Gemeente Hoorn
Politie kan verblijfsverbod opleggen
Persbericht d.d.: 21 maart 2005
Vanaf 31 maart 2005 kan de politie in het stationsgebied Kersenboogerd
personen die herhaaldelijk overlast veroorzaken of de veiligheid in
gevaar brengen een verblijfsverbod van twee tot twaalf weken opleggen.
De burgemeester heeft het gebied op grond van de Algemene Plaatselijke
Verordening aangewezen als gebied waar personen in verband met de
openbare orde of de zedelijkheid de toegang kan worden ontzegd. Een
verblijfsverbod mag alleen worden opgelegd als er op grond van eerdere
feiten vrees is voor herhaling. Met de maatregel willen gemeente en
politie vooral de handel in drugs, winkeldiefstallen en overlast
verder terugdringen. Het gaat om een aanvullende maatregel, naast de
strafrechtelijke aanpak.
Van december 2003 tot december 2004 was het stationsgebied een
zogeheten veiligheidsrisicogebied. Dit hield in dat de politie binnen
dat gebied mensen, bagage en vervoermiddelen mocht controleren op
wapens zonder dat concreet sprake was van verdenking. Aanleiding voor
de maatregel in 2003 was het relatief grote aantal voorvallen met
wapens. De aanwijzing tot veiligheidsrisicogebied kon onlangs worden
ingetrokken. Zowel het aantal straatroven als het aantal in beslag
genomen wapens was namelijk flink gedaald. Een verblijfsverbod, in
combinatie met een gerichte aanpak van het straatdealen en het op de
huid zitten van zogenoemde draaideurcriminelen (veelplegers), moet de
veiligheid in het stationsgebied verder verbeteren. Volgens
burgemeester O. van Veldhuizen is deze maatregel vooral bedoeld om op
te kunnen treden tegen de groepen die handelen in drugs of zich
schuldig maken aan heling van gestolen goederen. Vaak gaat dit samen
met drankmisbruik en het vervuilen van portieken. Door via
verblijfsverboden de groepen uit elkaar te trekken, moet de overlast
minder worden.
Regels
Wie een verblijfsverbod krijgt opgelegd, mag zich tussen 12.00 uur `s
middags en 06.00 uur `s ochtends niet in het gebied bevinden. De
politie kan een verblijfsverbod opleggen voor twee, zes of twaalf
weken. Het opleggen van een verblijfsverbod is aan regels gebonden. De
feiten waarvoor een verbod kan worden opgelegd, zijn duidelijk
omschreven. Er moet bovendien vrees voor herhaling zijn. Dat is het
geval als:
* iemand in de 6 maanden voor zijn/haar aanhouding van de politie
een (op naam gestelde) waarschuwing of een (eerdere)
verblijfsontzegging heeft gekregen.
* in de 12 maanden voor zijn/haar aanhouding tegen iemand twee
processen-verbaal zijn opgemaakt, waarvan één in de laatste 6
maanden voor de in het aanwijzingsbesluit van de burgemeester
opgenomen feiten.
Bij samenscholing, hinderlijk gedrag, openbare dronkenschap,
baldadigheid of openlijk drugsgebruik kan een verblijfsverbod voor
twee weken worden gegeven. Overtredingen van de wapenwet,
vernielingen, mishandeling, diefstal, bedreiging en drugshandel komen
in aanmerking voor een verblijfsverbod van zes weken. Een
verblijfsverbod van twaalf weken kan worden opgelegd bij gebruik van
vuurwapens, zware mishandeling, verkoop van harddrugs, afpersing en
overtreding van een (eerdere) verblijfsontzegging.
---