18-03-2005, NOS, Met het oog op morgen, Radio 1, 23.07 uur
MINISTER-PRESIDENT BALKENENDE, NA AFLOOP VAN DE WEKELIJKSE PERSCONFERENTIE,
OVER POSITIVISME
CARASSO:
U zegt: Ik heb het een beetje gehad met dat doorgeslagen negativisme.
Klinkt dat niet wat negatief voor iemand die pleit voor positivisme?
BALKENENDE:
Ik vind dat mijn boodschap toch behoorlijk positief is. En er is ook wel
aanleiding toe. Wat een samenleving kracht geeft, dat is wanneer mensen
zich op een positieve manier inzetten voor elkaar, voor de toekomst. Niet
alleen maar kijken naar de eigen belangen, niet elke verandering negatief
duiden. En ik constateer toch dat het te vaak voorkomt dat we ons een
beetje laten meeslepen door de waan van dag, de hypes, het opkloppen van
tegenstellingen. En dat roept toch de vraag op, en zit ik er zelf ook in:
Kunnen we niet op een andere manier tegen de ontwikkelingen aankijken?
CARASSO:
Maar wat zit u precies dwars? Kunt u een voorbeeld noemen?
BALKENENDE:
Wat mij wel eens dwars zit, is dat elke verandering in de sociale zekerheid
wordt gezien als afbraak. De sociale zekerheid gaat eraan. Ander voorbeeld.
Als we het hebben over de VUT en de prepensioenfaciliteiten, dan zeg ik:
Die zijn in het verleden opgebouwd. Kun je dat nu voortdurend handhaven?
Nee, dat kan niet. En beschouw dan nu eens niet elke verandering die je
voorstelt als iets van negativisme, maar kijk ook eens van: wat is nodig om
ook in de toekomst een solidaire samenleving te hebben?
CARASSO:
U maakt een vergelijking met de periode na de Tweede Wereldoorlog. Dan denk
ik: we hebben toch niet net een oorlog achter de rug in Nederland?
BALKENENDE:
Maar er was wel iets anders aan de hand. Toen wij in de jaren '40 en vooral
'50 Nederland gingen opbouwen in de jaren van wederopbouw en herstel, toen
was er iets van een positieve instelling kijken naar de Nederlandse
samenleving. En toen hebben we ook de Deltastaat opgebouwd, en naderhand de
verzorgingsstaat. En nu opnieuw moeten we de vraag stelen: Hoe kijken we
tegen de toekomst aan? Hoe krijgen we Nederland ook in de toekomst sterk?
En dan moet je soms wel eens een keer af van de platgetreden paden. Je moet
ook vernieuwend bezig durven zijn. Dat doet dit kabinet. En om die reden
zwengelen we de ene keer de discussie aan over de vraag: Hoe gaan we nu
eigenlijk met elkaar om? Want betekenen respect en fatsoen in de
samenleving? Dat is het vraagstuk van waarden en normen. Als wij te duur
zijn geworden ten opzichte van andere landen, dan moeten we even een pas op
de plaats kunnen maken.
CARASSO:
Maar u noemt nu dingen, dat zijn juist problemen die die negatieve stemming
ook wel beïnvloed kunnen hebben? Want dit kabinet zei: 'Paars heeft het
niet goed gedaan. De economie gaat slecht. De vergrijzing komt eraan. Er is
terreurdreiging.' Dat kan natuurlijk ook de stemming beïnvloeden.
BALKENENDE:
Er is misschien wel een verschil met de vorige periode. Toen het goed ging
in Nederland, wat hebben we toen eigenlijk nagelaten? We hebben toen
nagelaten om vooruitgang te boeken bij de verandering in de sfeer van de
gezondheidszorg. Omdat iedereen weet dat iets moet gebeuren.
CARASSO:
Dat is toch negatief wat u nu zegt?
BALKENENDE:
Ik zegt het niet negatief. Als ik bij mensen op basisscholen of het
voortgezet onderwijs kom, dan is een van de grote klachten: Wij willen met
leerlingen bezig zijn. Wij willen onze creativiteit benutten juist ten
behoeve van die kinderen. Alleen, de creativiteit wordt vaak in de kiem
gesmoord door die overdaad in regels. Wij zijn bezig om die regels terug te
dringen. Dus, we zijn een eerlijk kabinet. We zijn toekomstgericht. We
laten dossiers en beleidsonderwerpen niet liggen. We pakken die zaken aan
die nog zijn. Waarom doen we dat? Niet omdat we met een afbraakbeleid bezig
zijn, maar juist omdat we vooruit willen komen.
CARASSO:
U zegt: nieuw positivisme is nodig om die agenda van verandering erdoor te
krijgen. Maar misschien zijn de mensen gewoon niet tevreden over het beleid
van dit kabinet? Dat kan natuurlijk ook.
BALKENENDE:
Het probleem is natuurlijk voor ons dat wij veranderingen moeten doorvoeren
in een tijd dat de economie tegenzit. We hebben zelfs een negatieve
economische groei gehad, een krimp van de economie. Niettemin gaan we
daarmee door omdat we er vast van overtuigd zijn dat het nodig is om
resultaten te boeken. En ik ben er ook zeker van dat de waardering voor het
beleid gaandeweg ook zal komen. We zitten nu langzamerhand een beetje uit
die klem van voortdurende ombuigingen, dat het allemaal tegenzit. Ik zie
dat het vertrouwen weer begint toe te nemen. De investeringen nemen toe. De
uitzendarbeid begint toe te nemen. Ook het consumentenvertrouwen gaat
stapje voor stapje vooruit. Kortom, we komen langzaam uit de klem van de
negatieve economische ontwikkeling die we hebben gehad. Tegelijkertijd, we
gaan ook resultaten krijgen. Daar ben ik vast van overtuigd. Bijvoorbeeld
wat wij doen met veiligheid. We hebben ook wel eens kritiek gekregen van:
Het zijn allemaal rechten die maar worden aangetast. Nee, wij zijn bezig
met het herstellen van de balans tussen privacy aan de ene kant en toch
tegelijkertijd de belangen van de samenleving aan de andere.
CARASSO:
Maar u klinkt toch een beetje ongeduldig, van: Wij doen allerlei goede
dingen, u zegt ook in het interview: 'we maken ons vaak druk om niks.' Daar
zit iets verongelijks in. Dat is toch zo, er zijn toch heel veel problemen?
De verpleeghuizen, de woningnood.
BALKENENDE:
Kijk naar het debat over het innovatieplatform: een hoop negativisme. Als
ik nu zie wat op het ogenblik aan ideeën gegenereerd wordt, wat er aan
nieuwe ontwikkelingen aan zit te komen, dan ben ik echt enthousiast over de
manier waarop we bezig zijn om de zaak anders te krijgen. Wat zag je deze
week? Rein Willems, de topman van Shell in Nederland die zei: Ik ben
verbaasd over het debat dat in de Tweede Kamer is gevoerd over zo'n
onderwerp omdat het allemaal negativisme is. Die zegt: Kijk je nu naar de
Verenigde staten, dan komen daar mensen met positieve ontwikkelingen, met
goede ideeën. En dat vind ik ook weer zo'n voorbeeld dat je zegt: Je moet
uit die klem komen van negativisme.
CARASSO:
En denkt u dan dat het helpt, een premier die een oranjegevoel forceert?
Want dat is eigenlijk wat u probeert te doen.
BALKENENDE:
Er is niks mis mee met het forceren van een oranjegevoel. Daar moet ook
aanleiding voor zijn. Er zijn momenten dat je ongelooflijk trots bent op
Nederland. Wat er is gebeurd na de tsunami-ramp, dat werkelijk van jong tot
oud mensen zich inzetten voor anderen. Dat vond ik werkelijk
hartverwarmend. En wat ik liever heb, is dat we nu eens uit die klem komen
van het opblazen van een tegenstelling, wat vaak helemaal niet nodig is.
Kleine incidentjes opblazen alsof het enorme conflicten zijn.
CARASSO:
Wat ook soms gedaan wordt door mensen uit het kabinet zelf.
BALKENENDE:
Ik vind dat als je een verantwoordelijkheid hebt die wij hebben, die ik
zelf ook heb, dat je eerst vooruitgang moet boeken en dat je je nu eens
niet moet laten leiden door al die peilingen en die cijfers, want dat is
een bepaalde registratie. Ik ben er vast van overtuigd dat het draagvlak
voor een beleid van toekomstoriëntatie, van het doorvoeren van
veranderingen die nodig zijn, dat dat draagvlak wel eens veel hoger zou
kunnen zijn dan blijkt uit al die cijfers.
CARASSO:
Toch klinkt u ongeduldig.
BALKENENDE:
Ik ben ook wel ongeduldig in de zin van dat ik wel eens een keer genoeg
begin te krijgen van het voortdurende cynisme, van het negativisme, omdat
ik ervan overtuigd ben dat dat ons niet verder brengt.
CARASSO:
Dan zegt Jan Marijnissen van de SP: Dat heeft dit kabinet gewoon over
zichzelf afgeroepen.
BALKENENDE:
Dat ben ik dan volstrekt oneens met Jan Marijnissen want we hadden iets
anders kunnen doen. We hadden gewoon kunnen zeggen: Van al die dingen waar
wij mee bezig zijn, die doen we maar niet. We stellen het maar uit. Laat
een ander kabinet dat maar doen. Weet je, dat vind ik de
oogkleppenpolitiek. Jan Marijnissen kan niet ontkennen dat wanneer we voor
zo'n beleid hebben gekozen dat Nederland verder op achterstand zou zijn
gekomen. Daar heb ik niets aan, aan dat soort argumenten. Wat mij veel meer
bezighoudt, dat is werken vanuit hoop, vanuit perspectief.
CARASSO:
Dus we horen u de komende twee jaar niet meer zeuren?
BALKENENDE:
Ik geloof dat ik nog nooit heb gezeurd. Ik ben alleen bezig met eerlijke
verhalen.
(Letterlijke tekst, ongecorrigeerd, GB)
Ministerie van Algemene Zaken