Federale regering Belgie
Evaluatie personeel politiediensten
(2005-02-25)
Persbericht van de Ministerraad
Op voorstel van de heer Patrick Dewael, Minister van Binnenlandse
Zaken, keurde de Ministerraad een voorontwerp van wet goed tot
wijziging van bepaalde basisregels van de evaluatie van de
personeelsleden van de politiediensten.
Het voorontwerp heeft als doel het evaluatiesysteem van de
personeelsleden van de politiediensten te rationaliseren en te
vereenvoudigen. Daarnaast zal het de evaluatoren in het kader van hun
personeelsbeheer een doelmatiger en doeltreffender instrument
aanreiken, terwijl de basisfilosofie van het huidige systeem behouden
blijft.
Het voorontwerp biedt een antwoord op de vele vragen die gesteld
worden over het evaluatiesysteem, zoals het nu in de wet van 26 april
2002 is opgenomen. De vragen hebben vooral te maken met de
zwaarwichtigheid van het systeem, wat de procedure en het
beschrijvende karakter betreft.
De bedoeling van het nieuwe systeem is de beroepsbekwaamheid van het
personeelslid te beoordelen, met als hoofddoel de bekwaamheden van
iedereen te ontwikkelen.
Het nieuwe evaluatiesysteem voorziet een evaluatieniveau minder. De
taak van de eindverantwoordelijke voor de evaluatie werd opnieuw
omschreven. Hij kan zich laten bijstaan door eeen evaluatie-adviseur.
Zijn rol bestaat erin om de evaluatie-adviezen voor te bereiden en op
te stellen.
De evaluatoren, de eindverantwoordelijken en de evaluatie-adviseurs
zijn verplicht een opleiding in evaluatie te volgen. Het principe van
de verschillende gesprekken wordt grotendeels behouden. Om het systeem
rationeler toe te passen, zijn de functioneringsgesprekken voortaan
facultatief.
De geëvalueerde kan een beroep instellen bij de raad van beroep tegen
een eindvermelding 'onvoldoende' en tegen twee partiële vermeldingen
'onvoldoende'.
De inwerkingtreding blijft 1 april 2005. De daadwerkelijke toepassing
wordt verlengd tot 12 maanden te rekenen vanaf die datum.