Toespraak ter gelegenheid van de ´Actieplan Gender Themadag´ van het
Defensie Vrouwen Netwerk
10-3-2005 14:39:00
Toespraak door de staatssecretaris van Defensie, C. van der Knaap, ter
gelegenheid van de ´Actieplan Gender Themadag´ van het Defensie
Vrouwen Netwerk op 10 maart 2005
Dames en heren,
"De opmars van de vrouw stagneert", "Vrouwenemancipatie raakt in het
verdomhoekje", dat constateerde het Sociaal Cultureel Planbureau in
haar emancipatiemonitor het afgelopen jaar.
"Maar niet bij Defensie", was mijn reactie, met enige trots denkend
aan het net tot stand gekomen Actieplan Gender.
Maar de afgelopen maanden ben ik herhaaldelijk aangesproken op het
onderwerp gender. Zowel door de media, Kamerleden, als door
defensiepersoneel. Sommigen dachten, of denken nog steeds, dat ik gek
geworden was: vrouwen bij het Korps Mariniers? Vrouwen bij de
Onderzeedienst? Bijstellen van functie-eisen? Hoe haalde ik het in
mijn hoofd te tornen aan deze masculiene tradities bij de krijgsmacht?
Snapte ik dan niet dat genderbeleid misschien politiek correct is,
maar dat sommige zaken werkelijk onmogelijk zijn?
Dat mijn uitspraken enige discussie zouden opleveren had ik wel
verwacht, maar enigszins verbaasd over de stortzee aan reacties en
voornamelijk kritiek was ik wel.
Ik zie overigens de laatste tijd wel een kentering. In de discussies
met Commandanten zie ik dat ze wel degelijk constructief meedenken en
het belang inzien van meer vrouwen bij de krijgsmacht.
Maar ik laat mij hierdoor uiteraard niet uit het veld slaan en ik ben
blij dat u vandaag gaat praten over het Actieplan Gender. Dit plan is
in oktober vorig jaar door mij, de HDP en de genderambassadeurs
ondertekend. Het plan is niet door het Haagse opgesteld, maar door de
defensieonderdelen zèlf. Het gaat om een actie plan en geen
beleids plan. Het gaat om concrete actiepunten per
organisatieonderdeel, met concrete doelstellingen en concrete
deadlines. Ik heb dan ook hoge verwachtingen van de resultaten. Maar
laat mij u eerst op hoofdlijnen informeren over het plan.
Het Actieplan Gender is een bundeling van deelplannen, waarmee de
verschillende defensieonderdelen invulling geven aan de ambitie om tot
een evenwichtige man-vrouwbalans te komen. Het gaat om de uitwerking
van de speerpunten van het Genderbeleid zoals ik die in de laatste
Personeelsbrief heb aangegeven. Deze zijn: een instroom van 30 procent
vrouwen (om zo de streefpercentages van 12 procent vrouwelijke
militairen en 30 procent vrouwelijke burgermedewerkers te halen); het
positioneren van rolmodellen op zichtbare posities en het vergroten
van de betrokkenheid van commandanten en andere sleutelfiguren, om zo
een klimaat te scheppen waarin zowel vrouwen als mannen zich kunnen
ontplooien en thuisvoelen.
Waarom is dit zo belangrijk? Daar zijn een aantal overwegingen voor en
dat zijn geen politiek correcte, maar vooral zakelijke. Alhoewel ze
zeker bij u, als leden van het Defensie Vrouwen Netwerk, niet onbekend
zullen zijn, neem ik ze kort met u door.
Defensie ondergaat momenteel een grote reorganisatie. Het
expeditionaire karakter, het snel inzetbaar zijn waar ook ter wereld,
staat in de nieuwe organisatie centraal. Om dat te realiseren is een
verjonging van het personeelsbestand noodzakelijk en een vulling van
100 procent van de operationele eenheden. Er zijn de komende jaren
duizenden nieuwe, jonge militairen nodig. Dit is één van de praktische
redenen waarom het zo belangrijk is vrouwen te werven. De arbeidsmarkt
bestaat immers voor de helft uit vrouwelijk potentieel.
Bovendien is een divers samengesteld personeelsbestand ook van belang
om de maatschappelijke acceptatie niet te verliezen. Organisaties met
glazen plafonds, of impliciet vrouwonvriendelijke gewoontes, doen het
niet goed op de arbeidsmarkt. Wie laag scoort op de lijst van
vrouwonvriendelijke organisaties, krijgt vroeg of laat problemen met
het werven van personeel.
Maar het gaat om meer dan het binnenhalen van extra vrouwen. Ik wil ze
vervolgens ook graag binnen Defensie hóuden. Goede
doorstroommogelijkheden en een carrièreperspectief zijn daarom
belangrijk. Het is zonde dat nu veel vrouwen de dienst uitgaan, omdat
ze kinderen krijgen en dat niet kunnen combineren met uitzendingen.
Daarnaast zijn er diverse operationele en strategische redenen om over
meer vrouwen in de gelederen te beschikken. Dit ook waar de
VN-resolutie 1325 ´Vrouwen, Vrede en Veiligheid´ over gaat. Deze
resolutie pleit voor het zoveel mogelijk betrekken van vrouwen bij de
voorbereiding, besluitvorming en uitvoering van vredesmissies.
Nederland/Defensie, hecht er groot belang aan de
internationale afspraken hierover na te komen.
Uit onderzoeken, maar ook tijdens verschillende missies, is gebleken
dat excellerende organisaties bestaan uit mannen en vrouwen.
Verschillende soorten spelers, leidt tot de beste teamprestaties. Een
gemengde eenheid is beter in staat goede contacten op te bouwen met de
omgeving. Denkt u bijvoorbeeld aan het fouilleren van vrouwen door
vrouwelijke militairen. Maar ook leggen in veel landen vrouwen
makkelijker contact met lokale vrouwen. Dit is belangrijk voor het
draagvlak onder de bevolking voor de militaire aanwezigheid en daarmee
van belang voor een militaire operatie. Die ervaring hebben de
Nederlandse militairen ook in Bosnië, Irak en Afghanistan. Ten slotte
kunnen vrouwen een belangrijke rol spelen in de opvang van
oorlogsslachtoffers. Recent onderzoek van Amnesty International heeft
uitgewezen dat de meeste slachtoffers vrouwen zijn.
Deze redenen zijn al diverse malen in diverse beleidsstukken genoemd.
Zo zoetjes aan werd het tijd voor daadwerkelijke actie (ik kom niet
voor niks uit vakbondsland). Vandaar het Actieplan Gender. In dit plan
geven we aan wàt en hóe we zaken willen bereiken.
Waar gaat het om? Denkt u bijvoorbeeld aan het ontwikkelen van
wervingscampagnes speciaal gericht op vrouwen. En dan ook voor
daadwerkelijke gevechtsfuncties. Dat betekent overigens ook dat er
gekeken moet worden naar de huidige fysieke eisen voor die functies.
Uiteraard zonder concessies te doen aan de operationele inzetbaarheid
en veiligheid.
Een ander voorbeeld, als het gaat om vrouwen binnen de
defensiegelederen te houden, is hen als zij jonge kinderen hebben, de
gelegenheid te bieden tijdelijk een bureaufunctie te vervullen, om
daarna weer uitgezonden te kunnen worden. Dit zou ook moeten gelden
voor mannen met jonge kinderen.
Het actieplan bevat daarnaast actiepunten als een onderzoek naar de
mogelijkheid van combiwerkplekken, het instellen van mentoren om
vrouwen te begeleiden bij hun carrière, het positioneren van
vrouwelijke rolmodellen op zichtbare functies,
cultuurveranderingsprojecten, en zo kan ik doorgaan.
Met het actieplan wordt een gang van zaken doorbroken, die tot nu toe
gebruikelijk was. Dat tast posities aan en geeft weerstanden. Dat
leidt begrijpelijkerwijs tot discussie. Die moet ook gevoerd worden.
Ik vind het nu alleen jammer dat deze zich lijkt te beperken enkel één
actiepunt uit het plan (namelijk een onderzoek naar of de huidige
ontoegankelijkheid van twee specifieke onderdelen niet aan herziening
toe is). Daarbij dreigt men het totaalplaatje uit het oog te
verliezen.
Maar desalniettemin bewijst dit actieplan dat er bij Defensie het lef
aanwezig is om de discussie aan te gaan. Bij de opstelling van het
document heb ik in ieder geval veel enthousiasme ontmoet bij de
genderambassadeurs, commandanten, defensievrouwen en andere
betrokkenen. Ik hoop dat ook uw bijeenkomst vandaag hieraan zal
bijdragen.
Ten slotte wil ik nog van de gelegenheid gebruik maken om, alhoewel ik
begrepen heb dat zij vandaag niet aanwezig is, luitenant-kolonel Henny
Snellen te complimenteren voor de invulling die zij jarenlang heeft
gegeven aan het voorzitterschap van het Defensie Vrouwen Netwerk. Haar
aandeel in het genderbeleid, ook in het actieplan, zijn essentieel
geweest. Daarnaast heeft zij in zeer positieve zin bijgedragen aan het
beeld van vrouwen bij Defensie en de bekendheid van het netwerk.
Ik wens u allen een goede bijeenkomst.