11-03-2005, R1, Met het oog op morgen, 23.07 uur
MINISTER-PRESIDENT BALKENENDE, NA AFLOOP VAN DE WEKELIJKSE MINISTERRAAD,
OVER DE GEKOZEN BURGEMEESTER
WALLAART:
Was er afgelopen woensdag een crisisstemming of een formatiestemming?
BALKENENDE:
Ik denk niet bij de deelnemers aan het gesprek . Het was een heel plezierig
onderhoud. Ik heb ook gezegd dat we een tijdje geleden ook bij elkaar zijn
gekomen, laten we het nog eens een keer over doen. Gewoon om te praten over
onderlinge samenwerking. Hoe zit het met de voortgang van die
hervormingsagenda van het kabinet. Hoe zit het met het hoofdlijnenakkoord,
dus meer de algemene discussie over de samenwerking. En daarnaast
natuurlijk over bestuurlijke dingen. Maar het viel me wel op, toen ik aan
kwam lopen, dat het wel buitengewoon druk was met journalisten, met
cameramensen, zelfs met een aoto met straalverbinding. Dat gaf wel een
bijzondere sfeer. Niet zozeer voor de deelnemers aan het gesprek misschien
meer voor u en uw collega's.
WALLAART:
Na afloop van het gesprek zei u dat er een klimaat geschapen was om te
komen tot een deal over de gekozen burgemeester. Dan vraag ik me af: was
het klimaat in de coalitie dan zo slecht?
BALKENENDE:
Nee maar het is wel goed om elkaar dan toch eens even te zien. Even tijd te
nemen om nog eens goed na te gaan wat hebben we destijds met elkaar
afgesproken. Wat zijn ook voors en tegens. Ik heb ook gezegd deze week. We
sluiten geen deal tijdens zo'n avond want de echte deal moet in het
parlement zelf worden gesloten.
WALLAART:
Ja maar toch de hoofdlijnen tekenen zich wel af. Invoering van die
burgemeester in twee stappen 2006 en 2010. Dan ben er toch eigenlijk al
bijna uit. Waarom moet er dan toch zo lang gesproken worden?
BALKENENDE:
U weet dat er meer discussies zijn. De verhouding tussen de burgemeester en
de gemeenteraad. Daar kun je verschillende accenten leggen. Het punt van
invoering, de inzet van het kabinet is om te komen tot invoering in 2006.
Maar we zien ook hoe het krachtenveld zich ontwikkeld. Dan de vraag hoe je
het dan gaat doen. Zijn ook weer verschillende opvattingen. Eén van de
regeringspartijen heeft wel eens gezegd je zou de invoering van een gekozen
burgemeester kunnen koppelen aan bijvoorbeeld de zittingsduur van de
zittende burgemeesters. Er zijn ook andere mogelijkheden.
WALLAART:
Dat je dus halverwege de hele tijd dus stap voor stap die gekozen
burgemeester invoert.
BALKENENDE:
Ja maar of dat nu wenselijk is zijn toch zaken die de regeringspartijen
moeten aangeven. En daarover zal het debat de komende weken gaan. Dat is
ook wel goed om elkaar eens even te zien en over dat soort onderwerpen te
spreken.
WALLAART:
Bestuurlijke vernieuwing houdt de gemoederen wel bezig. Zo las ik minister
Hoogervorst deze week in de Elzevier. Die schreef daarin dat Nederland
onregeerbaar dreigt te worden. U heeft dat natuurlijk ook gelezen. Wat
dacht u: zeg dat wel Hans?
BALKENENDE:
De heer Hoogervorst heeft langere tijd al eigen opvattingen over het
functioneren van de parlementaire democratie, ook het aantal partijen. Dat
is ook de reden dat hij een aantal opmerkingen heeft gemaakt dus ik kon ze
plaatsen. Aan de andere kant dat raakt natuurlijk wel hoe je aankijkt tegen
bijvoorbeeld zoiets als een kiesstelsel.
WALLAART:
Vindt u ook dat er sprake is van een wildgroei van partijen zo
langzamerhand?
BALKENENDE:
Nee hoor dat maken de mensen zelf uit. Het kan best dat je zegt we gaan het
radicaal anders doen. Maar dat zou betekenen dat je zou moeten werken met
een drempel wat je bijvoorbeeld in Duitsland hebt. In Duitsland moet je 5%
van de kiezers hebben en dan heb je recht om deel te nemen aan een
vertegenwoordigend orgaan.
WALLAART:
Goed idee?
BALKENENDE:
Nee, ikzelf heb daar grote aarzelingen over om deze reden: Nederland is
altijd een land geweest van minderheden. Wij accepteren het en we
respecteren het dat er verschillende geluiden zijn. We hebben dus ook
ruimte gecreëerd voor kleinere partijen. Dat blijkt ook in de Nederlandse
politieke situatie goed te werken. En u heeft ook gezien bij de
ontwikkeling van onze visie op het nieuwe kiesstelsel waarin we uitgaan van
verkiezing per district om de kandidaten te kunnen vaststellen, om ook op
die manier een betere band te krijgen tussen de kiezer en de gekozene. Dat
laat onverlet het feit dat we zeggen de samenstelling van de Tweede Kamer
met beantwoorden aan de wensen van de kiezer.
WALLAART:
Dan blijft natuurlijk de vraag of dat plan van Thom de Graaf met die
districten, hoe dat bijdraagt aan de problemen die oogervorst signaleert?
BALKENENDE:
Hoogervorst heeft zijn opmerkingen gemaakt maar dat heeft natuurlijk niet
alleen te maken met het aantal partijen. Het heeft ook te maken met een
houding. Het heeft te maken met hoe wil je debatten hebben en dat is
natuurlijk niet iets wat de heer Hoogervorst alleen heeft gezegd. Er zijn
natuurlijk regelmatig pleidooien geweest van je zou meer debatten op
hoofdlijnen moeten hebben. Je moet niet voor elke hype een kamerdebat
organiseren. Je moet niet over elk onderwerp een vraag stellen.
WALLAART:
Ja maar als je dan allemaal kamerleden krijgt met een regionaal mandaat dan
iedere weg die omgelegd moet worden in Oost Friesland daar is een debat
over dan, of niet?
BALKENENDE:
Laten we niet te somber zijn. Het is wel goed dat je werkt aan
mogelijkheden om debat tussen het parlementslid en de kiezer om dat te
versterken. Dat hebben we ook tegen elkaar gezegd en daar hebben we
voorstellen over gedaan.
WALLAART:
Daar heb ik ook een heel eenvoudig voorstel voor, precies op dit onderwerp.
Je maakt gewoon de voorkeurstem bepalend voor de samenstelling van de
fractie. In de VVD zeggen ze dan et model Bolkestein. Is dat geen mooie
oplossing?
BALKENENDE:
Het zou natuurlijk kunnen maar dan heb je geen antwoord gevonden op het
punt van: hoe kun je per district een grotere herkenbaarheid krijgen. Want
dat betekent dat degene die de meeste voorkeurstemmen heeft die gaat als
eerste, en degene die dan de minste heeft die komt alleen maar onderaan de
lijst. Nu kan het op een gegeven moment ook wel zo zijn dat bepaalde mensen
misschien niet genoeg voorkeurstemmen hebben maar zeer gewenst zijn.
Bijvoorbeeld je hebt een econoom of je hebt een jurist nodig, je hebt
iemand nodig die een bepaalde beleidssector goed kent.
WALLAART:
Dus u gaat zo'n stelsel niet omarmen?
BALKENENDE:
In de ultieme vorm waarin Bolkestein het heeft voorgesteld ben ik er nooit
een voorstander van geweest want ik zie problemen. Je kunt wel denken van
hoe kun je komen tot bepaalde mengvormen. Ik vind dat iets wat de partijen
in de Tweede Kamer maar moeten bekijken.
WALLAART:
U spreekt daar natuurlijk ook over in coalitieverband. En het gaat toch wel
een beetje die kant op?
BALKENENDE:
Dat weet ik niet hoor. Dat zal nog moeten blijken. Als kabinet hebben we
voorstellen gedaan. Wanneer er andere geluiden zijn in de Tweede Kamer dan
zal dat moeten blijken. Drie partijen hebben elkaar wel nodig en er wordt
op dat punt niet hetzelfde gedacht. Goed dat de discussie de komende weken
doorgaat.
WALLAART:
Bent u het dan eens met de stelling dat deze impasse één van de zwaarste
vuurdopen van dit kabinet is?
BALKENENDE:
Daar moet je een beetje mee oppassen. Ik heb nu al zo vaak gehoord dat er
een spannende week zou komen. Dat is trouwens het fenomeen dat je steeds
vaker ziet. Ik heb Tont Blair in Engeland ook wel gezien van hij krijgt nu
de zwaarste week in zijn politieke carrière. Dan zegt Tony Blair ook van ja
dat werd drie maanden geleden gezegd, dat werd twee maanden geleden gezegd
en ik ben er zeker van over een maand dat het weer gebeurt.
WALLAART:
Denkt u wel eens als we hier uit zijn dan zit het kabinet de rit uit?
BALKENENDE:
Laat ik iets zeggen over de sfeer van het gesprek. Dat is veel bepalender.
De houding van de drie partijen was, de drie fractievoorzitters maar ook
van de drie m,ensen die in het kabinet zitten, wij willen de hele rit
uitzitten. En waarom? Omdat wij er van overtuigd zijn dat het beleid dat we
voeren noodzakelijk is. Er is over en weer vertrouwen. Tot nu toe is ook
gebleken bij tal van onderwerpen dat we er uit zijn gekomen.
WALLAART:
En dan na 2007 nog vier jaar CDA, VVD, D66?
BALKENENDE:
Ik heb wel eens eerder aangegeven: als je bezig bent met een
hervormingsagenda, als je bezig bent om de wissels om te zetten omdat het
nodig is, dan moet je de bereidheid hebben om langere tijd met elkaar te
regeren. Maar dat bepaald wel de kiezer.
WALLAART:
Maar het is uw inzet?
BALKENENDE:
Als je die agenda door wilt zetten dan moet je de bereidheid hebben om in
beginsel met elkaar door te gaan. En ik geloof ook dat daar bij alle
partijen spraken van is
(letterlijke tekst, ongecorrigeerd, jw)
Ministerie van Algemene Zaken