Ministerie van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801
2509 LV Den Haag
Der Staten Generaal Anna van Hannoverstraat 4
Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44
2513 AA `s-GRAVENHAGE Telefax (070) 333 40 33
Uw brief Ons kenmerk Doorkiesnummer
UB/S/05/17604
Onderwerp Datum Contactpersoon
15 maart 2005
Kamervragen van het lid Noorman-Den Uyl
Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het lid Noorman-den Uyl (PvdA) over de
Periodieke Verklaring voor personen van 65 jaar en ouder.
(ingezonden 23 februari 2005)
De Staatssecretaris van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
H.A.L. van Hoof
2
2040509150
Vragen van het lid Noorman-den Uyl (PVDA) aan de staatssecretaris van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid over de Periodieke Verklaring voor personen van 65 jaar en ouder (ingezonden
23 februari 2005)
Vraag 1
Bent u op de hoogte van het feit dat voor personen van 65 jaar en ouder (65-plussers) met een
aanvullende bijstandsuitkering die in de gemeente Utrecht wonen, de maandelijkse Periodieke
Verklaring (PV) is afgeschaft en dat daarmee de administratieve belasting van 65-plussers fors is
afgenomen?
Antwoord 1
Ja. Sinds medio 2004 heeft de gemeente Utrecht voor de 65-plussers, wegens hun redelijk
constante inkomenssituatie, de PV afgeschaft. Voortaan dient deze groep halfjaarlijks een
mutatieformulier in te leveren. De plicht om relevante tussentijdse wijzigingen in inkomenssituatie
door te geven blijft wel bestaan.
Vraag 2
Kunt u een overzicht geven van het aantal gemeenten dat ook een zelfde beleid voert betreffende
de PV voor 65-plussers om zo overbodige administratieve belasting van cliënten te voorkomen?
Antwoord 2
Ik beschik niet over deze gegevens. De wijze waarop gemeenten invulling geven aan de wijze en
het tijdstip waarop gegevensverstrekking door een bijstandsgerechtigde dient plaats te vinden,
maakt geen onderdeel uit van de structurele gegevensuitvraag, noch van ad hoc-onderzoeken.
Vraag 3
Deelt u de mening dat het gemeentelijke beleid van Utrecht navolging verdient in andere
gemeenten? Zo ja, h
oe wilt u dit gaan stimuleren? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 3
Het beleid rond de maandelijkse PV is primair ter beoordeling van de gemeente. In artikel 53a,
eerste lid, WWB is de mogelijkheid opgenomen voor de gemeenten om ten aanzien van de wijze
en het tijdstip waarop gegevensverstrekking door een bijstandgerechtigde dient plaats te vinden,
regels te stellen. Gemeenteraden zijn zelf verantwoordelijk voor de administratieve lasten van
burgers die worden veroorzaakt door de lokale regelgeving. De VNG stelt dit voorjaar in
samenwerking met het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een plan van
aanpak vast om die administratieve lasten te verminderen. De lokale regelgeving van gemeenten
krachtens de WWB wordt daarin meegenomen.
Op dit moment zie ik geen aanleiding om navolging van het gemeentelijke beleid van Utrecht te
stimuleren in andere gemeenten. De WWB biedt aan gemeenten de beleidsvrijheid om hun beleid
in te richten door optimaal gebruik te maken van lokale omstandigheden.
3
Vraag 4
Kunt u zich de situatie voorstellen dat door een bestandskoppeling van gemeenten met de
Sociale verzekeringsbank (SVB) en het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen
(UWV) op basis van het actuele inkomen verdere administratieve belasting voor de klant
kan worden voorkomen en misbruik kan worden tegen gegaan.
Antwoord 4
De verzekerdenadministraties van SVB en UWV bevatten gegevens over onder meer uitkeringen,
lonen en dienstverbanden, maar niet over het inkomen van een verzekerde. Indien het inkomen
(actueel of uit enig voorafgaand jaar) van een verzekerde van belang is bij het vaststellen van zijn
recht op uitkering of verstrekking, wordt dat ter verificatie van de opgave door de verzekerde,
zodra mogelijk, verkregen van de Belastingdienst. De Belastingdienst beschikt voor de uitvoering
van zijn taak namelijk wel over inkomensgegevens.
Ook de gemeenten kunnen inkomensgegevens van de Belastingdienst gebruiken bij de uitvoering
van de Wet werk en bijstand en bij de kwijtschelding van gemeentelijke heffingen en belastingen.
Tot bestrijding van fraude ontvangen gemeenten via het Inlichtingenbureau ook signalen van de
Belastingdienst bij samenloop van uitkeringen en andere inkomensbronnen.
De Belastingdienst beschikt echter niet over actuele inkomensgegevens. In de regel wordt pas in
de loop van het jaar t=1 (bijv. 2004) het inkomen vastgesteld van jaar t-1 (bijv. 2003), hetgeen
ertoe leidt dat afnemers pas in jaar t+1 (bijv. 2005) over het jaar t=1 geïnformeerd kunnen
worden.
Vraag 5
Bent u voornemens een koppeling tussen de bestanden van de SVB, het UWV en de
gemeenten mee te nemen in uw totaalvisie op de ICT-ontwikkeling in de sociale zekerheid?
Antwoord 5
Onlangs heb ik een onafhankelijke expertcommissie in het leven geroepen om, mede op basis van
buitenlandse prestaties en ervaringen, mogelijkheden te identificeren voor verbetering en versnelling
van totstandkoming van informatievoorziening en elektronische dienstverlening (`e-government') in
het SUWI-domein. De commissie zal mij uiterlijk op 31 maart 2005 rapporteren. De resultaten,
die ik u te zijner tijd zal toezenden, zal ik betrekken bij de kaderstelling voor de uitvoering en de
met de SUWI-organisaties te maken afspraken.
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid