Ministerie van Algemene Zaken


1red15382
11-03-2005, NOS, Gesprek met de minister-president, N.2, 18.55 uur

MINISTER-PRESIDENT BALKENENDE, NA AFLOOP VAN DE WEKELIJKSE MINISTERRAAD, OVER DE AANPAK VAN STENENGOOIERS EN DE GEKOZEN BURGEMEESTER


- AANPAK STENENGOOIERS -


MINGELEN:
U heeft vandaag met de ministers Donner en Peijs het groeiende aantal incidenten van stenen gooien vanaf viaducten besproken. Voorziet u daar nieuwe maatregelen voor?


BALKENENDE:
Het is nog te vroeg om over maatregelen te spreken. Ik denk dat elke Nederlander zich grote zorgen maakt. We hebben nu laatst meegemaakt dat in de buurt van Den Haag er een tegel naar beneden is gegooid met een dodelijke afloop. Dat is verschrikkelijk. Als je ziet dat er deze week opnieuw stenen zijn gegooid, in dit geval een tankauto. Als dat mis was gelopen dan had het geweldige consequenties kunnen hebben. Dat zijn dingen die vreselijk zijn en daar mag je niet aan voorbij gaan. Dat is de reden waarom ik in de marge van de ministerraad heb gesproken met minister Peijs, die verantwoordelijk is voor verkeersveiligheid, en met minister Donner. Met minister Donner heb ik gesproken over het punt van: hoe treedt Justitie op? Is er capaciteit om dit soort zaken te vervolgen? Is er een bepaalde harde lijn die we de laatste tijd hebben gezien?


MINGELEN:
Moet er harder worden gestraft?


BALKENENDE:
Het is wel een punt van attentie voor het OM. Maar goed, dat is een zaak van de prioriteitstelling binnen het OM zelf. Dat het een punt is van grote zorg is heel helder. Dat is de reden waarom ik heb gesproken met beide ministers.


MINGELEN:
Onderzoekt minister Donner na dit gesprek ook of in de strafwetgeving dit delict harder moet worden aangepakt? Is dat een mogelijkheid?


BALKENENDE:
Het is natuurlijk altijd zo dat het geldende strafrecht al heel veel mogelijkheden biedt, want het gaat hier niet om kleine zaken. Het is meer een kwestie van: houden we elkaar scherp, wordt er voldoende aandacht aan besteed en wat is de samenhang tussen de verschillende zaken? Het gooien van stenen met soms vreselijke gevolgen betekent wel dat je dan moet letten op coördinatie, hoe is de verantwoordelijkheid van het ene beleidsterrein en het andere beleidsterrein en dat geldt ook voor de verschillende bewindslieden.


MINGELEN:
Mevrouw Peijs onderzoekt of het mogelijk is om al die viaducten met hekken te beveiligen?


BALKENENDE:
Natuurlijk gaat zij na wat mogelijkheden zijn. Je kunt natuurlijk niet het hele land met hekken vol zetten. Het heeft toch vooral te maken met de vraag: wat zit er bij mensen tussen de oren? Wat houdt mensen bezig? Hoe kan het dat mensen dit soort dingen doen?


MINGELEN:
Snapt u dat?


BALKENENDE:
Ik snap dat niet. Soms heb je volgend gedrag. Er komt iets voor en dan gaat iemand anders dat ook doen.


MINGELEN:
Snapt u dat die man denkt: hé, dat is leuk, een tegel door de ruit?


BALKENENDE:
Volgens mij zit het tussen je oren volstrekt fout als je überhaupt hieraan denkt. Dat je het dan nog doet ook, dat vind ik echt verschrikkelijk. We hebben nu een keer een incident met dodelijke afloop gezien. Als dit fout was gelopen met de tankauto dan hadden we misschien heel anders tegenover elkaar gezeten. Het feit dat je deze risico's loopt is zeer bedenkelijk en dat betekent ook voor een kabinet, maar dat geldt voor iedereen, dat we de zaken heel scherp in de gaten houden, proberen zaken te voorkomen. Ook tegen mensen zeggen: 'Zo ga je niet met elkaar om.'


MINGELEN:
Die mensen kijken niet naar dit gesprek. Die jongens kijken naar hele andere programma's dus die bereik je zo niet.


BALKENENDE:
Dat is de reden waarom je een harde aanpak moet hebben van stenengooiers. Maar er is nog zoveel meer te doen.


MINGELEN:
Het kan misschien preventief werken dat stenengooien met dodelijke afloop met een hele zware straf ook een prioriteit is bij de vervolging door het OM. Daar gaat het kabinet nu nader over praten?


BALKENENDE:
Het is niet voor niets dat ik spreek met de minister van Justitie. Nog niet direct om te praten over of de straf moet worden verhoogd. Er kan geweldig veel binnen het geldend strafrecht. We moeten elkaar buitengewoon scherp houden, want het is een zorgwekkende ontwikkeling. Het komt gewoon te vaak voor. Hard aanpakken.


- GEKOZEN BURGEMEESTER -


MINGELEN:
U had de afgelopen week een diner met de leden van de regeringscoalitie. Dat heeft iedereen kunnen zien. Maar wat niemand wist en zag was dat u ook een kopje koffie met de heer Bos heeft gedronken. Dat was vast niet toevallig aan de vooravond van dat grote overleg.


BALKENENDE:
Al langere tijd zat in de pen dat we elkaar zouden zien. Dat gebeurt vaker, dat je contact hebt met de oppositieleider.


MINGELEN:
Zo kort voor dit soort belangrijke onderhandelingen?


BALKENENDE:
Vorig jaar was ik een tijd weg. Toen kwam het er natuurlijk niet van. Ik heb wel eens eerder de heer Bos in het Torentje langs gehad. Ik ben trouwens toen ik oppositieman was bij de heer Kok langs geweest.


MINGELEN:
U had belangrijke onderhandelingen. U heeft de PvdA nodig om de gekozen burgemeester erdoor te kunnen krijgen.


BALKENENDE:
Er zijn twee dingen en daar doelt u natuurlijk op. Het eerste is het debat in de Eerste Kamer. De eerste stap die gezet moet worden is dat je moet deconstitutionaliseren. Dat betekent het uit de Grondwet halen van de wijze van benoeming van de burgemeester. Dat is ook nodig om ruimte te scheppen voor de rechtstreeks gekozen burgemeester. De fractievoorzitter van de PvdA in de Eerste Kamer heeft gezegd: als het voor 2010 gebeurt doen we sowieso niet mee. Er is trouwens ook veel kritiek op gekomen. Er zijn nogal wat kranten die kritisch zijn geweest over deze opstelling. Waarom? Ook omdat de PvdA in het verleden juist een voorstander hiervan was. Dat werd niet goed begrepen.


MINGELEN:
Heeft u met de heer Bos besproken of hij zijn kompanen in de Eerste Kamer toch niet kan overtuigen dat ze mee moeten werken?


BALKENENDE:
De Eerste-Kamerfractie trekt natuurlijk een eigen lijn. De heer Bos is niet bij mij om te gaan praten over wat hij doet en wat hij bespreekt met zijn collega. We hebben het natuurlijk wel gehad over het belang van voortgang in de Eerste Kamer en wat er nodig is. Er zijn twee dingen van belang. Hoe kijkt de PvdA-fractie in de Eerste Kamer aan tegen het tijdspad van invoering: 2006, 2010, mengvormen. En ook het punt van de relatie tussen veiligheid en de gekozen burgemeester. Dat zal ook een punt van aandacht zijn, maar dat wisten we ook. Daar hebben we het even over gehad.


MINGELEN:
Uit dat overleg is de indruk gekomen dat de gekozen burgemeester er wel komt, maar wel geleidelijk. Waarschijnlijk gaan de gemeenten die wat meer ervaring hebben en de groten eerst in 2006, de rest in 2010. U woont in Capelle. Dat is niet zo'n grote gemeente voor zover ik weet. Vindt u het persoonlijk jammer dat u in 2006 nog niet voor uw eigen burgemeester kunt stemmen?


BALKENENDE:
Dat is een buitengewoon behendige vraag van een ervaren journalist. Een handige methode. Ik ga uiteraard nu nog geen uitspraak doen over hoe het nu zit met de invoering. U weet: de inzet van het kabinet is: doe het allemaal in 2006. We zien natuurlijk ook de bewegingen in de Tweede Kamer en de Eerste Kamer. Daarover vinden nog gesprekken plaats. Daar ga ik ook niet op vooruitlopen. Het is alleen wel zo dat als je zegt: we gaan de kant uit van de gekozen burgemeester, dan moet die weg worden vrijgemaakt. Het is nu een kwestie van nader debat m.n. tussen regeringspartijen, maar net zo goed van andere partijen in de Tweede Kamer, om stil te staan bij de vraag: wanneer starten we en in welke mate.


MINGELEN:
Ik vroeg of u het persoonlijk jammer zou vinden als u uw eigen burgemeester niet zou kunnen kiezen in Capelle.


BALKENENDE:
Het gaat hier niet om wat ik persoonlijk wel of niet vind. U wilt feitelijk van mij een uitspraak ontlokken over waar en wanneer wordt gestemd en in welke gemeenten. Dat is nog net ietsjes te vroeg. Ik vind niet dat ik als minister-president de Kamer voor de voeten moet lopen. Dat past gewoon niet.


MINGELEN:
Heeft het u verbaasd dat rond die onderhandelingen afgelopen woensdag over bestuurlijke vernieuwing er ineens de ruimere toelating van uitgeprocedeerde asielzoekers boven tafel kwam drijven omdat D66 dat zou willen?


BALKENENDE:
Ik vond dat wel verrassend. Ik kreeg de informatie tijdens het diner dat er kennelijk iets in het journaal was geweest. We hadden daar een gesprek over tal van onderwerpen, maar dit punt is trouwens niet eens aan de orde geweest. Dat heb ik ook gezegd na afloop van het gesprek. Dat was even merkwaardig.


MINGELEN:
Toch schijnt het wel een serieuze wens te zijn van D66 dat die asielzoekers in ruimere mate worden toegelaten. 26.000 uitgeprocedeerde moeten er uit. Dat heeft heel veel politieke weerstand opgeleverd. Desondanks is minister Verdonk daarmee bezig. Ziet u enige aanleiding om daar toch aan af te doen?


BALKENENDE:
Voor het kabinet niet. Ik zal ook uitleggen waarom. In het Hoofdlijnenakkoord hebben de drie partijen die dit kabinet vormen aangegeven hoe men aankijkt tegen het vraagstuk van terugkeer van uitgeprocedeerden. Daar is minister Verdonk ook mee bezig. Natuurlijk is het zo dat niet alle partijen daar op een zelfde manier over denken. Het is bekend dat D66 misschien een iets andere opvatting heeft. We hebben met elkaar afspraken gemaakt en dan is het een taak van het kabinet om die gemaakte afspraken ook uit te voeren. In die zin was het even een ander signaal. Maar goed, dat is niet anders.


MINGELEN:
Nu kun je zeggen: die afspreken gelden ook voor de gekozen burgemeester en voor het kiesstelsel en ook daaraan wordt gesleuteld. D66 kan dan toch gewoon zeggen: wij willen dit graag binnenhalen?


BALKENENDE:
Dat is van een andere orde. Als u kijkt naar de bepalingen over de gekozen burgemeester, dan wordt heel duidelijk aangegeven hoe het er uit gaat zien. Ten aanzien van het kiesstelsel is duidelijk aangegeven: we kiezen voor een vertegenwoordigende democratie. We kiezen voor een representatieve samenstelling. Dat betekent dat het aantal stemmen dat een partij krijgt bepalend is en niet het feit dat je bijvoorbeeld 150 districten hebt, wat de heer Van Aartsen heeft gesuggereerd. Daar zijn criteria voor. Het staat er ook nog ergens anders: wat zijn de mogelijkheden. Dan staat onderaan: maar ook andere opties zijn denkbaar. Dat is het speelveld. Ten aanzien van het generaal pardon is die ruimte er niet in het Hoofdlijnenakkoord.


MINGELEN:
Wat u betreft komt er geen ruimere toelatingsregeling voor asielzoekers?


BALKENENDE:
Wij voeren gewoon de gemaakte afspraken uit. Daar zijn we mee bezig.


MINGELEN:
Denkt u dat het nieuwe kiesstelsel nog enige kans maakt?


BALKENENDE:
Het kabinet heeft aangegeven dat wij op basis van de gemaakte afspraken daarmee doorgaan.


MINGELEN:
Maar gezien alle verdeeldheid die aan tafel bleek?


BALKENENDE:
Weet u wat het aardige is van dit kabinet? Er worden wel eens verschillende accenten gelegd. Tot nu toe hebben we gezien dat het op alle dossiers mogelijk is gebleken om met elkaar verder te komen. Of we het nu hebben over veranderingen van de sociale zekerheid, de WAO, het vraagstuk van Turkije, de Europese ontwikkelingen, altijd is goed samengewerkt tussen de coalitiepartijen. Ik heb de vaste overtuiging dat ook op deze punten oplossingen gevonden zullen worden.


MINGELEN:
Dus verkiezingen pas in 2007?


BALKENENDE:
Ja, en zo hoort het ook. We hebben gewoon op het ogenblik nodig dat we bezig kunnen zijn met die toekomstagenda, met vooruit te kijken, die dingen doen die ook nodig zijn. Je schiet er niets mee op om dan eerder verkiezingen te hebben. Dat is trouwens ook wel die avond tegen elkaar gezegd, van: het vertrouwen over een weer. We gaan op een goede en constructieve manier met elkaar om. Dus 2007. (Letterlijke tekst, ongecorrigeerd, RD)