Ministerie van Buitenlandse Zaken

water met Nederlands hulpgeld

MINBZ: Gestrand baggerschip weer te water met Nederlands hulpgeld

Persbericht

Ministerie van Buitenlandse Zaken

9 maart 2005

MINBZ: Gestrand baggerschip weer te water met Nederlands hulpgeld

Donderdag 10 maart zal de Diya Kowulla, een baggerschip dat Nederland in 2004 leverde aan het Sri Lankaanse havenbedrijf, van de kade van Galle in Sri Lanka worden gelicht. De Diya Kowulla was daar gestrand in de Tsunami op 26 december 2004.

De kosten om het schip weer in de vaart te brengen bedragen ongeveer 650 duizend euro. Deze heeft de Nederlandse ontwikkelingsbank FMO betaald uit de Nederlandse hulpfondsen die minister Van Ardenne (ontwikkelingssamenwerking) beschikbaar heeft gesteld voor de wederopbouw van de door de Tsunami getroffen gebieden. In totaal is 200 miljoen euro beschikbaar voor de wederopbouw van de Tsunami-landen.

IHC, de bouwer van het schip, heeft na een tenderprocedure van FMO, de opdracht gekregen om de lichting te verzorgen. Het kraanschip dat de Diya zal bergen is 127 m lang, de Diya zelf heeft een lengte van ongeveer 30 meter. IHC zal ook de schade aan het schip vaststellen en eventuele reparaties laten verzorgen.

Het schip Diya Kowulla is gebouwd door het Nederlandse baggerbedrijf IHC en medegefinancierd door het ministerie van Buitenlandse Zaken. Nederland stimuleert met bedrijfslevenprogramma's investeringen in ontwikkelingslanden. Sri Lanka heeft voor ruim een derde van de kosten van het baggerschip een subsidie gekregen uit het ORET-fonds (Ontwikkelingsrelevante Exporttransacties). Het schip is vorig jaar opgeleverd aan de Sri Lanka Ports Authority en wordt ingezet om havens uit te baggeren.

Als gevolg van de Tsunami is niet alleen het baggerschip in het ongerede geraakt. De haven van Galle is zwaar beschadigd. Nederland betaalt via het bedrijfslevenprogramma PESP (Programma Economische Samenwerking Projecten) een studie voor herstel van deze haven.