mogelijk de weg veel veiliger te maken. Minirotondes helpen enorm, 30-kilometerzones gaan werken als de infrastructuur is aangepast, ribbelstrepen (deze maken geluid als je eroverheen rijdt) kunnen voorkomen dat mensen suffend in de berm komen. Goed afgestelde verkeerslichtinstallaties moeten voorkomen dat mensen onnodig staan te wachten voor rood. Dit is beter dan er een politieagent naast te zetten. Het invoeren van een Keurmerk Veilig Rijden voor wegen kan echt helpen de juiste snelheid op de juiste plek te krijgen.

Gegevens koppelen

Waarom werkt het niet dragen van een gordel niet als startonderbreker? Technisch moet het mogelijk zijn dat de auto pas start bij het omdoen van de gordels. Je hoeft de politie dan alleen maar in te schakelen om fraudeurs te pakken. De techniek doet de rest. Ook kan gedacht worden aan een ingebouwde blaastester, die ook het starten van de auto onmogelijk maakt bij te veel alcohol. Zo zijn er vast meer voorbeelden te bedenken die voorwaarden kunnen zijn om een auto toe te laten op de weg.

Te snel

Verzekeraars mogen veel meer doen aan de premie als klanten zich niet aan de wet houden. In mijn optiek mag er een koppeling komen tussen justitiële gegevens en verzekeringsmaatschappijen. Iemand die te veel drinkt achter het stuur, die veel te snel rijdt of zonder helm op een veel te snelle bromfiets rijdt, verdient of een hoge premie of een afscheid van het verzekeringsbedrijf. Wél zijn
verzekerings-maatschappijen actief met het inbouwen van chips tegen autodiefstal. Mag het dan misschien ook op andere fronten?

Speerpunt

En de politie dan? Wat mij betreft pakken we de echte verkeersboeven. Voor mij zijn dat mensen die bijvoorbeeld misbruik maken van de hiervoor genoemde technieken op het gebied van alcohol, snelheid of gordel. Ook zal asociaal en onveilig verkeersgedrag speerpunt van de politie moeten blijven. Die groep bestuurders mag weten dat fout gedrag geld kost of zelfs (tijdelijk) je rijbewijs! Politie en Openbaar Ministerie moeten zich richten op geloofwaardige handhaving en vervolging. En geloofwaardig voor mij is als vrienden en bekenden met een gemiddeld rechtvaardigheidsbesef (hoe subjectief dat ook moge zijn) begrip hebben voor de bekeuringen die ze zelf krijgen. De flitsbekeuringen van nu die jaarlijks leiden tot meer dan 500 miljoen euro opbrengst voor de schatkist geven dat gevoel niet.

Pier Eringa is korpschef van politie Flevoland en hoofdredacteur van dit tijdschrift.