Gemeente Ede

nummer 41 / Ede, 8 maart 2005

vanaf 1 januari 2006

Gemeente start met invoering Wet Maatschappelijke Ondersteuning

De gemeente Ede bereidt zich voor op de invoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO). Deze wet gaat vanaf 2006 de Welzijnswet, de Wet Voorzieningen Gehandicapten (WVG) en delen van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) vervangen. Doel van de wet is mensen zo lang mogelijk zelfstandig laten functioneren en maatschappelijk laten meedoen in hun eigen omgeving.

Hoewel het wetsvoorstel nog niet aan de Tweede Kamer verstuurd is, vindt het gemeentebestuur langer wachten met de voorbereidingen voor de invoer net verantwoord.
De invoering van de WMO is voor de gemeente Ede een grote operatie. Zoals het er nu naar uitziet moet de gemeente volgens de nieuwe wet per 1 januari 2006 een aantal zaken hebben geregeld. De gemeente moet voorzieningen bieden aan mensen met een beperking, zoals enkelvoudige huishoudelijke verzorging. Deze zorg is nu nog verzekerd in de AWBZ. Verder moet de gemeente informatie en advies geven aan burgers waar ze terecht kunnen voor maatschappelijke ondersteuning op het gebied van wonen, welzijn en zorg. Ook moet de gemeenteraad een vierjarig plan hebben vastgesteld, waarin staat wat de gemeente gaat doen op het terrein van de lokale maatschappelijke ondersteuning. Over dit plan moet de gemeente vooraf advies vragen aan de burgers, in het bijzonder aan die burgers om wie het gaat.
Het rijk blijft verantwoordelijk voor de zware AWBZ-zorg (bijvoorbeeld verpleeghuiszorg).
De wet legt vast op welke terreinen de gemeente een voorzieningenbeleid moet voeren. Welke voorzieningen de gemeente vervolgens realiseert is een kwestie van lokale beleidsvrijheid. Voor de uitvoering van het beleid krijgt de gemeente geld van het rijk. De gemeente is vrij om die middelen in te zetten voor die zaken waar zij lokaal afspraken over gemaakt heeft.
Huishoudelijke zorg goed regelen en de informatie- en adviesfunctie organiseren zijn de eerste zaken die de gemeente op de rit gaat zetten. De gemeenteraad moet kaders stellen voor de lokale maatschappelijke ondersteuning. Daarbij zullen externe organisaties op het gebied van wonen, welzijn en zorg betrokken worden. In een latere fase wordt deze organisaties ook om advies gevraagd over de gemeentelijke uitgangspunten en plannen.
Op de langere termijn wil de gemeente naar een gebiedsgerichte benadering waarbij zaken als wonen, zorg en welzijn in onderlinge samenhang ingevuld worden. Doel is het bevorderen van de leefbaarheid en samenhang in buurt en wijk. Voor ouderen en mensen met beperkingen zijn levensloopbestendige wijken van belang. Het gaat er dan om dat de gemeente een integraal zorg- en welzijnsbeleid heeft, aangevuld met huisvestingsbeleid en veiligheidsbeleid, zodat ieder in staat is zo lang mogelijk zelfstandig te kunnen functioneren. Op 6 april 2005 praat de commissie Maatschappelijke Zaken over de invoering van de WMO.

---