Nederlandse Hartstichting

Invloed van voedingsmarketing op kinderen aanzienlijk 22-3-2005
Den Haag, 22 maart 2005- Tijdens het eerste Nederlandse seminar van de Nederlandse Hartstichting over voedingsmarketing en kinderen worden vandaag de resultaten gepresenteerd van twee onderzoeken op het gebied van kindermarketing, regulering en opvoeding. De Hartstichting wil naar aanleiding van deze resultaten de dialoog met stakeholders rond voedingsmarketing voor kinderen verder in gang zetten. Kinderen worden een steeds belangrijkere doelgroep voor voedingsmarketeers en worden met kindgerichte multi-media concepten benaderd terwijl de regulering op dit vlak scherper zou moeten. Uit het onderzoek blijkt ook dat voedingsreclame steeds meer de vuistregels over (op)voeding gaat bepalen. Reden te meer om gezamenlijk met stakeholders te zoeken naar oplossingen voor het probleem van voedingsmarketing en kinderen om het risico op overgewicht in de toekomst te beperken.

Regelgeving voedingsmarketing en kinderen niet optimaal

Uit het eerste onderzoek naar voedingsmarketing en regulering blijkt dat de marketing van energierijke producten van invloed is op het eetpatroon van kinderen. Regulering op dit gebied bestaat in Nederland uit wetgeving ( mediawet, mediabesluit) en zelfregulering (Reclamecode, gedragscode FNLI). Zwakke punten van deze vormen van regulering zijn weinig inhoudelijke restricties en beperkte toepasbaarheid ( wetgeving). Bovendien is er geen beperking op de hoeveelheid reclames (zelfregulering). Daarnaast wordt bij zelfregulering het gebruik van bijvoorbeeld premiums en aansprekende karakters niet aan banden gelegd. Op het sanctiegebruik en de procedures valt bij beide vormen ook nog van alles aan te merken. Deze zwakke punten en de ernst van de problemen die overgewicht en obesitas met zich meebrengen leiden tot de conclusie dat regelgeving nu nog niet optimaal beschermt tegen de effecten van voedingsmarketing.

In het onderzoek is ook de houding van de industrie meegenomen. Hierbij blijkt dat zij van mening zijn dat reclame past bij de huidige maatschappij. De verantwoordelijkheid van de industrie ligt bij productinformatie, laag calorische alternatieven en een gevarieerd assortiment. De verantwoordelijkheid voor overgewicht ligt volgens de industrie ook bij scholen, ouders, de politiek en maatschappelijke organisaties. Hoewel de industrie niets voelt voor aanvullende wettelijke regelgeving lijkt er wel draagvlak te zijn voor het aanscherpen van de zelfregulerende codes.

Ouders onzeker over (op)voeding
Uit het onderzoek over ouders en voedingsmarketing blijkt dat reclame een steeds belangrijkere invloed op de opvoeding krijgt, omdat ouders in Nederland steeds toegeeflijker opvoeden. Reclame gaat steeds meer de vuistregels binnen gezinnen over (op)voeding bepalen. Daarbij wordt ingespeeld op de onzekerheid van ouders en de harmonie in het gezin die ouders zoeken.

De insteek bij het onderzoek was de indirecte invloed van voedingsreclame op kinderen via de ouders. Doel hiervan was meer inzicht te krijgen in de wijze waarop reclame voor ongezonde voeding de attituden van de verschillende typen ouders beïnvloedt en de vraag of deze invloed een rol speelt bij de voedingskeuze van ouders voor hun kinderen. De focus lag hierbij op televisiereclame voor ongezonde voeding (voeding met een hoog gehalte van suiker, vet en/of zout). Doelgroep waren ouders met kinderen in de leeftijd van drie tot twaalf jaar oud.

Conclusie is dat verschillende oudertypen (autoritair, authoratief en permissief) op een andere manier door voedingsreclame worden beïnvloed. Permissieve ouders zijn het meest gevoelig voor commerciële bronnen, omdat hierin vooral een vrolijk, gezellig gezinsbeeld wordt geschetst dat past bij hun wens om hun gezin gelukkig te maken. Een combinatie van een laag kennisniveau over voeding, de zoektocht naar dit ideale gezinsbeeld en het geringe vertrouwen in zichzelf, zorgen daarvoor. ?Mijn zoon eet meestal op zijn kamer, omdat hij andere programma's wil kijken dan de twee dochters? zegt een van de moeders van de onderzochte gezinnen. Een oudere ouder: ?ik heb wel eens geprobeerd een appel in stukjes mee te geven naar school, maar dat vond ze niet lekker, dus nu doe ik het niet meer?. Ouders met een verschillende opvoedstijl vergen dus ook een verschillende aanpak om weerbaarder gemaakt te worden in de omgang met voedingsmarketing. In de aanbevelingen uit het rapport ligt daarom de nadruk op voorlichting en educatie over voeding.

Kids, Kilo's en Kijkcijfers
De Nederlandse Hartstichting en De Vrije Universiteit van Amsterdam hebben een tweetal onderzoeken gestart naar aanleiding van een grootschalig Europees project over de effecten van voedingsmarketing op kinderen, genoemd Kids, Kilo's en Kijkcijfers. Dit project is een reactie op de verontrustende ontwikkelingen op het gebied van overgewicht en obesitas bij kinderen.


---

----------------------------------
Samenvattingen van beide onderzoeken zijn te downloaden via www.hartstichting.nl

Voor meer (inhoudelijke) informatie:
Esther Hettema, Communicatie t: 070 ? 31 55 637 e: e.hettema@hartstichting.nl
Karen van Reenen, programma manager jeugd t: 070 - 31 55 624 e: k.van.reenen@hartstichting.nl