Contactpersoon
Datum
11 maart 2005
Ons kenmerk
DGP/SPO/U.05.00555
Doorkiesnummer
Bijlage(n)
1
Uw kenmerk
-
Onderwerp
Resultaten HSL overleg met België
Geachte voorzitter,
Bij deze informeer ik u over de resultaten van het overleg inzake de
samenwerking tussen België en Nederland bij de aanleg en exploitatie van de
Hogesnelheidslijn Brussel -Amsterdam dat gedurende de periode mei 2004 tot
en met maart 2005 heeft plaatsgevonden.
Het door mij met de Belgische federale Vice-Eerste Minister en Minister van
Begroting en Overheidsbedrijven de heer Vande Lanotte gevoerde overleg
heeft geresulteerd in een aantal gezamenlijke conclusies die ik u bij deze
brief doe toekomen. Indien door u gewenst ben ik bereid tot een nadere
toelichting.
In onderstaande brief geef ik het verloop van het proces sinds mei 2004
kort weer alvorens ik de gezamenlijke conclusies toelicht. Tenslotte wordt
ingegaan op de stappen die de komende periode worden gezet.
Het proces sinds mei 2004
Begin 2004 is een aantal onderwerpen inzake de samenwerking tussen
Nederland en België bij de aanleg en exploitatie van de hogesnelheidslijn
tussen Rotterdam en Antwerpen naar voren gekomen die het overeenkomen van
een definitieve samenwerkingsovereenkomst tussen de Nederlandse vervoerder
HSA en de Belgische vervoerder NMBS bemoeilijkten.
Het betrof daarbij de weigering van de NMBS om mee te werken aan de
bediening van Den Haag en Breda welke door de Nederlandse overheid met HSA
was gecontracteerd, en de reistijden op het Belgische deel van de
hogesnelheidslijn welke hoger zouden uitvallen (de zogenoemde "17
minuten") dan eerder door NMBS aan de Nederlandse overheid was opgegeven
ten tijde van de aanbesteding van het vervoer in Nederland. Conform hetgeen
is bepaald in de concessieovereenkomst met de Nederlandse overheid heeft
HSA mij toen verzocht haar bijstand te verlenen in de contacten met de
Belgische overheid om de gewenste medewerking van NMBS alsnog te
verkrijgen. Ten aanzien van de langere reistijden en de door HSA verwachte
schade die zij daarvan zouden ondervinden werd door HSA een schadeclaim
ingediend bij de Nederlandse Staat.
Nadat ik u bij brief van 19 maart 2004 (kenmerk DGP/SPO/u.04.00166) en
tijdens ons overleg van 7 april 2004 heb geïnformeerd over de
ontwikkelingen inzake dit dossier heeft op 19 mei 2004 een eerste overleg
met de Belgische federale minister Vande Lanotte plaatsgevonden. Gedurende
de zomer van 2004 heeft een feitenonderzoek naar de oorzaken en eventuele
oplossingsrichtingen plaatsgehad welke aan u, bij brief van
1 juni 2004 (kenmerk DGP/SPO/u.04.01953) is toegelicht. In overleg met HSA
is tijdens gesprekken met minister Vande Lanotte op 8 oktober 2004, 26
januari 2005 en
10 februari 2005 geprobeerd tot een oplossing van de gerezen problemen te
komen en daarbij zowel het belang van de reiziger, het belang van de Staat,
het belang van HSA als vervoerder en het belang van de gemeenten Den Haag
en Breda als HSL stopplaatsen te waarborgen.
Over de resultaten van het overleg met minister Vande Lanotte hebben wij op
13 oktober, 17 november, en 8 december 2004 zowel openbaar als besloten
gesproken. Daarbij heb ik u geïnformeerd over mijn inzet bij de gesprekken
met minister Vande Lanotte, waarbij ik van u de ruimte heb gekregen om te
proberen met België tot een vergelijk te komen.
Het overleg met minister Vande Lanotte, waaraan in de laatste fase ook de
vervoerders HSA en NMBS deelnamen, heeft op 6 maart 2005 geresulteerd in
een aantal door beide ministers onderschreven gezamenlijke conclusies over
de toekomstige samenwerking tussen de vervoerders bij de exploitatie van de
HSL-Zuid. Deze gezamenlijke conclusies doe ik u bij deze toekomen. Indien
door u gewenst ben ik bereid tot een nadere toelichting.
De gezamenlijke conclusies
Met België zijn afspraken gemaakt ten aanzien van het bedieningsschema voor
Den Haag en Breda, de reistijden inclusief de RBC-problematiek, een
compensatieregeling, en enkele overige zaken. De afspraken houden het
volgende in.
Bedieningsschema voor Den Haag en Breda
In de concessieovereenkomst met HSA is ten aanzien van de treindienst Den
Haag - Brussel een frequentie van vier treinen per richting per dag
opgenomen. Ten aanzien van de treindienst Breda - Brussel is een frequentie
van zestien treinen per richting per dag opgenomen.
Aan beide treindiensten wilde NMBS niet meewerken omdat deze voor haar
verlieslatend zouden zijn. In plaats van de twee met HSA gecontracteerde
aparte treindiensten tussen Den Haag - Brussel en Breda - Brussel, is
overeenstemming bereikt over één gecombineerde treindienst Den Haag -
Brussel met stops in Rotterdam CS, Breda CS, Brecht, Antwerpen CS,
Mechelen, Brussel CS en Brussel Zuid. Deze treindienst zal een frequentie
hebben van acht treinen per richting per dag en worden uitgevoerd met de
door HSA en NMBS aan te schaffen nieuwe V250 treinstellen.
Wat betekent dit voor Den Haag en Breda?
Er zal vanuit Den Haag CS in plaats van vier maal per richting per dag,
acht maal per richting per dag een rechtstreekse trein naar Brussel Zuid
rijden. Tegenover deze verdubbeling van het aantal treinen staat wel een
langere reistijd aangezien er via Breda wordt gereden.
Er zal vanuit Breda in plaats van zestien maal per richting per dag, acht
maal per richting per dag een trein naar Brussel Zuid rijden. Tegenover
deze halvering van de treindienst naar Brussel Zuid staat een extra
hogesnelheidsdienst met acht treinen per richting per dag naar Den Haag CS.
Daarbij was de realisatie van de treindienst vanuit Breda naar Brussel Zuid
door de weigering van NMBS om medewerking te verlenen uiterst onzeker
geworden.
Bovenstaand bedieningsschema garandeert de rechtstreekse aansluiting van
Den Haag en Breda op het Europese netwerk van hogesnelheidslijnen. Omdat
sprake is van een gecombineerde treindienst in plaats van twee
afzonderlijke treindiensten vanuit Den Haag en Breda zijn de kosten van
exploitatie van de dienst lager en de levensvatbaarheid van de treindienst,
ook op de langere termijn, groter. Met België is overeengekomen om in 2012
het aantal halteringen op deze treindienst in België te evalueren.
België neemt het verlies van haar NMBS bij de exploitatie van bovengenoemde
dienst voor eigen rekening. In ruil hiervoor zullen de Nederlandse overheid
en HSA afzien van enige poging om eventuele schade van de Nederlandse
overheid of HSA als gevolg van de door NMBS gedane foutieve
reistijdenopgave ten tijde van de aanbesteding van het vervoer in Nederland
op de Belgische overheid en/of NMBS of Infrabel te verhalen.
Reistijden inclusief de RBC-problematiek
Ten aanzien van de langere reistijden in België is geconstateerd dat de ten
tijde van de aanbesteding van het vervoer in Nederland door NMBS gedane
reistijdenopgave waarbij werd uitgegaan van een reistijd op Belgisch
grondgebied van 37 minuten,geen realistische opgave betrof. Het verschil
met de tijden uit de concessieovereenkomst is zeventien minuten, waarvan
acht minuten blijvend als gevolg van de foutieve reistijdenopgave.
De resterende negen minuten is het gevolg van temporisering in België in de
planning van de verbetering van het bestaande spoor tussen Antwerpen en
Brussel.
Mijn inzet in het overleg met België was dat België zou voldoen aan haar
verdragsrechtelijke verplichtingen om de voorziene infrastructurele werken
aan het bestaande spoor tussen Antwerpen en Brussel zo spoedig mogelijk te
realiseren en dat tot die tijd voorrang zou worden verleend aan de HSL
treinen boven het Belgische binnenlandse treinverkeer. Tot beide
maatregelen, de versnelling van de aanleg van de voorziene infrastructuur
en het verlenen van voorrang aan HSL treinen boven het Belgische
binnenlandse treinverkeer was België in eerste instantie niet bereid.
Nu is echter afgesproken dat de HSL treinen wel de snelst mogelijke
treinpaden ter beschikking krijgen en dat voorrang wordt verleend aan de
HSL-treinen boven het Belgische binnenlandse treinverkeer. Daarnaast zal de
Belgische overheid tussen de start van de exploitatie in 2007 en 2012 de
reistijdverlagende infrastructurele maatregelen in gebruik nemen waardoor
de reistijden verder gereduceerd worden. Deze infrastructurele maatregelen,
bestaande uit de werken bij Duffel, Mechelen, het bestaande spoor tussen
Antwerpen en Brussel, en het Diabolo project, zullen op verschillende
tijdstippen in gebruik worden genomen waardoor de reistijden stapsgewijs
tot aan de dienstregeling 2013 (december 2012) worden gewijzigd.
De afspraken inzake de reistijden op Belgisch grondgebied leiden tot het
volgende overzicht:
| |2007 | |Dec | |Dec | |Dec | | | | | |'09 | |'10 | |'12 | | | |Dalur|Piekur|Dalur|Piekur|Dalur|Piekur|Dalur|Piekur| | |en |en |en |en |en |en |en |en | |V250 | | | | | | | | | |materie|48 |48 |46 |46 |46 |46 |46 |46 | |el |min. |min. |min. |min. |min. |min. |min. |min. | |V300 | | | | | | | | | |materie|49 |52 |48 |50 |46 |46 |45 |45 | |el |min. |min. |min. |min. |min. |min. |min. |min. |Bij het onderwerp reistijden speelde in het overleg met minister Vande Lanotte ook nog de kwestie van een dreigende extra reistijdverlenging van twee minuten als gevolg van het gebruik van verschillende veiligheidssystemen in België en Nederland een rol. Ten aanzien van deze zogenoemde RBC-koppeling is een keuze gemaakt voor het Gateway systeem waarmee deze extra reistijdverlenging wordt voorkomen. Nederland en België delen de extra kosten van dit systeem gezamenlijk. De monitoring van de realisatie van het systeem is in handen gegeven van het Opvolgingscomité, het bij het HSL verdrag in het leven geroepen orgaan waarin Nederlandse en Belgische technische deskundigen de operationele samenwerking bij het HSL project begeleiden.
Compensatieregeling
Ten aanzien van de reistijden wordt met de afspraken zoals hierboven genoemd voor Nederland de best haalbare situatie gerealiseerd. Er blijft echter in België sprake van langere reistijden, in ieder geval tot 2012, en daarmee van een effect op de businesscase waarmee door HSA en de Nederlandse overheid ten tijde van de aanbesteding van het vervoer in Nederland op basis van de opgave van NMBS rekening was gehouden. Omdat verdere reductie van de reistijden in België niet mogelijk bleek, heb ik bij België aangedrongen op een financiële compensatie gedurende de periode dat voor de reistijden nog niet de meest optimale eindsituatie was bereikt.
Met België is een compensatieregeling overeengekomen, hetgeen inhoudt dat NMBS voor elke minuut vertraging ten opzichte van de norm 0,5 procentpunten minder van de opbrengsten krijgt dan waarop zij volgens de overeengekomen systematiek recht heeft. Deze 0,5 procentpunten van de opbrengsten per minuut vertraging ten opzichte van de norm komt ten goede aan HSA. HSA kan gedurende de periode 2007 tot en met 2012 deze extra opbrengsten gebruiken om de eventuele schade als gevolg van de langere reistijden af te dekken. De regeling is wel wederkerig gemaakt. De regeling draagt een incentive voor de Belgische overheid in zich om zo spoedig mogelijk tot een reductie van de reistijden te komen door de ingebruikname van de infrastructurele werken.
Overige zaken
België heeft tijdens het overleg gevraagd om verduidelijking inzake enkele regelingen die de Nederlandse overheid heeft getroffen om de beschikbaarheid van het treinmaterieel te garanderen in geval HSA gedurende de concessieperiode niet langer in staat zou zijn aan haar verplichtingen te voldoen. De Nederlandse overheid zal hierover aan België nog informatie verschaffen.
Vervolgproces
Er zal een aantal stappen moeten worden gezet om tot realisatie van de afspraken te komen. De vervoerders HSA en NMBS zullen de afspraken moeten uitwerken in de door hen onderling overeen te komen definitieve samenwerkingsovereenkomst. Daarnaast zal door HSA conform de wijzigingsprocedure uit de concessieovereenkomst een voorstel tot wijziging van de concessieovereenkomst moeten indienen bij de Nederlandse overheid. Gedurende de daarop volgende wijzigingsprocedure zal met HSA worden gesproken over de gevolgen die het gewijzigde bedieningsschema voor Den Haag en Breda en de overige afspraken hebben voor de concessieovereenkomst.
De gewijzigde concessieovereenkomst zal ten slotte worden omgezet, conform het bepaalde in de concessiewet, in een publiekrechtelijke concessie en zal te zijner tijd aan u worden voorgelegd.
Hoogachtend,
DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
Karla Peijs
Hogesnelheidslijn Brussel - Amsterdam
Gezamenlijke conclusies van het Ministerieel Overleg België - Nederland
6 maart 2005
Vertrouwelijk
Datum vergadering: 6 maart 2005, 19.00 uur - 22.00 uur.
Plaats vergadering(- Antwerpen, België
Betreft Hogesnelheidslijn Brussel - Amsterdam
Belgische delegatie; dhr. Vande Lanotte Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting en Overheidsbedrijven dhr. Damar voorzitter directiecomité Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer dhr. Schouteten Directeur Federale Overheidsdienst Mobiliteit
en Vervoer
mevr. Coune Directrice beleidscel Overheidsbedrijven dhr. Hendriz Adviseur beleidscel Overheidsbedrijven
Nederlandse delegatie: mevr. PeiJs Minister van Verkeer en Waterstaat dhr. Van Maanen Secretaris-Generaal Verkeer en Waterstaat
dhr, Jacobs Directeur directie Spoor dhr. Gideonse Plv. directeur directie Spoor
Agenda
Bedieningsschema voor Den Haag en Breda
Reistijden, inclusief de RBC+problematiek 3, Compensatieregeling
Dlsruptiekosten en voorkooprecht
Communicatie
Algemeen voorbehoud
Dit verslag is ter vastlegging van hetgeen is overeengekomen tussen de Nederlandse Minister van Verkeer en Waterstaat, mevrouw Kada Peijs en de Belgische federale Vice Eerste Minister en Minister van Begroting en Overheidsbedrijven, de heer Johan vande Lanotte inzake de samenwerking bij de aanleg en exploitatie van de HSL-Zuid tussen Brussel en Amsterdam tijdens het ministerieel overleg'n 6 maart 2005 te Antwerpen, België. De inhoud van dit verslag is voor akkoord getekend door beid& ministers.
Alle In dit verslag opgenomen afspraken tussen partijen zijn onder voorbehoud van instemming met de afspraken door het Nederlandse parlement, en onder voorbehoud van uitwerking van de afspraken door de rechtstreeks bij de uitbating van de HSL-luid betrokken partijen, respectievelijk HSA Beheer B.V. en NMBS in de door hen onderling overeen te komen definitieve samenwerkingsovereenkomst conform hetgeen bepaald op grond van artikel 2 van het conceptcontract van 19 december 2000, en onder voorbehoud van wijziging van de concessieovereenkomst tussen de Nederlandse Staat en HSA beheer N.V. Betrokken 'vervoerders zijn op de hoogte van deze afspraken.
Bedleningsschema voor Den Haag en Breda
De ministers komen overeen de beide vervoerders, HSA Beheer B.V. en NMBS te verzoeken samen de exploitatie van een treindienst tussen de stations Den Haag Centraal naar Brussel Zuid ter hand te nemen en daarbij te halteren op de tussengelegen stations Rotterdam Centraal, Breda Centraal, Brecht. Antwerpen Centraal, Mechelen, en Brussel Centraal. Hierbij dient een frequentie te worden bereikt van acht treinen per richting per dag waarbij een ingroeiperiode van twee jaar vanaf aanvangsdatum, voorzien is 1 april
2007, In acht mag worden genomen. De dienst geldt voor de looptijd van de samenwerkingsovereenkomst.
De uitvoering van genoemde treindienst dient plaats te vinden met het door HSA en NMBS aan te schaffen V250 hogesnelheidsmaterieel. Wie welk treinstel voor zijn rekening neemt, is punt van nader overleg tussen de vervoerders NMBS en HSA Beheer N.V.
Het tussen NMBS en HSA Beheer N.V. geldende Concept Contract is integraal van toepassing op deze verbinding. Eventuele operationele verliezen van beide vervoerders bij de exploitatie van de genoemde treindienst is geen onderwerp van gesprek tussen de Nederlandse en Belgische overheid en zij komen niet in aanmerking voor onderlinge verrekeningen tussen beide landen en/of belde vervoerders.
Evaluatie
Na ingebruikname van alle in België voorziene verbeteringen aan de relevante spoorinfrastructuur bij Duffel, Mechelen, het bestaande spoor tussen Antwerpen en Brussel, en het Diabolo project in 2012 zal door de vervoerders In overleg met de Nederlandse en Belgische overheid worden bezien of aanpassing van het aantal halteringen in België wenselijk is. Hierbij geldt dat handhaving of vermindering van het aantal halteringen in België bespreekbaar fs, alsmede uitbreiding tot Brussel - Noord, Stopzetten van de dienst behoort niet tot de mogelijkheden,
In ruil voor de medewerking van België en de Belgische vervoerder NMBS aan de exploitatie van genoemde treindienst zullen de Nederlandse overheid en de Nederlandse vervoerder HSA afzien van enige poging schade van de Nederlandse overheid en vervoerder HSA, als gevolg van eerder gedane reistijdenopgave, op de Belgische overheid enlof NMBS holding, Infrabel dan wel NMBS te verhalen.
Reistijden. inclusief de RBC-problematiek
De ministers benadrukken het belang van een korte reistijd voor de positie van de hogesnelheidstrein ten opzichte van de concurrerende modaliteiten vliegtuig en auto. De korte reistijden zijn een belangrijke reden geweest voor het besluit tot aanleg van de HSI. infrastructuur in Nederland en de substantiële financiële investering die daarvoor nodig was. Gezien het belang van zo kort mogelijke reistijden is het zaak de gevolgen van de verlenging van de reistijden in België zo beperkt mogelij Vertrouwelijk
laten zijn. België biedt voor de V 250 treinen naar Amsterdam en Den Haag een bijkomende halte aan in Brussel - Centraal, waardoor de meeste reizigers sneller hun eindbestemming zullen bereiken.
België bevestigt dE best mogelijke reistijden voor het traject op Belgisch grondgebied. Voor deze reistijden geldt dat, overeenkomstig het verdrag. maximaal voorrang verleend wordt aan de bedoel treinen. De treinen V250 nemen in ieder geval het snelste pad vanaf hun indienststelling in april
200 De ministers komen overeen dat de reistijd op Belgisch grondgebied tussen de grens en Brussel Zuid vanaf april 2007 voor het V250 materieel maximaal 48 minuten zal bedragen. BIj ingang van de dienstregeling 2010 (december 2009) zal de reistijd op Belgisch grondgebied voor het V250 materieel maximaal 46 minuten bedragen.
De Thalystreinen V300 nemen in daluren het snelste pad vanaf hun indienststelling, en in piekuren vanaf de oplevering van de Diabolo-toegang in 2010. Slechts vier of vijf Thalysverbindingen in de piekuren zullen vanaf de indienststelling tot 2009 drie minuten trager, en in 2010 twee minuten trager moeten rijden vanwege onoverkomelijke veiligheidsproblemen in de wisselstraten van Brussel. Vanaf december 2010 Is dit tijdelijk probleem opgelost. Dit betekent dat de ministers overeen komen dat de reistijd op Belgisch grondgebied tussen de grens en Brussel Zuid in april
2007 voor de V 300 maximaal 49 minuten in het dal en 52 minuten in de spits zal bedragen. Bij ingang van de dienstregeling 2010 (december 2009) zal de reistijd op Belgisch grondgebied voor het V300 materieel maximaal 48 minuten in het dal en 50 minuten in de spits bedragen. Bij ingang van dienstregeling 2011 (december 2010) zal de reistijd tussen grens en Brussel
- Zuid maximaal 46 minuten bedragen voor dal en spits. Bij Ingang van de dienstregeling 2013 (december 2012) zal de reistijd tussen grens en Brussel
- Zuid maximaal 45 minuten bedragen voor dal en spits.
Bij de vaststelling van bovengenoemde reistijden Is aan de verplichting uit het verdrag inzake samenwerking bij de aanleg van de HSL-Zuid tussen Nederland en België van 21 december 1996 om zolang de voorziene infrastructurele werken op de aansluitende baanvakken nog niet in gebruik zijn genomen voorrang te verlenen aan de hogesnelheidstreinen boven het binnenlandse treinverkeer, invulling gegeven. De bovengenoemde voorziene Infrastructurele werken omvatten de werken bij Duffel, bij Mechelen, de verbeteringen aan het bestaande spoor tussen Antwerpen en Brussel, en het Diabolo project.
RBC-koppeling
De ministers komen overeen dat ten aanzien van het RBC systeem voor het grensbaanvak wordt gekozen voor het zogenaamde Gateway systeem waarmee de grensovergang met 300 km/uur kan worden gepasseerd. De offerte van Alstom zal door HSL-Zuid en Infrabel gezamenlijk onderzocht op zijn financieel aspect en op de waarborg van tijdige realisatie. De extra kosten dle zijn verbonden aan implementatie van dit Gateway systeem zullen In gelijke mate gedragen worden door Nederland en België mits de totale extra kosten niet hoger uitvallen dan E 8 miljoen (prijspeil 2005). Mochten deze kosten de E
8 mln. overschrijden dan zullen Nederland en België aanvullende afspraken maken. De ministers dragen het Opvolgingscomité op zo spoedig mogelijk te komen met de prijsopgave van constructeur Alstom van het Gateway systeem, en zorg te dragen voor het zoveel mogelijk beperken van de extra kosten van dit systeem.
3. Compensatieregeling
Op Belgisch grondgebied wordt de reistijd van 45 minuten voor de V300 van Brussel + Zuid tot de grens als norm aanvaard. Op Nederlands grondgebied wordt de reistijd van 54 minuten voor de V300 van Amsterdam-Centraal tot de grens als norm aanvaard. Voor de verbindingen Brussel - Amsterdam wordt een compensatiemechanisme ingesteld, waarbij per vertraging van 1 minuut ten opzichte van de norm 0,50 procentpunten verminderd dan wel vermeerderd worden in de verdeelsleutel HSA 58,75% NMBS 41,25% voor de internationale reizigersinkomsten op de verbinding Amsterdam + Brussel. Zolang er minder dan vier V300 treinen per dag per richting rijden, zal de norm bepaald worden op 46 minuten voor de V250 van Brussel - Zuid tot de grens (excl. stop in Brussel + Centraal), en op 57
minuten voor de V250 van Amsterdam-Centraal tot de grens. Deze compensatieregeling wordt gedurende zes Jaar toegepast (2007 tot en met
2012),
`ii