Time : 11:04:53 AM
Date : Tuesday, March 22, 2005
Sender Name: VVI
Vergeet de Vlaamse regering de vergrijzing!?
Dat de Vlaamse bevolking vergrijst, is genoegzaam bekend. Vooral het
aantal 80-plussers neemt de komende jaren sterk toe. Tussen 2000 en
2010 zal deze bevolkingsgroep in Vlaanderen met 47,3% aangroeien. Het
is vooral deze groep die ruim gebruik maakt van het zorgaanbod. De
concrete beleidsgegevens bevestigen dat de Vlaamse overheid te weinig
werk maakt van de gevolgen van de actuele vergrijzing. We bekijken
dit vanuit de investeringen in de noodzakelijke uitbouw van
woongelegenheden in de rusthuissector.
De Vlaamse overheid legt zichzelf een programmatienorm op die
gebaseerd is op de feitelijke gebruikerspercentages in de rusthuizen
naar leeftijdsgroep toe. Door deze te koppelen aan de demografische
evolutie, kan de overheid de toekomstige behoeften vrij goed
inschatten.
Uit de cijfergegevens van de Vlaamse administratie constateren we dat
deze programmatienorm steeds minder bereikt wordt. Terwijl in 2000
nog 90 % van de norm effectief gerealiseerd werd, is dit vandaag
teruggevallen tot 83 %. Dit betekent in absolute aantallen dat er in
2000 welgeteld 6000 rusthuiswoongelegenheden tekort waren in
vergelijking met de demografische behoefte. In 2005 is dit tekort
gestegen tot 12 300 woongelegenheden. Een verdubbeling op 5 jaar.
Hoe recenter het jaar, hoe kleiner de aangroei. In 2004 moest er naar
behoefte toe een aangroei gerealiseerd worden van 2 292
woongelegenheden. Het werden er uiteindelijk 195. Het laagste
aangroeicijfer sedert 1990, het jaar dat de telling voor het eerst
gebeurde.
Voor de nabije toekomst vrezen we het ergste! In 2010 zal er nood
zijn aan 85 621 woongelegenheden. Dit houdt in dat tussen 2005 en
2010 een aangroei moet gerealiseerd worden van 4 700
woongelegenheden, elk jaar opnieuw. De hoogste aangroei ooit was
evenwel slechts 1 911. We spreken dan nog niet over de noodzakelijke
behoefte aan vernieuwbouw. De woonbehoeften van de ouderen zijn
gewijzigd. De normen van de overheden werden hieraan aangepast,
waardoor een aantal rusthuizen hun erkenning dreigt te verliezen.
Het precieze effect op de wachtlijsten of de zorgtekorten kan
onmogelijk ingeschat worden. De overheid voert immers geen
wachtlijstbeleid in de rusthuissector.
Veel kan verklaard worden vanuit het Vlaams overheidsbeleid inzake
infrastructuurwerken. De budgetten die door de Vlaamse overheid
gereserveerd worden voor de (vernieuw)bouw van woongelegenheden in de
rusthuissector gebeurt via het VIPA - het Vlaams Infrastructuurfonds
voor Persoonsgebonden Aangelegenheden.
In 2000 kon het VIPA nog rekenen op een eigen budget van 66 miljoen
euro. In 2005 is dit teruggevallen op 34 miljoen euro. Het eigen
VIPA-budget voor de rusthuissector werd dus met bijna de helft
verminderd, terwijl het eigenlijk had moeten verdubbelen. Voorlopig
werd dit voor 2003 en 2004 gedeeltelijk opgevangen door zogenaamde
éénmalige uitgaven. Evenwel... too little, too late.
De wachtlijst bij het VIPA is immers indrukwekkend aangegroeid.
Vandaag liggen er voor 195 miljoen euro administratief afgeronde
dossiers bij het VIPA. De indieners zijn nog niet op de hoogte
gebracht omwille van... geldgebrek. Voorlopig zal slechts 16 % van deze
dossiers in 2005 ook een subsidiebelofte krijgen van de bevoegde
minister. Voor de dossiers die nog niet volledig administratief
afgehandeld werden, wordt het budget voor dit jaar geraamd tussen 60
à 70 miljoen euro. Grosso modo heeft het VIPA dus een potentieel van
250 miljoen euro. Het betreft zowel nieuwbouw als vernieuwbouw.
Een eenvoudig rekensommetje leert ons dat het -met het huidige
budget- meer dan 7 jaar duurt louter om de achterstand weg te werken.
Een verhoging van het budget is dan ook meer dan noodzakelijk. De
meerjarenbegroting kan en mag hier niet aan voorbijgaan.
We beseffen goed dat de rusthuissector slechts één particulier
onderdeel is van het ruimer ouderenzorgbeleid. Naar
infrastructuurfinanciering toe zijn er nog andere opvangvormen zoals
de serviceflats, kortverblijf, dagopvang... Allen hebben ze één kenmerk
gemeen. Ze zijn er nog slechter aan toe dan de hier geschetste
rusthuissector.
Bovendien zin we er ons van bewust dat het hier slecht één budgettair
luik betreft van het rusthuisdossier, met name de noodzakelijke
uitbreiding van het aanbod. De andere luiken zijn: betaalbaarheid en
kwaliteit. De afgelopen jaren werd hierin door de Vlaamse overheid
terecht geïnvesteerd door respectievelijk de zorgverzekering en de
CAO-akkoorden.
Welke les trekken we hieruit!?
Het rusthuisbeleid is geen OF OF, maar een EN EN beleid. Een
noodzakelijke verhoging van de uitgaven voor het ene luik, mag niet
gecompenseerd worden door besparing op de budgetten van een ander
luik.
In het kader van het actuele debat inzake vergrijzing kijken vele
beleidsvoerders constant naar verre horizonten 2020 - 2050, terwijl
de gevolgen van de scherpe stijging van het aantal 80-plussers zich
vandaag reeds voltrekken.
Er wordt ondertussen ijverig gezocht naar mogelijke alternatieve
financieringssystemen zoals BEVAK-formule, Privaat-Publieke
Samenwerking (PPS), samenwerking tussen sociale huisvesting en
intramurale sector...
Enkelen denken zelfs de vergrijzing te bekampen door de actuele
normen en criteria in vraag te stellen...
Voor al deze initiatieven uitmondden in concrete projecten, zullen
heel wat hoogbejaarden ontegensprekelijk de gevolgen van de
zorgtekorten aan de lijve ondervinden.
Regeren is niet alleen vooruitzien...
HUGO VERHENNE
Voorzitter van de Kristelijke Beweging van Gepensioneerden
GODDIE DE SMET
Voorzitter van het Vlaams Ouderen Overleg Komitee
MONICA DE CONINCK
Voorzitter van de afdeling OCMW's van het VVSG
JULIEN VAN CAMP
Voorzitter van het Verbond van Verzorgingsinstellingen
Voor meer info :
Johan Truyers - Studiedienst KBG
tel 02/246.44.40
Elke Vastiau - VVSG
tel 02/211.55.00
Tarci Windey - VVI
tel 02/511.80.08