Eerste Kamer over ruimtelijk economische ontwikkeling
woensdag 23 maart 2005
Op maandag 21 en dinsdag 22 maart heeft de Eerste Kamer uitvoerig met
de regering van gedachten gewisseld over de ruimtelijk-economische
ontwikkeling van Nederland binnen de Europese Unie aan de hand van
nota's van vier departementen. Het gaat om de nota's Ruimte
(Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu), Mobiliteit
(Verkeer & Waterstaat), Pieken in de Delta (Economische Zaken) en de
Agenda Vitaal Platteland (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit). Er
waren zes bewindspersonen naar de senaat gekomen om het
regeringsbeleid toe te lichten en te verdedigen. Het was voor het
eerst dat in de senaat een integraal beleidsdebat over nota's van
zoveel verschillende ministeries werd gehouden.
De Eerste Kamer dwong het kabinet nog wat extra huiswerk af met enkele
moties, die door vrijwel alle fracties werden ondersteund. Al tijdens
het debat deed de regering enkele toezeggingen. Zo gaan het
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en het
Ruimtelijke Planbureau (RPB) de kennis over het beleid in de Europese
Unie inzake ruimtelijke ordening vergaren, bundelen en vertalen in
beleidsconsequenties voor Nederland. Dit gebeurt op voorstel van
mevrouw Meindertsma (PvdA).
Ook zal het kabinet, naar aanleiding van een motie van CDA'er
Lemstra,een verkenning laten uitvoeren over ontwikkelingen op langere
termijn over zaken als klimaatverandering en zeespiegelstijging,
hoogwaterproblemen, de ontwikkeling van Schiphol en de bereikbaarheid
van de Randstad.
Een motie (ook van PvdA-ster Meindertsma) waarin om meer mogelijkheden
voor burgers en instellingen wordt gevraagd om op nationaal niveau bij
te dragen aan de ontwikkelingsplanologie in Nederland wees de regering
af.
Staatssecretaris Van Geel (CDA, milieu) die mede de afwezige minister
Dekker (VVD, ruimtelijke ordening en volkshuivesting) verving zei dat
meer inspraakmogelijkheden op nationaal niveau niet passen bij het
nieuwe beleid, zoals verwoord in de nota Ruimte. De nota geeft een
centrale rol aan gemeenten en provincies. Op die lagere
bestuursniveaus zijn er al genoeg participatie-mogelijkheden voor
burgers, vindt de regering.
Woordvoerder mevrouw Bierman van de VVD-fractie waarschuwde de
regering met klem voor onderschatting van de risico's voor
overstromingen in Nederland. De VVD wil dat de regering prioriteit
geeft aan het voorkomen van de grootste risico's met de grootste
gevolgen. Mevrouw Bierman riep de bewindslieden op bestuurlijke moed
te tonen en te kiezen voor het beperken van de grootste risico's
(bijvoorbeeld een overstroming) in plaats van beleidskeuzes te maken
op basis van angstgevoelens. "Nog teveel zijn angstgevoelens in plaats
van statistische feiten bepalend voor het risicobeleid van de
overheid", aldus de VVD-senator.
Een punt van kritiek van vrijwel alle fracties betrof de 'lelijkheid'
van bedrijventerreinen. Staatssecretaris Van Gennip (CDA, economische
zaken) zei dat dit voor een deel een kwestie van smaak is. "Er zijn
ook parkachtige terreinen, met hier en daar een bedrijfsgebouw", zei
zij. Maar niettemin neemt zij de kritiek ter harte. Zo komen er
proefprojecten om bedrijven terreinen beter in te passen in het
landschap en te voorzien van mooier ogende gebouwen. Maar uiteindelijk
moeten gemeenten en provincies letten op de aanschouwelijkheid van
bedrijventerreinen, zei de staatssecretaris.
Over de ingediende moties zal op 5 april worden gestemd.
---
link (opent in een nieuw venster) stenogram maandag 21 maart 2005
Dit is een downloadbaar word-bestand van 227.5 Kilobyte word
link (opent in een nieuw venster) stenogram dinsdag 22 maart 2005
Dit is een downloadbaar word-bestand van 580 Kilobyte word
Aan de informatie op deze site kunnen geen rechten worden ontleend.
Eerste Kamer der Staten Generaal