Aan de Voorzittervan de TweedeKamerderStaten-Generaal
Binnenhof4
Den Haag
- Directie Duurzame Economische Ontwikkeling
Directie Internationale Markten
Postbus 20061
2500 EB Den Haag
Datum
- 28 februari 2005
Behandeld
- Q. Rijndersen E. Cimen
Kenmerk
- DDE-0126a/2005
Telefoon
- 070-348 6797
Blad
- 1/3
Fax
- 070-348 5956
Bijlage(n)
- -
- E-mail dde@minbuza.nl
Betreft
- Beantwoording vraag vanhet lidSamsom over de werkelijke omvang van de Nederlandse hulp
Graag - bied iku hierbij- het antwoord aan op de vraag gesteld door - het lid- Samsomover - de werkelijke omvang van de Nederlandse hulp. Deze vraag werd gesteld op - 1 november 2004tijdens het begrotingsdebat over ontwikkelingssamenwerking.-
Het is een uitdaging dit in cijfers te vatten. Als uitgangspunt is de Nederlandse Official Development Assistance genomen, aangezien dit in zijn geheel ten goede komt aan ontwikkelingslanden. Naast de Official Development Assistance, is er nog een aantal elementen dat een positieve invloed kan hebben op de groei van ontwikkelingslanden. Dit zijn Buitenlandse Directe Investeringen, de remittances en private bijdragen van maatschappelijke organisaties zoals NGO's en particulieren.
Handelsbarrières hebben een negatieve invloed op het inkomen en het groeipotentieel van ontwikkelingslanden, aangezien deze barrières ontwikkelingslanden belemmeren hun handelspotentieel te realiseren.
Deze cijfers kunnen niet zomaar bij elkaar opgeteld of afgetrokken worden, daarvoor zijn ze te verschillend van aard. Zo kan de geschatte waarde van de handelsbarrières niet van de ontwikkelingshulp worden afgetrokken omdat het gaat om inkomen dat ontwikkelingslanden potentieel mislopen. De cijfers geven echter wel een inzicht in het belang van de verschillende elementen die een rol spelen bij de ontwikkeling van een land.
Voor de gegevens is 2002 als basisjaar genomen. Dit is het recentste jaar waarover gegevens bekend zijn van de meeste voor deze berekening relevante factoren.
Official Development Assistance
Dit is de totale bijdrage die Nederland officieel geeft aan landen die in aanmerking komen voor ontwikkelingssamenwerking. Hierbij zijn de overheidssubsidies aan MFO's en particuliere organisaties meegeteld. De Official Development Assistance in 2002 bedroeg 3,8- miljard euro.
Buitenlandse Directe Investeringen-
Buitenlandse Directe Investeringen in ontwikkelingslanden geven een belangrijke impuls aan de economieën van deze landen. Het Nederlandse bedrijfsleven investeerde in 2002 1,6- miljard euro- in ontwikkelingslanden- .
Private bijdragen
De niet door de overheid gesubsidieerde bijdragen aan ontwikkelingslanden van maatschappelijke organisaties zoals NGO's zijn ook een economische stimulans voor deze landen. In 2002 hebben Nederlandse maatschappelijke organisaties in totaal 0,24- miljard euro- bijgedragen. Daarnaast zijn er nog giften van particulieren (anders dan remittances). Hierover zijn geen gegevens beschikbaar.
Remittances
Het geld dat allochtonen overmaken naar hun land van herkomst, ook wel "remittances" genoemd, draagt uiteindelijk bij aan de economie van deze landen. De remittances uit Nederland naar ontwikkelingslanden- bedroegen in 2002 0,7- miljard euro.
Handelsbelemmeringen
Het LEI- heeft berekend hoeveel inkomen ontwikkelingslanden mislopen door handelsbarrières. Dit is gedaan door te kijken wat er met de handel zou gebeuren als de EU de tarieven voor ontwikkelingslanden op nul zet- . Bij de LEI-berekening zijn de effecten van handelsverstorende subsidies en de beperking van tijdelijke arbeidsmigratie niet meegenomen.
Het LEI komt op een toename van de totale waarde van exporten van ontwikkelingslanden van 44,4 miljard euro- .
Het Nederlandse aandeel hierin is geschat op 2,7 miljard euro. Deze toerekening is gebaseerd op het Nederlandse aandeel in het Bruto Nationaal Inkomen van de EU-15. Dit was in 2002 6,2%- .
De berekening is gemaakt aan de hand van het Bruto Nationaal Inkomen. Het gebruiken van import- en exportcijfers geeft immers een vertekend beeld, vanwege de doorvoerhavenfunctie van Nederland. Hierdoor zou Nederland een te groot gewicht krijgen in de Europese handelsbelemmeringen.
-
De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,
A.M.A. van Ardenne-van der Hoeven
- HGIS nota, 2004, pg. 45.
- Nederlandse rapportage over het Millenniumdoel 8: 'hetontwikkelen van een mondiaal partnerschap voor ontwikkeling', pg. 39.
- Equivalent van 1,674 miljard U.S. Dollar. Om dit om te rekenen naar euro's is dit vermenigvuldigd met de gemiddelde US dollar/euro koers van 2002 (0,9456 volgens de DNB, source: - www.dnb.nl, gevonden op 18 feb. 05)
- Onder ontwikkelingslanden worden de DAC I landen verstaan; dit zijn landen met een GNI per capita lager dan $9,205 met uitzondering van Bahrain, waar het GNI per capita $10,500 bedraagt (bronnen: OECD Development Co-operation Report 2004 en World Development Indicators 2004).
- Idem als 2.
- Equivalent van 257 miljoen U.S. Dollar. Zie ook voetnoot 2.
- Idem als 4.
- Idem als 2.
- Berekening van het LEI voor DGIS, Ministerie van Buitenlandse Zaken, over de effecten van unilaterale eliminatie van invoertarieven op handel tussen ontwikkelingslanden en de EU. Cijfers die gebruikt zijn gaan over 1997, recentere cijfers zijn niet beschikbaar.
- Deze methode leidt tot een overschatting van het effect van de handelsbelemmeringen. Door de tarieven voor ontwikkelingslanden op nul te zetten worden namelijk preferenties gegeven ten opzichte van niet-ontwikkelingslanden.
- Equivalent van 47 miljard U.S. Dollar. Zie ook voetnoot 2.
- Het Bruto Nationaal Inkomen van Nederland is gedeeld door het Bruto Nationaal Inkomen van de EU, en dit wordt vermenigvuldigd met 100%. Dit komt uit op 6,175 %.
===
Ministerie van Buitenlandse Zaken