Ministerie van Buitenlandse Zaken

Geannoteerde agenda van de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen (RAZEB) van 16 en 17 maart 2005

Algemene zaken

Voorbereiding Voorjaarsraad
Aan de Raad zullen de concept conclusies van de Voorjaarsraad 22 en 23 maart voorliggen. Op moment van schrijven zijn deze conclusies nog niet bekend. Het Voorzitterschap zal eerst op 10 maart concept-conclusies voorleggen aan Coreper. Nederland zal hierop reageren conform de lijn van het Nederlands standpunt, zoals de Kamer is toegegaan op 21 februari jl. (TK 21 501-20, nr. 275).

FP's / cohesie
Voor de Financiële Perspectieven staat de presentatie van de negotiating box van het Luxemburgse Voorzitterschap op de agenda. Voorafgaand aan de RAZEB, zal de negotiating box eerst worden gepresenteerd aan Coreper II op 10 maart 2005. Tijdens beide bijeenkomsten houdt het Luxemburgse Voorzitterschap uitsluitend een presentatie. Er is dus geen gelegenheid voor inhoudelijke reacties. Het eerste moment waarop er inhoudelijk op de negotiating box kan worden gereageerd, is tijdens de speciaal daartoe belegde bijeenkomst van Coreper II, die een dag na de RAZEB (17 maart 2005) plaatsvindt. De negotiating box bestaat uit een lijst van onderwerpen waarover tussen de lidstaten nog geen overeenstemming bestaat. Het is nog niet bekend welke er precies in zullen staan, maar zeer waarschijnlijk zijn dit naast onderwerpen aan de uitgavenkant ook onderwerpen aan de inkomstenkant (Eigen Middelen). Voor Nederland is het belangrijk dat ook de Eigen Middelen onderdeel uitmaken van de negotiating box. Zonder aanpassing van het Eigen Middelen systeem kan er, wat Nederland betreft, geen akkoord over de uitgaven komen.

Externe betrekkingen

Uitbreiding / Kroatië
De Europese Raad van 17 december jl. besloot dat de toetredingsonderhandelingen met Kroatië op 17 maart 2005 kunnen worden geopend, mits volledig wordt meegewerkt met het ICTY. De RAZEB zal bespreken of dit het geval is. Het oordeel van aanklager Del Ponte over de Kroatische samenwerking met het ICTY zal daarbij van groot gewicht zijn.

MOVP
De Raad zal mede naar aanleiding van de bijeenkomst van 1 maart jl. in Londen over steun aan de Palestijnse Autoriteit de mogelijkheden bezien voor aanvullende maatregelen vanuit de EU. Daarbij moet in aanmerking worden genomen dat de Unie al zeer actief is in de Palestijnse gebieden, o.m. op veiligheidsgebied, bij de ondersteuning van verkiezingen en ter bevordering van economische ontwikkeling. Gelet op het positieve momentum dat zich momenteel voordoet in de relaties tussen Israël en de Palestijnen zou een positief signaal van de Top van de Arabische Liga die op 22 en 23 maart in Algiers zal plaatsvinden welkom zijn, wellicht in de vorm van een duidelijke verwijzing naar de Verklaring van Beiroet van maart 2002. In deze verklaring boden de Arabische landen Israël een einde aan het conflict en normale betrekkingen aan in ruil voor een Israëlische terugtrekking uit de gebieden die in 1967 werden bezet. Voorts zal de Raad aandacht besteden aan de ontwikkelingen in Libanon, waarbij Nederland er voor zal pleiten de druk op Syrië hoog te houden. Nederland zal opnieuw aandacht vragen voor de Syrische opstelling ten aanzien van terroristische organisaties, zoals Hezbollah, die het vredesproces in gevaar brengen. Dergelijke organisaties moeten op de EU-bevriezingslijst worden geplaatst.

VN-Mensenrechtencommissie

Met het oog op de 61e zitting van de VN-Mensenrechtencommissie (MRC) van 14 maart tot en met 2 april te Geneve zal de Raad conclusies aanvaarden over de geografische en thematische initiatieven die de EU tijdens deze zitting zal ondernemen. De Raad zal zich uitspreken tegen het gebruik van zogenaamde 'no action'-moties door regionale groepen, zoals onlangs tijdens de zitting van de Derde Commissie van de AVVN is gebeurd. De Nederlandse inzet tijdens de MRC is reeds uitvoerig toegelicht per brief d.d. 24 februari jl. (TK 29 800 V, nr. 81).

Rusland
De Raad zal spreken over de voorbereidingen van de EU-Rusland Top op 10 mei 2005. Net als tijdens de vorige Top in november 2004 in Den Haag zal de uitwerking van de vier gemeenschappelijke ruimten (economisch; interne veiligheid, vrijheid en rechtvaardigheid; externe veiligheid; onderzoek, onderwijs en cultuur) daarbij centraal staan. Overeenkomstig de Nederlandse inzet zal de EU blijven vasthouden aan de afronding van de vier ruimten als één pakket.

Algemeen Preferentieel Stelsel
De Raad zal zich buigen over de herziening van het Algemeen Preferentieel Stelsel (APS). Het Algemeen Preferentieel Stelsel is een eenzijdig EU-stelsel van handelspreferenties dat begunstigde landen tariefkortingen geeft bij de import van bepaalde producten in de EU, zolang de landen voldoen aan een aantal criteria. In reactie op de recente Tsunami in Azië voorziet het huidige voorstel in vervroegde inwerkingtreding per 1 april 2005. Leidraad voor Nederland bij de herziening van het APS is een zo groot mogelijke markttoegang voor ontwikkelingslanden en verhoging van de benuttingsgraad. In dat kader zet Nederland zich in om het aanbod te verbeteren en het APS gemakkelijker toegankelijk te maken.

ENP
In vervolg op de goedkeuring van de eerste zeven actieplannen tijdens de RAZEB van december 2004 zal de Commissie in het kader van het Europees Nabuurschapsbeleid vijf landenrapporten presenteren, te weten die voor Georgië, Armenië, Azerbeidzjan, Libanon en Egypte. Deze rapporten behelzen een feitelijke beschrijving van de situatie in deze landen. Naar aanleiding van deze rapporten zal worden bekeken of, en zo ja wanneer, de Commissie kan beginnen met consultaties over actieplannen met de onderhavige landen.

Soedan
De Raad zal de discussie in de VN-Veiligheidsraad over een ontwerp-resolutie over Soedan bespreken, alsook de situatie in Darfur en de implementatie van het vredesakkoord tussen Noord- en Zuid-Soedan. Nederland blijft van mening dat de Veiligheidsraad gevolg zou moeten geven aan de aanbevelingen van de Internationale Onderzoekscommissie van de VN, waaronder verwijzing van berechting van in Darfur begane misdaden naar het Internationaal Strafhof. Voorts moet de druk op alle partijen in Soedan om met urgentie te werken aan een oplossing van het conflict in Darfur worden gehandhaafd, waarbij zowel positieve als negatieve maatregelen gebruikt kunnen worden. De situatie in Soedan heb ik ook besproken met minister Rice tijdens mijn recente bezoek aan Washington. Ingaand op de verwijzing van het lid Koenders tijdens het mondelinge vragenuur van 1 maart jl. naar een mogelijke "no fly zone", verwelkomt Nederland dat de Soedanese regering inmiddels de Antonov-vliegtuigen heeft teruggetrokken uit Darfur en heeft toegezegd geen offensieve luchtacties uit te voeren. Tevens heeft de Soedanese regering ingestemd met het informeren van de missie van de Afrikaanse Unie (AU) en de partijen in Darfur over het uitvoeren van vluchtbewegingen. Uit eerste berichten vanuit de AU komt naar voren dat deze afspraken worden nageleefd.


---- --