Gemeente Wijdemeren
25/02/2005
College gesteund door raad in standpunt verdiepingen Loosdrechtse Plassen
Zes van de zeven fracties van de commissie Ruimte en Economie steunen het
voorstel van het college om geen wijziging van het bestemmingsplan in gang
te zetten om verdiepingen in de Loosdrechtse Plassen mogelijk te maken.
Reden van dit besluit is dat het verdiepen van de plassen een te ingrijpend
en onomkeerbaar proces is. Ook is het onzeker is of het doel, vermindering
van de zweefbagger en dus vermeerdering van het doorzicht, bereikt wordt.
Het verdiepen van de Loosdrechtse Plassen is een project van het
Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht om in de toekomst te voldoen aan de
Europese richtlijnen. Volgens de richtlijnen is het water te troebel door
zogenoemde zwevende slibdeeltjes. Door het graven van drie verdiepingen van
gemiddeld 14 meter diep met een totale oppervlakte van 240 voetbalvelden,
zou het zwevende slib in de verdiepingen moeten afzinken. Ook zouden de
"gaten" dienst kunnen doen als depot voor de overtollige bagger uit de
jachthavens.
Advies professor de Vries
Het college baseert zijn standpunt op het ingewonnen advies van professor De
Vries, hoogleraar hydrologie en hydrogeologie aan de Vrije Universiteit van
Amsterdam. Hij concludeert: "dat het niet evident is dat de methode het slib
in de plassen zal verminderen". Ook de gevolgen op de lange termijn, zoals
het verzakken van huizen en eilanden zijn niet te voorspellen terwijl het
plan voor de natuur onomkeerbaar is. Om toch tot een oplossing van het
probleem te komen wil het college in de stuurgroep Loosdrecht Plassen
aandacht vragen voor het aangeboden alternatief van professor De Vries . Om
de slibconcentratie te laten dalen stelt hij voor de Loosdrechtse Plassen
jaarlijks met water uit het Amsterdam-Rijnkanaal door te spoelen. Het
college zou de werkzaamheid van dit alternatief graag nader laten
onderzoeken. Bovendien moet een actief baggerbeleid gevoerd gaan worden om
het baggerprobleem op te lossen. Bijvoorbeeld door de mogelijkheid te
scheppen voor het aanleggen van baggerdepots.
16 voorwaarden
In het najaar van 2003 stelde het college de raad al voor niet mee te werken
aan de benodigde wijziging van het bestemmingsplan. De raad besloot een
inspraakavond te houden. Op basis van de ingekomen reacties van voor- en
tegenstanders stelden de commissie en het college 16 voorwaarden op waaraan
voldaan moest worden voordat het college de raad zou voorstellen het
bestemmingsplan te wijzigen. Eén daarvan was dat duidelijk moest zijn wat de
gevolgen op langere termijn zouden zijn en of het plan het beoogde doel zou
bereiken. Aan deze voorwaarde is niet voldaan.