Ernst & Young

Ernst & Young: strenger toezicht op persberichten noodzakelijk

ROTTERDAM, 24 maart 2005 - Beursgenoteerde ondernemingen leven de wet niet na door rondom de presentatie van hun jaarcijfers uitgebreide en gedetailleerde persberichten uit te brengen zonder aan te geven of die zijn gebaseerd op een door de accountant gecontroleerde jaarrekening. Dit blijkt uit onderzoek van Ernst & Young naar de persberichten van 99 ondernemingen met een notering aan Euronext Amsterdam.

"Jaarcijfers worden in vergelijking met vijf jaar geleden veel sneller bekend gemaakt, doorgaans door het uitgeven van persberichten", stelt prof. dr. Ruud Vergoossen, voorzitter van het directoraat Vaktechniek van Ernst & Young Accountants. "Stakeholders dwingen ondernemingen om zo snel mogelijk naar buiten te treden met gedetailleerde informatie over de financiële resultaten. Inmiddels voegen negen van de tien ondernemingen een (beknopte) jaarrekening toe aan het persbericht. Daarmee zijn de persberichten een steeds belangrijkere informatiebron geworden en is de impact door de actualiteitswaarde vele malen groter dan het verschijnen van de officiële jaarrekening. Het is dan ook van groot belang dat duidelijkheid bestaat over de kwaliteit van de jaarcijfers die door middel van persberichten naar buiten worden gebracht."

Zeventig procent van de onderzochte berichten bevat hierover echter geen informatie. In zes procent van de persberichten wordt gemeld dat de onderliggende (officiële) jaarrekening is voorzien van een goedkeurende accountantsverklaring. Daarnaast meldt twintig procent van de ondernemingen dat de cijfers zijn gebaseerd op een jaarrekening die nog niet is gecontroleerd of waarvan de accountantscontrole nog niet is afgerond. Vier procent meldt weliswaar dat de controle is afgerond maar verstrekt geen informatie over de strekking van de accountantsverklaring.

"Het publiceren van een jaarrekening is omgeven door allerlei wettelijke regels. De ruim daarvoor naar buiten gebrachte persberichten zijn qua vorm en inhoud echter vrij. Hier ligt een belangrijke taak voor de AFM, zij zouden ook de persberichten van beursgenoteerde ondernemingen moeten toetsen", zegt Vergoossen. "Daarnaast zou de accountant nauwer betrokken moeten worden bij de persberichten. Hij kan beoordelen of hetgeen in het persbericht wordt gemeld, in overeenstemming is met het beeld van de jaarrekening." Het onderzoek laat zien dat de persberichten eerder verschijnen dan vijf jaar geleden en bovendien omvangrijker en gedetailleerder worden. AEX-fondsen geven een bericht gemiddeld negen dagen eerder uit dan in 2000 werd geconstateerd (54 dagen in 2005, tegenover 63 dagen in 2000). Journalisten moeten ook meer tekst lezen. Het persbericht telt gemiddeld 14 pagina's meer (24 pagina's in 2005 tegenover 10 pagina's in 2000). Bij de AMX-fondsen en overige fondsen zijn soortgelijke trends waarneembaar.

Onderzoeksopzet
Voor het onderzoek zijn de persberichten van 99 beursgenoteerde ondernemingen, verdeeld over de categorieën AEX-, AMX-en overige fondsen, onderzocht. Als benchmark diende een eerder onderzoek naar persberichten uit 2000.

Voor meer informatie over dit onderwerp kunt u terecht bij onze woordvoerder Toby Ellson, telefoon 010 406 53 64.