Gemeente Utrecht


SCHRIFTELIJKE VRAGEN inzake luchtkwaliteit/verkeersveiligheid

24 Vragen van de heer P.F.C. Jansen, de heer G.A.M. van de Vecht,
mevrouw mr. M. Schuring en de heer drs. C.J. Verhoef
(ingekomen 28 februari 2005)


Op 25 februari 2005 heeft het Milieupunt Zuid, op verzoek van de bewonerscommissie van de C.Erzeijstraat, een goed bezochte informatieavond georganiseerd. Zoals bekend wordt binnen de gemeente Utrecht een groot aantal inwoners blootgesteld aan concentraties NO2 en fijn stof, die uitgaan boven de Europese normen die respectievelijk in 2010 en 2005 van kracht
Tijdens de avond is door een drietal inleiders (universiteit Utrecht, Utrechtse Natuur- en Milieufederatie, gemeente Utrecht) verteld hoe de regelgeving met betrekking tot luchtkwaliteit tot stand is gekomen, wat de ratio is achter de normstelling en wat de generieke en lokale mogelijkheden zijn om de luchtkwaliteit te verbeteren.

Naar aanleiding van het vertelde en een aantal vragen/verzoeken van de aanwezige bewoners zouden wij graag antwoord krijgen op de volgende vragen:

1. Heeft het College onderzocht wat de mogelijkheden zijn om in Utrecht een vergunningstelsel voor op diesel rijdend vrachtverkeer en taxi's in te voeren om daarmee de luchtkwaliteit in stedelijk gebied te verbeteren, zoals staatssecretaris Van Geel bepleit heeft ?
2. Het College heeft onlangs schriftelijke vragen van de heer Giesberts over 80 km/uur op de autowegruit rond Utrecht beantwoord . Tijdens de informatieavond van 25 februari werd door de medewerker van de Utrechtse Natuur en Milieufederatie gesteld dat minister Peijs recent heeft aangegeven bereid te zijn tot de invoering van een 80km/uur regime op de autowegen rond de grote steden, indien de betrokken regio/gemeenten haar daarom verzoeken.
Klopt dat en zo ja: heeft het Utrechtse College, in samenwerking met het Bestuur Regio Utrecht, al initiatieven genomen om de invoering van 80km/uur te bevorderen?
3. In de beantwoording van eerdergenoemde schriftelijke vragen stelde uw College dat een 80km/uur regime als mogelijk negatief effect zou kunnen hebben: een groei van het sluipverkeer op (deels) binnenstedelijke routes. Voor welke routes zou dit effect kunnen optreden? Op welke termijn zou genoemd onderzoek gereed kunnen zijn?
4. Enkele aanwezigen op de informatieavond suggereerden om de luchtkwaliteit van de Erzeijstraat te verbeteren door de invoering van eenrichtingverkeer op de Erzeijstraat/Vultostraat en de Jutfaseweg. Op beide routes zou er een rijbaan beschikbaar komen voor autoverkeer en een voor bussen-taxi-hulpdiensten-vuilniswagen.
Een dergelijke aanpassing lijkt met betrekkelijk geringe financiële middelen uitgevoerd te kunnen worden.
Is het college bereid om na te gaan wat de milieueffecten van deze variant langs beide routes zijn? Wij willen overigens benadrukken dat een eventuele oplossing een meerwaarde dient te hebben voor het gehele gebied, dus niet slechts tot een verschuiving van de problemen leidt.
5. Op de Erzeijstraat/Vultostraat zijn middengeleiders aangebracht om te voorkomen dat er op een onverantwoorde wijze wordt ingehaald en te hard gereden. De bewoners constateren dat sindsdien de vuilniswagen niet meer gebruik maakt van de rijbaan, maar over het fietspad rijdt. Ook rijden surveillancewagens van het nabijgelegen politiebureau Tolsteeg met regelmaat over de vrijliggende fietspaden, zelfs over de trottoirs, om de file op de rijbaan te omzeilen.
Is het college met ons van mening dat dit onaanvaardbaar is uit het oogpunt van verkeersveiligheid? Wat gaat u doen om een einde te maken aan deze praktijk?


---

Telegraaf, 16 april 2004.
2004/102 d.d. 9 november 2004, beantwoord op 7 december 2004.


---- --