Utrecht , 10 maart 2005
Online-overheid nu bijna overal realiteit, blijkt uit onderzoek van
Europese Commissie
---
Nederland scoort zwak in volledig elektronische dienstverlening.
Meer dan 90% van openbare dienstverleners is nu online aanwezig en 48%
van de openbare basisdiensten is volledig interactief. Dit blijkt uit
het vijfde jaarlijkse onderzoek van de Europese Commissie naar
online-overheidsdiensten in Europa. Metingen van de beschikbaarheid en
de interactiviteit tonen aan dat de nieuwe EU-lidstaten nu al het
niveau hebben bereikt waar de 15 voormalige EU-leden twee jaar geleden
stonden. De uitdaging is nu ervoor te zorgen dat
online-overheidsdiensten zo breed en uitgebreid mogelijk worden
gebruikt, zodat het bedrijfsleven en de burger er optimaal van kunnen
profiteren.
'Deze studie laat zien dat er in heel Europa indrukwekkende voortgang
is geboekt bij de ontwikkeling en het online toegankelijk maken van
openbare diensten. De kloof in het aanbieden van diensten tussen de
nieuwe lidstaten en de 15 leden van voor de uitbreiding van de EU is
smaller dan velen hadden verwacht en zou wel eens heel snel gedicht
kunnen zijn' stelt Eurocommissaris voor Informatiemaatschappij en
Media Viviane Reding.
'Elektronische overheidsdiensten kunnen administratieve formaliteiten
gemakkelijker en aangenamer maken. Door bedrijven en burgers te
stimuleren er zo veel en zo intensief mogelijk gebruik van te maken,
zal de doelmatigheid van deze diensten, en daardoor ook de
productiviteit en de concurrentie in alle geledingen van de economie,
alleen maar groter worden.'
Bij het onderzoek, dat voor de Europese Commissie werd uitgevoerd door
Capgemini, werden 14.000 websites in 28 landen, de 25 lidstaten van de
EU plus Noorwegen, IJsland en Zwitserland, doorgelicht. Zweden is het
verst met het online aanbieden van openbare diensten, op de voet
gevolgd door Oostenrijk. Voor het onderzoek werd een index
gedefinieerd voor de geavanceerdheid van openbare diensten, van
eenvoudige online informatie tot volledig interactieve diensten,
compleet met online betalingen en online dienstverlening. Deze index
nam bij elke meting toe en staat nu op 65%. Exclusief de nieuwe
lidstaten stopt de teller pas op 72%, een stijging van 5% ten opzichte
van vorig jaar.
De tien nieuwe EU-lidstaten scoren nog voornamelijk in de onderste
helft van de rangorde. De ontwikkeling van elektronische
overheidsdiensten door deze landen heeft reeds het peil bereikt dat de
EU 15 twee jaar geleden hadden. Ze maken dus snelle vorderingen.
Estland bevindt zich zelfs al in de bovenste helft van de rangorde.
Nederland groeit het laatste jaar, vooral door de recente invoering
van elektronische belastingaangifte voor bedrijven, van 65% naar 70%.
Hiermee blijft ons land middenmotor met een 13e plek op een totaal van
28 landen. Ten aanzien van volledig elektronisch afhandelbare
dienstverlening waar geen papieren formulier meer aan te pas komt
blijft Nederland een teleurstellende plek innemen: een score van 32%
ten opzichte van een Europees gemiddelde van 46% (plaats 20 van de
28). Daarmee scoort ons land maar net iets (2%) boven het gemiddelde
van de tien nieuwe lidstaten.
'Onze overheden doen het maar langzaam beter op het internet, maar dat
wil niet zeggen dat er niets gebeurt. Er worden belangrijke
inhaalslagen voorbereid, bijvoorbeeld door invoering van DigiD, een
snelle methode voor identiteitsvaststelling van burgers en bedrijven.
Daarnaast kan de inzet van een geavanceerd systeem voor elektronische
formulieren voor een doorbraak zorgen,' aldus prof. dr. Hein van
Duivenboden, manager eGovernment van Capgemini. 'Het zou me niet
verbazen als Nederland daardoor volgend jaar flink zal stijgen.'
Het onderzoek wordt sinds 2001 in de voormalige 15 EU-lidstaten en
Noorwegen, IJsland en Zwitserland uitgevoerd. Landen die het afgelopen
jaar de grootste vooruitgang boekten zijn IJsland (+20%), Duitsland
(+15%, Italië (+13%), GB (+13%) en België (+9%).
Uit het onderzoek valt op te maken dat de groei in de geavanceerdheid
(zoals het volledig interactief zijn van diensten) de komende jaren
zal afvlakken. Voor een nog verdere verbetering zullen een nauwere
samenhang tussen front- en back-office van openbare diensten, een
hechtere samenwerking en een verandering in cultuur en processen nodig
zijn.
Verbetering van het aanbod van openbare diensten vormt een essentieel
onderdeel van de bredere economische strategie om de economie van de
EU te moderniseren. De nieuwe Lissabon-strategie wil een duidelijke,
stabiele en concurrerende omgeving voor elektronische communicatie en
digitale diensten bevorderen en streeft naar meer onderzoek en
innovatie in de informatie- en communicatie¬technologie en naar een
informatiemaatschappij waarin deelname door iedereen en kwaliteit van
leven voorop staan.
Download het onderzoek 'Online availability of public
services', ( 7,17 MB)