Sociaal Plan Prened met kleine wijzigingen
11-03-2005
Zoals u weet is in verband met de inkrimping van het aantal centra
voor asielzoekers (coas) in 2004 een Sociaal Plan afgesloten tussen
vakbonden en uw werkgever.
Omdat dit plan voorzag in een looptijd van een jaar, maar het einde
van de inkrimping van het aantal coas nog niet inzicht is, zijn de
bonden wederom met uw werkgever om de tafel gaan zitten.
Immers door vermindering van het aantal asielzoekers en de hiermee
gepaard gaande vermindering en sluiting van een groot aantal centra
krijgt Pre-Ned, als het beveiligingsbedrijf bij deze centra, te maken
met te veel personeelsleden in relatie met het aantal opdrachten.
Ondanks dat wij de overtuiging hebben dat uw werkgever er alles aan
doet om voor een ieder vervangende arbeid te zoeken blijkt dit vooral
buiten de randstad erg moeilijk. Uw werkgever is dan ook van mening
dat gedwongen ontslagen wederom niet uitgesloten zijn. Het is dan ook
deze reden dat wij met uw werkgever voor verlenging van het reeds
bestaande Sociaal Plan hebben gekozen. Ondanks dat deze verlenging in
eerste instantie niet zonder slag of stoot leek te lukken, is
verlenging toch mogelijk gebleken.
De veranderingen die er zijn hebben betrekking op de tekst naar
aanleiding van veranderde wetgeving in ons sociaal stelsel, uw rechten
en het niveau van het plan zijn overeind gebleven. Omdat het slechts
kleine wijzigingen betreft (met name omdat de vervolguitkering van de
WW door het kabinet is afgeschaft) houden wij dit keer geen
ledenvergadering, maar leggen het nieuwe Sociaal Plan schriftelijk aan
u voor.
Omdat het enige tijd geleden is dat u kennis heeft kunnen nemen van de
tekst, kunt u deze hieronder teruglezen.
Voor vragen of reacties over het Sociaal Plan kunt u contact opnemen
met bestuurder Bernard Jan de Groot (kantoor Rotterdam, e-mail:
b.degroot@cnvdibo.nl, telefoonnummer: 010-265 11 11). Graag zien wij
de bijgaande antwoordstrook met uw reactie voor 1 april a.s. bij ons
terug.
Zoal uw weet behandelt bestuurder Siegbert van der Velde (Kantoor
Drachten, tel. 0512-583440 e-mail: s.vandervelde@cnvdibo.nl) de
roosterproblemen in het Noorden en zal hij u hier over berichten zodra
er ontwikkelingen zijn. Overigens staat deze kwestie geheel los van
het Sociaal Plan waarover wij uw mening vragen.
Sociaal Plan PreNed Beveiliging ivm krimp COA 200
Inleiding
De beveiliging van de zogeheten COA-locaties (COA staat voor Centraal
Orgaan opvang Asielzoekers) wordt - na de aanbestedingsprocedure in
2003 - op dit moment uitsluitend verzorgd door PreNed Beveiliging
(PreNed)
Door een aantal ontwikkelingen zal het aantal arbeidsplaatsen dat met
deze beveiliging gemoeid is teruglopen:
* Door de terugloop van de instroom van asielzoekers zullen volgens
de huidige prognoses een groot aantal COA-locaties gesloten
worden.
* Door veranderde denkbeelden over beveiliging van en
risicobeheersing op COA-locaties kan de inzet van manbeveiliging
op een andere manier gaan plaatsvinden. Dit kan consequenties
hebben voor de werkgelegenheid en de aard van de werkgelegenheid.
* Door overheidsmaatregelen is het COA gehouden een aantal
bezuinigingsmaatregelen de komende jaren door te voeren. Daar waar
dit de beveiliging raakt kan dit consequenties voor de
werkgelegenheid hebben.
Sociale partners (de vakorganisaties en PreNed) wensen op dit moment
alleen afspraken te maken over de medewerkers die door één van
bovenstaande redenen overtallig raken. Anderen kunnen aan dit Sociaal
Plan PreNed ivm krimp COA (vanaf nu Sociaal Plan PreNed COA) geen
rechten ontlenen. Alle afspraken in dit Sociaal Plan PreNed COA zijn
derhalve alleen bedoeld voor medewerkers die als gevolg van één van
bovenstaande uitputtende oorzaken overtallig raken.
Waar mogelijk zal het terugbrengen van het aantal arbeidsplaatsen
gebeuren door natuurlijk verloop, overplaatsingen binnen het district
of het vervullen van een vacature in een ander district (op basis van
willen en kunnen)
PreNed zal alles in het werkstellen om gedwongen ontslagen te
voorkomen. Dit sociaal plan PreNed COA is bedoeld om daar waar dat
niet lukt - de negatieve sociale en financiële gevolgen voor
medewerkers te beperken.
Daar waarin dit sociaal plan PreNed COA wordt gesproken van hij en
zijn wordt ook bedoeld zij en haar.
Aldus op 1 maart 2005 overeengekomen,
PreNed Beveiliging B.V. De Unie
J.B. Schoonbeek R. Kluwen
FNV Bondgenoten CNV Dienstenbond
Y. Reus B.J. de Groot
Artikel 1 Definities
a) Werkgever
PreNed Beveiliging B.V. en PreNed Services B.V.
b) Medewerker
Iedere persoon die op basis van een arbeidsovereenkomst voor
onbepaalde tijd in dienst is bij werkgever, en die valt onder de
werkingssfeer van de CAO Particuliere Beveiligingsorganisaties (CAO
VPB), of die valt onder de werkingssfeer van het
'arbeidsvoorwaardenpakket PreNed Services.
c) Reorganisatie
De vermindering van de werkgelegenheid bij werkgever door de oorzaken
als genoemd in de Inleiding.
d) Vakorganisaties
De Unie, gevestigd te Culemborg
CNV Dienstenbond, gevestigd te Hoofddorp
FNV Bondgenoten, gevestigd te Amsterdam
e)
(Oud) bruto periode-inkomen
Het gemiddelde van het salaris verdiend in de laatste drie volle
vierweken periodes voorafgaand aan de datum van herplaatsing, dan wel
de datum waarop het dienstverband eindigt, inclusief de in deze
periodes verdiende toeslag bijzondere uren, feestdagentoeslag en het
structurele overwerk in vaste dienstroosters, vermeerderd met de
vakantietoeslag.
f) Bruto maandinkomen
Dertientwaalfde maal het bruto periode-inkomen.
g) Bedrijfsvestiging is district
Als bedrijfsvestiging in de zin van het Ontslagbesluit wordt beschouwd
het gebied dat bestreken wordt door een districtskantoor, en dat door
een eigen budgetverantwoordelijkheid en het voeren van een eigen
personeelsbeleid en activiteitenplanning beschouwd kan worden als een
afzonderlijk bedrijfsonderdeel van werkgever. Bij PreNed is dat een
district voor PreNed Beveiliging. Bij PreNed Services zal de
landelijke organisatie als één geheel worden gezien.
Artikel 2 Werkingssfeer en werkingsduur
a) Werkingssfeer
Onderhavig sociaal plan PreNed COA is van toepassing op alle
medewerkers die ten tijde van de werkingsduur van dit sociaal plan
PreNed COA zoals opgenomen bij b) een arbeidsovereenkomst voor
onbepaalde tijd met werkgever hebben, die vallen onder de
werkingssfeer van de CAO Particuliere Beveiligingsorganisaties (CAO
VPB), zoals bedoeld in artikel 2 en 3 van de CAO VPB 2004 2005 of het
'arbeidsvoorwaardenpakket PreNed Services´ en van wie de arbeidsplaats
komt te vervallen als direct gevolg van de redenen zoals omschreven in
de inleiding, met uitzondering van de medewerkers met wie om andere
redenen dan de reorganisatie (bijvoorbeeld tekortkoming in de
nakoming, dringende reden, twee jaar arbeidsongeschiktheid of het
bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd) het dienstverband wordt
beëindigd.
b) Werkingsduur
Het sociaal plan PreNed COA geldt van 1 maart 2005 tot en met 31
december 2005. Rechten voortvloeiend uit het sociaal plan PreNed COA
blijven van kracht ook nadat de werkingsduur ervan is verstreken.
In november 2005 zullen partijen het sociaal plan PreNed COA
evalueren. Onderdeel van deze evaluatie is de bespreking van de
noodzaak van een eventuele verlenging van de looptijd.
Indien het sociaal plan PreNed COA verlengd wordt, zullen de
vergoedingen zoals opgenomen in het sociaal plan PreNed COA
geïndexeerd worden.
c) Ontbindende voorwaarde of wijziging
van het sociaal plan PreNed COA
Indien maatregelen van overheidswegen grote doorwerking hebben op de
voorwaarden zoals afgesproken in dit sociaal plan PreNed COA is sprake
van een ontbindende voorwaarde. Sociale partners doen hier dan
schriftelijk een beroep op. Van zon ontbindende voorwaarde is
bijvoorbeeld sprake indien van overheidswege de aanvulling op
uitkering onaantrekkelijk of onmogelijk wordt gemaakt. Mocht tijdens
de werkingsduur wijzigingen in wetgeving of overige regelgeving
hiertoe aanleiding geven, zullen partijen tijdig in overleg treden
over eventuele wijziging van dit sociaal plan PreNed COA.
d) Interpretatie
Interpretatie van dit sociaal plan PreNed COA is voorbehouden aan
partijen bij dit sociaal plan PreNed COA.
Artikel 3 Algemene bepalingen en voorwaarden
a) Informatieverstrekking door werkgever
Werkgever zal de organisatiewijziging op een correcte, zorgvuldige en
open wijze uitvoeren. Informatie zal steeds zo tijdig en volledig
mogelijk aan medewerkers, ondernemingsraad en vakorganisaties worden
verstrekt.
Vakorganisaties en ondernemingsraad zullen periodiek worden
geïnformeerd over de voortgang van de reorganisatie.
b) Informatieverstrekking door medewerker
De medewerker die een beroep doet op de financiële voorzieningen van
het sociaal plan PreNed COA, verplicht zich aan werkgever de ter zake
doende inlichtingen en gegevens tijdig en naar waarheid te
verstrekken. Het geven van onjuiste en/of onvolledige inlichtingen
alsmede oneigenlijk gebruik of misbruik van de geboden voorzieningen,
heeft uitsluiting van het sociaal plan PreNed COA tot gevolg en zal
leiden tot terugvordering van het inmiddels betaalbaar gestelde.
c) Fiscale afwikkeling
Alle in het sociaal plan PreNed COA genoemde vergoedingen zijn -tenzij
uitdrukkelijk anders vermeld- bruto vergoedingen. Werkgever zal de
wettelijk verplichte inhoudingen plegen. Vergoedingen worden slechts
onbelast uitgekeerd voor zover de fiscale en/of sociale wetgeving zich
hier niet tegen verzet.
d) Overheids- en andere voorzieningen
De medewerker en werkgever zijn verplicht een beroep te doen op en hun
medewerking te verlenen aan het verkrijgen van sociale verzekeringen,
subsidies etc.
e) Mogelijkheid tot bezwaar
De medewerker die van mening is dat dit sociaal plan PreNed COA op
onjuiste wijze, dan wel niet naar redelijkheid of billijkheid, op hem
wordt toegepast, kan zijn bezwaar schriftelijk indienen bij de
begeleidingscommissie als omschreven in artikel 12.
Het enkele feit van de mededeling dat de arbeidsplaats komt te
vervallen, het aanvragen van een ontslagvergunning bij de CWI en het
indienen van een ontbindingsverzoek bij de kantonrechter kunnen niet
aan de begeleidingscommissie worden voorgelegd.
Artikel 4 Hardheidsclausule
Als een voor het overige juiste toepassing van het sociaal plan PreNed
COA in een individueel geval zou leiden tot een onbillijke situatie,
kan werkgever van het sociaal plan PreNed COA afwijken ten gunste van
de medewerker. In die gevallen waarin het sociaal plan PreNed COA niet
voorziet, zal werkgever handelen in de geest van het sociaal plan
PreNed COA.
Artikel 5 Procedure
Arbeidsplaatsen op een COA-locatie kunnen om twee redenen komen te
vervallen:
* De desbetreffende COA-locatie wordt gesloten;
* De COA-locatie blijft bestaan, maar de aard van de werkzaamheden
op het object verandert en/of de omvang van de
beveiligingswerkzaamheden neemt af.
a) Plaatsing op een uitwisselbare functie binnen het district
Voor de medewerker waarvoor geen gelijkwaardige arbeidsplaats aanwezig
is op de COA-locatie waar hij werkzaam was, zal worden bekeken of
plaatsing binnen het district op een uitwisselbare functie mogelijk
is. Onder uitwisselbare functie wordt verstaan de functie die de
medewerker op de COA-locatie vervulde, maar op een ander object
, dan wel de functie van winkelsurveillant.
Het recht op plaatsing op een uitwisselbare functie hangt af van de
anciënniteit van de medewerker en de reisduur of afstand. De
medewerker wordt slechts een aanbod tot plaatsing gedaan, en hij is
slechts gehouden het aanbod te accepteren, voor zover het woon
werkverkeer (enkele reis) daarmee de anderhalf uur (indien de
medewerker per openbaar vervoer reist) dan wel de 75 kilometer (indien
de medewerker met eigen vervoer reist) niet wordt overschreden.
De medewerker is verplicht een aanbod tot plaatsing op een
uitwisselbare functie te accepteren. Indien hij het aanbod niet
accepteert en dit leidt tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst met
werkgever, dan verliest de medewerker het recht op de voorzieningen
van artikel 8 en 9 van dit sociaal plan PreNed COA.
b) Plaatsing op een passende functie binnen het district
De werkgever zal de medewerker van wie de arbeidsplaats tengevolge van
de reorganisatie is komen te vervallen waar mogelijk een andere
passende arbeidsplaats binnen het district aanbieden.
Onder passende arbeidsplaats wordt verstaan: een arbeidsplaats bij
werkgever binnen het district die wat betreft inhoud, benodigde kennis
en vaardigheden en positie in de organisatie, voldoende verwant is aan
de functie die de medewerker vervulde voor de reorganisatie, en die
voor wat betreft het salaris niet meer dan 1 salarisschaal daarvan
afwijkt.
Een voor het overige passende functie zal niet als passend worden
beschouwd indien de reistijd (enkele reis per openbaar vervoer) voor
de medewerker meer is dan 1,5 uur, dan wel indien de reisafstand
(enkele reis per eigen vervoer) meer is dan 75 kilometer.
c) Aanvullende werkgelegenheid buiten het district
De werkgever zal, vanuit een inspanningsverplichting, alvorens de
definitieve boventalligheid wordt vastgesteld over de grenzen van het
district heen, kijken naar aanvullende werkgelegenheid. De
begeleidingscommissie zal hierover worden geïnformeerd.
d) Procedureel / bedenktijd
Indien aan een medewerker een passende arbeidsplaats wordt aangeboden,
mag hij gedurende acht kalenderdagen het aanbod in beraad nemen.
e) Weigering passende arbeidsplaats
binnen het district
Indien de medewerker een aanbod voor een passende arbeidsplaats
weigert, zonder dat daarvoor een redelijke grond aanwezig is, wordt
hij uitgesloten van de voorzieningen van dit sociaal plan PreNed COA
en zal werkgever direct overgaan tot het starten van een procedure tot
beëindiging van de arbeidsovereenkomst.
Indien de medewerker bezwaar tegen het aanbod heeft ingediend bij de
begeleidingscommissie zal werkgever, na het advies van de
begeleidingscommissie, de medewerker schriftelijk meedelen of hij het
aanbod handhaaft of dat hij het aanbod intrekt.
Indien werkgever het aanbod handhaaft heeft de medewerker gedurende
acht kalenderdagen, na ontvangst van de mededeling dienaangaande, de
mogelijkheid het aanbod alsnog te accepteren.
Indien de medewerker het aanbod alsnog accepteert, zal een eventueel
gestarte ontslagprocedure worden beëindigd.
Indien werkgever het aanbod intrekt is het sociaal plan alsnog op de
medewerker van toepassing.
f) Scholing
Indien een medewerker een andere arbeidsplaats accepteert, zal
werkgever er voor zorg dragen dat de medewerker indien nodig tijdig en
voor rekening van werkgever scholing ondergaat. Medewerker zal aan
deze scholing volledige medewerking verlenen.
g) Arbeidsvoorwaarden bij herplaatsing
in passende functie
Indien een medewerker een passende functie accepteert in een lagere
salarisschaal, wordt hij met behoud van salaris ingeschaald in de
nieuwe salarisschaal. Indien het oude salaris hoger is dan het maximum
van de nieuwe salarisschaal wordt de medewerker ingeschaald op het
maximum van de nieuwe salarisschaal, en wordt het verschil tussen het
oude en het nieuwe salaris in de vorm van een persoonlijke toeslag
vastgesteld. De persoonlijke toeslag telt mee als opbouw voor
vakantiegeld en pensioen en als basis voor het berekenen van de
toeslagen.
Deze persoonlijke toeslag wordt verminderd met de helft van de
CAO-verhogingen van het nieuwe salaris totdat de persoonlijke toeslag
verdwenen is.
Indien aan de oude functie vergoedingen zijn verbonden, komen die per
datum plaatsing in de nieuwe functie te vervallen, tenzij die
vergoedingen eveneens in de nieuwe functie gelden.
Artikel 6 Boventalligheid
a) Mededeling van boventalligheid
Indien vaststaat dat de medewerker boventallig wordt, zal werkgever de
medewerker dit zo spoedig mogelijk in een persoonlijk gesprek
mededelen. Werkgever zal deze mededeling direct schriftelijk aan de
medewerker bevestigen.
Vaststelling van de boventalligheid vindt plaats per district volgens
de criteria van het Ontslagbesluit.
b) Beëindiging van het dienstverband
Werkgever zal in geval van boventalligheid zo spoedig mogelijk de
procedure tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst in gang zetten,
hetzij door het indienen van een verzoek tot beëindiging van het
dienstverband bij de Centrale Organisatie Werk en Inkomen (CWI) dan
wel door het indienen van een verzoek tot ontbinding van de
arbeidsovereenkomst bij de kantonrechter.
c) Kosten juridische bijstand
Indien de boventallige medewerker bereid is het dienstverband te
beëindigen middels een pro forma procedure bij de kantonrechter zal
werkgever een advocaat ter beschikking stellen voor het indienen van
het verweerschrift. De kosten hiervan zijn voor rekening van
werkgever. Indien de medewerker zich voor een pro forma verweer laat
bijstaan door zijn vakorganisatie vergoedt werkgever de kosten hiervan
onder overlegging van de nota tot maximaal 360,-
d) Fictieve opzegtermijn
Indien werkgever ontbinding van de arbeidsovereenkomst verzoekt bij de
kantonrechter, zal de werkgever gedurende een eventuele fictieve
opzegtermijn aan de medewerker een uitkering verstrekken ter hoogte
van het voor hem geldende maandinkomen, voor zover de kantonrechter
hier geen rekening mee heeft gehouden.
e) Referenties en getuigschrift
De medewerker ontvangt bij einde dienstverband desgevraagd een
getuigschrift van werkgever. Desgevraagd zal werkgever eveneens zo
positief mogelijke referenties verstrekken over het functioneren van
de medewerker.
f) Verlof voor sollicitaties
Medewerker zal binnen redelijke grenzen en na toestemming van zijn
leidinggevende betaald verlof krijgen voor sollicitaties en eventuele
psychologische en medische onderzoeken. Behoudens een zwaarwegend
bedrijfsbelang zal de toestemming niet geweigerd worden.
Eventuele reiskosten zullen op basis van de CAO tabel (artikel V.2)
door werkgever worden vergoed indien hierin niet door de werkgever
waarbij de medewerker solliciteert wordt voorzien.
g) Vrijstelling van werkzaamheden
De verschillende belangen afwegend kan de directie beslissen dat de
medewerker van zijn werkzaamheden wordt vrijgesteld.
Indien aan de functie van medewerker werkgerelateerde vergoedingen
zijn verbonden, worden deze vergoedingen beëindigd nadat de medewerker
van zijn werkzaamheden is vrijgesteld.
Artikel 7 Persoonlijk budget voor medewerkers jonger dan 57 ½ jaar
Werkgever zal de boventallige medewerker bij einde dienstverband een
persoonlijk budget ter beschikking stellen.
Geen budget wordt ter beschikking gesteld aan de medewerker die door
een onterechte weigering niet intern kan worden herplaatst en met wie
daardoor het dienstverband wordt beëindigd.
Het persoonlijk budget kan door de medewerker gedeeltelijk worden
aangewend voor outplacement (zie onder b), aanvulling op een uitkering
krachtens de WW (zie onder c) en/of een uitkering ineens (zie onder d)
a) Berekening persoonlijk budget
Het persoonlijk budget bestaat uit een bruto bedrag gebaseerd op het
aantal gewogen dienstjaren bij werkgever, de leeftijd van de
medewerker en het laatstverdiende bruto maandinkomen. De peildatum
hiervoor is de datum waarop de medewerker boventallig wordt verklaard.
Het bedrag van deze uitkering wordt berekend aan de hand van de
Kantonrechtersformule met toepassing van correctiefactor 1.
Kantonrechtersformule (AxBxC)
De Kantonrechtersformule is een algemene rekenformule ter bepaling van
het bedrag van het persoonlijk budget, waarbij het aantal gewogen
dienstjaren van de medewerker (A) wordt vermenigvuldigd met het
laatstverdiende bruto maandinkomen (B) en met een correctiefactor (C),
in casu 1.
De dienstjaren van de medewerker worden als volgt gewogen:
- dienstjaren tot de leeftijd van 40 jaar tellen voor 1;
- dienstjaren vanaf de leeftijd van 40 jaar tot de leeftijd van 50
jaar tellen voor 1,5;
- dienstjaren vanaf de leeftijd van 50 jaar tellen voor 2.
Hierbij geldt dat bij niet volledige dienstjaren een periode van
langer dan zes maanden als een vol jaar wordt beschouwd.
b) maximaal persoonlijk budget
Het persoonlijk budget van een medewerker kan nimmer meer bedragen dan
het maximale bedrag dat deze medewerker tot zijn pensioengerechtigde
leeftijd zou hebben verdiend (=D). Mocht dus de berekening van AxBxC
op een hoger bedrag uitkomen dan D, dan wordt het persoonlijk budget
vastgesteld op D.
c) Bemiddeling door extern bureau (outplacement)
Werkgever zal zorgdragen dat een extern bemiddelingsbureau de
boventallig verklaarde medewerker professioneel kan ondersteunen bij
het zoeken naar een passende arbeidsplaats buiten de onderneming.
Bij de keuze van het bureau / de bureaus worden de vakorganisaties
betrokken. Werkgever zal met het bureau een informatiesessie
organiseren waarvoor naast de betrokken medewerkers ook
vertegenwoordigers van de vakbonden worden uitgenodigd. Aan alle
medewerkers zal op kosten van werkgever een intakegesprek worden
aangeboden, waarna de medewerker kan aangeven of hij kiest voor
outplacement of dat hij zelfstandig op zoek gaat naar ander werk.
De omvang van het traject is op hoofdlijnen beschreven in bijlage 1.
De eigen bijdrage aan het outplacementtraject zijn 150,- (bruto) die
ten laste van het persoonlijk budget komen. De overige kosten komen
ten laste van werkgever. Mocht de medewerker na afloop van zijn
outplacementtraject nog geen andere arbeidsplaats gevonden hebben
terwijl wel volledige inzet is getoond, dan verplicht werkgever zich
om de 150,- bruto terug te storten.
De duur van de bemiddeling is in beginsel zes maanden, maar kan indien
de arbeidsmarktpositie van de medewerker dit noodzakelijk maakt
verlengd worden tot maximaal twaalf maanden.
d) Aanvulling op WW-uitkering
Voor zover en zolang als het persoonlijk budget daartoe toereikend is
en na aftrek van een eventuele eigen bijdrage voor bemiddeling als
omschreven in lid c, zal de medewerker een aanvulling op de
WW-uitkering ontvangen.
De aanvulling is tot het niveau van 95% van het laatstgenoten bruto
maandinkomen gedurende de eerste 6 maanden, en vervolgens voor de
resterende uitkeringsduur tot 90% van het laatstgenoten bruto
maandinkomen.
Kortingen op uitkeringen
Door UWV aan de medewerker opgelegde boetes en/of maatregelen vanwege
het niet naleven van de voorschriften zullen niet door werkgever
gecompenseerd worden en leiden derhalve niet tot een verhoging van het
aanvullingsbedrag.
Methode van vaststelling bedragen
De (bruto) bedragen die nodig zijn voor de berekening van de in
bovengenoemde regeling opgenomen voorzieningen, worden vastgesteld op
basis van de wettelijke uitkeringen en inkomensgegevens zoals deze
gelden per datum einde dienstverband. Deze bedragen worden na
vaststelling niet meer gewijzigd.
e) Uitkering ineens / voortzetting aanvulling
De medewerker die anders dan door een onterechte weigering van een
passende arbeidsplaats, boventallig is en die geen gebruik maakt van
een WW-uitkering, of van wie de WW-uitkering eindigt, of die geen
gebruik wil maken van de aanvullingsregeling als omschreven onder d,
ontvangt een bruto uitkering ineens ter grootte van 50% van het
(resterende) budget.
f) Keuze mogelijkheid bij aanvulling op ww-uitkering
In aanvulling op bovenstaande lid d kan de medewerker die na afloop
van de volledige duur van de voor hem geldende WW-uitkering nog een
resterend budget zou hebben een keuze maken. Hiertoe zal de werkgever
de medewerker bij einde dienstverband in de gelegenheid stellen een
keuze te maken uit de hierna beschreven keuzemogelijkheden. Indien de
medewerker geen keuzemogelijkheid kenbaar maakt, is de situatie zoals
beschreven onder 1) van toepassing.
1
Indien na afloop van de volledige duur van de WW-uitkering de
medewerker nog geen werk heeft, wordt de aanvulling voortgezet,
waarbij de fictie wordt gehanteerd dat er gedurende twee jaar wordt
aangevuld op de voormalige WW-vervolguitkering (70% van het
minimumloon). Hierna ontvangt de medewerker een uitkering ineens van
50% van het resterende persoonlijk budget.
Deze keuze kan interessant zijn voor de medewerkers die na afloop van
hun uitkeringsperiode geen recht hebben op een uitkering krachtens de
WWB (Wet werk en bijstand) of de IOAW.
2
De medewerker ontvangt bij einde dienstverband een bruto uitkering
ineens ter grootte van de contante waarde van 50% van het budget dat
zou resteren na afloop van de volledige duur van de voor hem geldende
WW-uitkering. Voor de berekening van de contante waarde geldt een
rekenrente van 3%.
Indien de WW-uitkering eindigt door het vinden van een andere
werkgever ontvangt de medewerker 50% van het resterende deel van het
budget dat voor de aanvullingen is gereserveerd.
Afhankelijk van de theoretische duur van de WW-uitkering is het
percentage waartegen het resterend budget wordt uitgekeerd als volgt:
6 maanden: 49,3%
9 maanden: 48,9%
1 jaar: 48,6%
1,5 jaar: 47,8%
2 jaar: 47,2%
2,5 jaar:46,4%
3 jaar: 45,8%
4 jaar: 44,4%
g) Vroegtijdig vertrek
Indien de arbeidsovereenkomst nog niet is geëindigd in het kader van
de door werkgever in gang gezette ontslagprocedure ontvangt de
boventallige medewerker die zelf het dienstverband beëindigt naast de
uitkering als omschreven onder d, een bedrag ter grootte van 50% van
(het resterende deel van) de (fictieve) opzegtermijn.
h) Wederindiensttreding
De medewerker die binnen 26 weken nadat het dienstverband beëindigd is
vanuit een WW-uitkering weder indiensttreedt bij werkgever ontvangt
niet de uitkering ineens als omschreven in lid d. Wel behoudt hij zijn
oorspronkelijke anciënniteit, dat wil zeggen de dienstjarenopbouw
zoals die voor hem gold op de datum waarop het dienstverband eindigde.
Artikel 8 Regeling voor medewerkers van 57 ½ jaar en ouder
Bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst verplicht werkgever zich
voor medewerkers die op de ontslagdatum 57 ½ jaar of ouder zijn en die
in aanmerking zouden zijn gekomen voor de regeling als omschreven in
artikel 8, tot de volgende voorzieningen.
a) Aanvulling op WW-uitkering
Indien de medewerker van 57 ½ jaar of ouder in aanmerking komt voor
een WW-uitkering ontvangt hij een aanvulling op de WW-uitkering tot
95% van het laatstgenoten bruto maandinkomen gedurende de eerste 12
maanden, en vervolgens tot 90% van het laatstgenoten bruto
maandinkomen gedurende de resterende periode, alsmede gedurende de
periode dat er recht is op een IOAW-uitkering.
Indien na afloop van de volledige WW-uitkering er recht zou zijn op
een IOAW-uitkering, ontvangt de medewerker de contante waarde van de
aanvullingen tot 90% gedurende deze IOAW-periode als bedrag ineens.
Hierbij wordt de aanname gehanteerd dat de medewerker tijdens deze
periode een IOAW-uitkering ontvangt ter grootte van 100% van het
minimumloon, ongeacht of deze uitkering te zijner tijd daadwerkelijk
uitbetaald zal worden. Voor de berekening van de contante waarde wordt
een rekenrente gehanteerd van 3%. De uitkering ineens wordt aan de
medewerker uitbetaald uiterlijk 2 maanden voor het verstrijken van de
volledige duur van de WW-uitkering.
De aanvullingsduur vangt aan op datum einde dienstverband en eindigt
op de eerste dag van de maand waarin de medewerker de 65-jarige
leeftijd bereikt.
Onder uitkering als hierboven genoemd wordt verstaan:
* 70% van het door de medewerker geldende bruto uitkeringsdagloon
gedurende de periode waarin recht bestaat op de ww-uitkering;
* 100% van het wettelijk bruto minimumloon gedurende de periode
waarin recht bestaat op de IOAW-uitkering;
* een eventuele partiële uitkering ingevolge de WAO.
De (bruto) bedragen die nodig zijn voor de berekening van de hierboven
opgenomen voorzieningen, worden vastgesteld op basis van de wettelijke
uitkeringen en inkomensgegevens zoals deze gelden per datum einde
dienstverband. Deze bedragen worden na vaststelling niet meer
gewijzigd.
b) Uitkering ineens
De medewerker die, anders dan door een onterechte weigering van een
overplaatsing boventallig is en die geen gebruik maakt van een
WW-uitkering, of van wie de WW-uitkering voor het verstrijken van de
volledige duur eindigt, of die geen gebruik (meer) wil maken van de
aanvullingsregeling als omschreven onder a, ontvangt een bruto
uitkering ineens ter grootte van 50% van de som van de (resterende)
aanvullingen.
c) Wederindiensttreding
De medewerker die binnen 26 weken nadat het dienstverband beëindigd is
vanuit een WW-uitkering wederindiensttreedt bij werkgever ontvangt
niet de uitkering ineens als omschreven in lid b. Wel behoudt hij zijn
oorspronkelijke anciënniteit, dat wil zeggen de dienstjarenopbouw
zoals die voor hem gold op de datum waarop het dienstverband eindigde.
Artikel 9 Verhuiskostenregeling
Medewerkers die als gevolg van een interne overplaatsing dagelijks
meer dan 50 kilometer woon werkverkeer (enkele reis) moeten afleggen,
kunnen aanspraak maken op vergoeding voor verhuiskosten indien door de
verhuizing de dagelijkse reisafstand met tenminste de helft wordt
verminderd.
De vergoeding omvat op basis van declaraties:
1. transportkosten en verzekering van het transport van de inboedel;
2. een tegemoetkoming in de inrichtingskosten ter grootte van 12% van
het laatstgenoten bruto jaarsalaris bij werkgever, met een
(fiscaal) maximum van 5.445,-.
Bij uitdiensttreding op initiatief van de medewerker binnen een
termijn van een jaar na de verhuizing dient 50% van de verstrekte
vergoeding(en) door de medewerker te worden terugbetaald.
Artikel 10 Overige financiële regelingen
a) Pensioenverzekering
Van de medewerker jonger dan 40 jaar wordt bij de beëindiging van de
arbeidsovereenkomst zijn pensioenpolis premie vrijgemaakt
overeenkomstig de bepalingen van het voor de medewerker geldende
pensioenreglement van werkgever.
Wanneer bij bovengenoemde beëindiging van de deelneming geen sprake is
van het aanvaarden van een arbeidsovereenkomst met een nieuwe
werkgever, kan voor medewerkers die op ontslagdatum ouder zijn dan 40
jaar recht bestaan op de zogenaamde voortzettingsbijdrageregeling van
de Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering (FVP).
In dat geval wordt, zolang als en naar gelang de mate waarin dit recht
bestaat, extra pensioen verzekerd, waarvoor de betrokkene na afloop
van de WW-uitkering een aanvullende premievrije polis ontvangt.
Werkgever zal de medewerker assisteren bij het invullen en indienen
van het FVP-aanvraagformulier bij de uitvoeringsinstelling.
b) Gratificatie vanwege dienstjubileum
De medewerker die op enige datum in het kalenderjaar van formele
beëindiging van het dienstverband (op verzoek van werkgever) ten
gevolge van de reorganisatie een dienstjubileum zou mislopen, ontvangt
bij het einde van het dienstverband alsnog de bijbehorende
gratificatie.
c) Kwijtschelding terugbetalingsverplichting studiekosten
De terugbetalingsverplichting van studiekosten komt bij einde
dienstverband te vervallen.
d) Spaarloonregeling
Bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst eindigt de deelname aan de
spaarloonregeling. De desbetreffende bepalingen in het
spaarloonreglement zijn van toepassing.
e) Collectieve verzekeringen
Bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst eindigt de deelname aan de
volgende collectieve verzekeringen: ongevallenverzekering, aanvullende
arbeidsongeschiktheidsverzekering, WAO-hiaatverzekering en
ANW-hiaatverzekering.
f) Eindafrekening
Niet opgenomen vakantiedagen zullen worden uitbetaald bij de
eindafrekening.
Artikel 11 Begeleidingscommissie
Er zal voor PreNed een begeleidingscommissie worden ingesteld die erop
toeziet dat het sociaal plan PreNed COA in individuele gevallen juist
wordt toegepast.
a) Samenstelling
De begeleidingscommissie bestaat uit vijf leden. Twee leden worden
benoemd door werkgever en drie leden door vakorganisaties, bij
voorkeur OR- leden. De commissie kiest uit haar midden een voorzitter.
De stem van de voorzitter weegt even zwaar als de stem van de overige
leden van de commissie.
b) Taak en werkwijze
De begeleidingscommissie adviseert werkgever in individuele gevallen
met betrekking tot de uitvoering van het sociaal plan PreNed COA. De
commissie komt zo spoedig mogelijk bijeen nadat werkgever dan wel de
medewerker een schriftelijk verzoek heeft gedaan om een uitspraak. De
commissie doet binnen tien werkdagen na ontvangst van het verzoek een
uitspraak. Deze termijn kan alleen in uitzonderingssituaties worden
verlengd. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen, waarbij de
stemverhouding werkgever / werknemervertegenwoordigers gelijk gewogen
wordt. (dus drie werknemerstemmen zijn even zwaar als twee werkgever
stemmen. De commissie bepaalt voor het overige haar eigen werkwijze.
c) Uitspraak
Een uitspraak van de commissie geldt als een zwaarwegend advies aan
werkgever. Indien werkgever besluit tot afwijking van het advies van
de commissie zal hij zijn beslissing schriftelijk en gemotiveerd ter
kennis van de betrokken medewerker brengen. De commissie ontvangt
hiervan een afschrift. Een geanonimiseerde versie hiervan zal aan
vakorganisaties worden gezonden.
d) Geheimhouding
De begeleidingscommissie is verplicht tot geheimhouding van alle
particuliere en zakelijke gegevens die haar bij het uitoefenen van
haar taak ter kennis komt.
e) Kosten
Eventuele kosten die de begeleidingscommissie maakt in verband met de
uitoefening van haar taak, komen -binnen redelijke grenzen- voor
rekening van werkgever.
f) Adres Begeleidingscommissie
Het adres van de Begeleidingscommissie PreNed is: s-Gravelandsweg 258;
3125 BK Schiedam.
Bijlage 1 Omvang outplacementtraject
Het outplacementtraject omvat:
omgaan met veranderingen
persoonsprofiel - Wie ben ik?, wat kan ik?, wat wil ik?
groepsopdrachten
individuele gesprekken
testen (persoonlijkheid / vaardigheid)
hoe kom ik over? - zelfbeeld, uitstraling en eerste indruk
schrijven van sollicitatiebrieven
opstellen van een CV
oefenen van sollicitatiegesprekken
huiswerkopdrachten
arbeidsmarktoriëntatie - markprofiel
jobsearch
(eventueel) bezoek banenbeurs
bedrijvenbezoek
vacatures zoeken (krant, internet e.d)
presentaties van derden (bedrijven, uitzendbureau´s, CWI) i.z.
lokale arbeidsmarkt
ruimte voor individuele vragen, problemen
Dienstenbond CNV