Contactpersoon
-
Datum
25 februari 2005
Ons kenmerk
DIZ/2005/78
Doorkiesnummer
-
Bijlage(n)
-
Uw kenmerk
-
Onderwerp
Brief aan de Tweede Kamer inzake het EU Voorzitterschap
Geachte voorzitter,
De Minister en Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken hebben de Tweede
Kamer per brief van 18 januari 2005 reeds in grote lijnen geïnformeerd over
de resultaten van het Nederlands voorzitterschap van de EU in de tweede
helft van 2004. In aanvulling op deze brief, en tevens in vervolg op mijn
brief van 1 juni 2004 aan het begin van het voorzitterschap, wil ik de
Vaste Commissie voor Verkeer en Waterstaat bij deze uitgebreider informeren
over de behaalde resultaten op het terrein van Verkeer en Waterstaat.
Omdat de periode van het Nederlandse EU voorzitterschap gekenmerkt werd
door een drietal grote veranderingen, te weten de toetreding van tien
nieuwe lidstaten, de verkiezingen voor het Europees Parlement en het
aantreden van een nieuwe Europese Commissie, is er voor gekozen extra
aandacht te besteden aan informele bijeenkomsten en agendasetting. Nieuwe
ideeën en initiatieven konden zo worden meegegeven aan de nieuwe Commissie
en het nieuwe Parlement. Deze opzet heeft goed gewerkt.
Gezien de genoemde veranderingen was de verwachting ten aanzien van formele
besluitvorming in de Transportraad aan het begin van ons voorzitterschap
getemperd, maar ik denk dat ook hier de resultaten geenszins tegenvallen.
In de transportraden van oktober en december 2004 is overeenstemming
bereikt over een groot aantal onderwerpen op het terrein van land-, zee- en
luchtvervoer. Ook op het gebied van water zijn in de Milieuraad
aansprekende resultaten behaald, zoals Raadsconclusies over een Europese
aanpak voor hoogwaterbescherming en een strategie voor het mariene milieu.
Hierdoor zijn deze thema's op de Europese agenda gezet, en zijn er tevens
vervolgafspraken over gemaakt.
Informele Transportraad
Direct aan het begin van het voorzitterschap hebben de Staatssecretaris en
ik een Informele Transportraad georganiseerd in Amsterdam en Rotterdam.
Deze was gewijd aan bevordering van de kustvaart (short sea shipping), en
de toekomst van de Europese luchtvaartsector. De informele Raad heeft
conclusies aangenomen met tal van maatregelen ter bevordering van short sea
shipping, een vervoerswijze die als vervanging kan dienen voor
transportstromen over land. Te denken valt aan het reduceren en
vereenvoudigen van douaneprocedures, waaronder het elektronisch aangifte
doen. Ook het stroomlijnen van inspecties in havens voor schepen van short
sea lijnen verhoogt de efficiency van deze diensten. Het debat over de
toekomst van de Europese luchtvaartsector was ingegeven door de vele
ontwikkelingen op deze markt in de laatste jaren. Het debat toonde aan dat
naast voortgang met het creëren van een Europese en internationale
luchtvaartmarkt, ook veiligheid en beveiliging steeds meer aandacht vragen.
De discussie over deze thema's is voortgezet met stakeholders uit de
luchtvaartsector tijdens een bijeenkomst van de Directeuren Generaal
luchtvaart uit alle lidstaten in oktober 2004.
Verkeersveiligheid en milieu
In oktober heb ik samen met mijn Italiaanse collega Minister Lunardi een
informele ministeriële bijeenkomst over verkeersveiligheid op de weg
georganiseerd en voorgezeten in Verona. Maatregelen op dit gebied verdienen
hoge prioriteit, gezien het grote aantal slachtoffers dat het wegverkeer
eist. De betrokkenheid van de Europese verkeersministers om tot een
vermindering van het aantal slachtoffers te komen is groot. De conclusies
van deze bijeenkomst zijn op de Transportraad van december 2004 aangenomen
als Raadsconclusies. De mogelijke maatregelen gaan van verbeterde
handhaving (ondermeer het innen van boetes voor overtreding in het
buitenland) en meer toepassing van nieuwe technologieën daarbij (zoals een
alcoholslot) tot financiering en het veiliger maken van infrastructuur
(bijvoorbeeld verkeersgeleiding) en van voertuigen en de rol van industrie
en overheden daarbij.
Ook in oktober heeft een high-level conferentie plaatsgevonden over energie
en duurzame mobiliteit , getiteld: 'Energy in Motion', die ik samen met
mijn collega's Brinkhorst en Van Geel georganiseerd heb.Deze conferentie,
met deelname van overheden, industrie, wetenschap en ngo's, stond vooral in
het teken van de lange termijn strategie voor duurzaam wegvervoer, waarbij
de toekomstige energievoorziening wordt gewaarborgd en innovatie van de
economie wordt gestimuleerd. Tijdens de conferentie is gesproken over de
bijdrage die innovaties in brandstoffen en voertuigtechnologie kunnen
leveren aan een schoner en klimaat-vriendelijker wegtransport en de manier
waarop dergelijke innovaties sneller in de markt gezet kunnen worden.
Duidelijk bleek hoe zeer iedereen doordrongen raakt van de urgentie van
deze uitdagingen en op zoek is naar de beste mogelijkheden om daarmee
vandaag al concreet aan de slag te gaan. In de voorzitterschapconclusies,
die zijn voorgelegd aan de Transportraad, de Milieuraad en de Energieraad,
zijn onder andere aanbevelingen opgenomen over een verdere aanscherping van
Europees bronbeleid ter reductie van fijn stof, NOx en CO2. Reductie van
CO2 werd beschouwd als het meest hardnekkige probleem waarvoor het
wegvervoer gesteld staat; een probleem waarvoor een geïntegreerde aanpak
nodig is, met aandacht voor alternatieve brandstoffen, voertuiginnovaties,
energie-efficiënter consumentengedrag, en logistieke innovaties. Duidelijk
werd ook dat om aan de uitdagingen het hoofd te bieden strategische
partnerschappen tussen overheid, industrie en andere stakeholders nodig
zijn.
Zeevaart
Tijdens de Transportraad van december zijn weer enkele stappen gezet op weg
naar een veiligere en concurrerende maritieme sector. Zo is een politiek
akkoord bereikt over de toepassing van de Internationale
Veiligheidsmanagement Code (ISM Code) op het Europese scheepvaartverkeer.
Ook zijn conclusies getrokken over het verbeteren van het bestaande
internationale schadevergoedingssysteem voor olieverontreiniging door
schepen.
De Raad kwam tevens tot een algemene oriëntatie over een vereenvoudigde
procedure voor de wederzijdse erkenning door de lidstaten van
opleidingscertificaten van zeevarenden die volgens dezelfde minimumeisen
door de lidstaten zijn afgegeven. Hiermee is het voor zeevarenden
makkelijker om werk te vinden in een andere lidstaat.
Luchtvaart
Op beide Transportraden is gesproken over de externe luchtvaartbetrekkingen
van de EU. Tussen de Raad en de Commissie is in principe overeenstemming
bereikt over de te volgen aanpak, waarbij zowel het specifieke EU-VS
dossier als het dossier externe luchtvaartbeleid algemeen, binnen één
context zijn geplaatst. Op basis van dit overleg zal de Commissie voorjaar
2005 met een vernieuwde aanpak (Mededeling of omegelijk zelfs concept
Verordening) extern beleid komen. De onderhandelingen met de VS zullen pas
nu weer intensief voortgezet worden, met het aantreden van een nieuwe
Amerikaanse administratie. De gesprekken in de Raad hebben intussen wel
geleid tot een verbetering van de verhoudingen tussen de Commissie en de
lidstaten, hetgeen ertoe geleid heeft dat de Raad twee nieuwe
onderhandelingsmandaten aan de Commissie heeft toegekend, namelijk voor de
landen van de West Balkan en Marokko. Het is nu zaak deze positieve
benadering vast te houden.
Op de Raad van december zijn ook twee belangrijke besluiten genomen voor
harmonisatie van wetgeving in de luchtvaartsector. In de eerste plaats zijn
de eisen voor luchtverkeersleiders in de EU geharmoniseerd. Dit verhoogt de
veiligheid en vergroot de mogelijkheid tot arbeidsmobiliteit van deze groep
mensen. Daarnaast is na jaren van besluiteloosheid een politiek akkoord
over de operationele eisen voor luchtvaartpersoneel mogelijk gebleken (de
zogenaamde EU-OPS). Er is nu sprake van harmonisatie van de eisen aan
cabinepersoneel en van de vlieg- en rusttijden.
Galileo
Op de Raad van december is tevens het besluit genomen om de
stationeringsfase van het project Galileo in te laten gaan. Reeds dit jaar
zullen de eerste testsatellieten gelanceerd worden. De Raad heeft
vastgehouden aan de voorwaarde om tenminste 2/3 van het project privaat te
financieren. Galileo kan in de toekomst naar verwachting tot circa 150.000
nieuwe arbeidsplaatsen scheppen.
Wegvervoer
Op de oktoberraad is een algemene oriëntatie bereikt over een Europees
rijbewijs. Dit Europese model op credit card formaat zal fraudebestrijding
gemakkelijker maken en leiden tot meer uniformiteit in de handhaving. Dat
komt ook de verkeersveiligheid ten goede. Na eerdere pogingen van het
Italiaanse en het Ierse voorzitterschap heb ik getracht te komen tot een
nieuwe gemeenschappelijke regeling voor de doorberekening van kosten aan
vrachtwagens het zogenaamde Eurovignet. Helaas is dit niet mogelijk
gebleken. Met name het toezicht door de Commissie op de concessies voor
tolwegen was voor enkele lidstaten een breekpunt.
Ook op het gebied van de Europese voertuigtechnische regelgeving is de
nodige voortgang geboekt. Aanzienlijke resultaten zijn behaald voor de
kaderrichtlijn motorvoertuigen die in navolging van de personenauto's ook
een Europese typegoedkeuring voor vrachtauto's en aanhangwagens mogelijk
zal maken. Bovendien is in het kader van administratieve lastenverlichting
er voor gekozen om geen aanpassingen meer te introduceren op de bestaande
richtlijnen voor voertuigverlichting. Een clausule in deze kaderrichtlijn
zal de mogelijkheid creëren om de reeds bestaande internationale regels
hiervoor (VN/ ECE reglementen) direct toepasbaar te verklaren in het
Europese recht. Daarnaast is een richtlijn voorbereid over eisen aan en
controle op zogenaamde bull bars.Ook is een richtlijn uitgewerkt, die moet
garanderen dat nieuwe personenauto's en bestelauto's alleen mogen worden
verkocht indien de materialen waaruit zij zijn opgebouwd, voor een
aanzienlijk deel hergebruikt of teruggewonnen kunnen worden. Deze drie
richtlijnen zullen naar verwachting onder Luxemburgs voorzitterschap in de
eerste helft van 2005 kunnen worden afgerond.
Spoorvervoer
In december is een algemene oriëntatie in de Raad bereikt over de richtlijn
voor harmonisatie van eisen aan treinmachinisten. Hiermee is besluitvorming
over dit deel van het zogenaamde derde spoorpakket dichterbij gekomen. Veel
zal afhangen van de opstelling van het Europese Parlement in deze, waar
sommigen besluitvorming over separate elementen van dit pakket zonder
akkoord op de andere onderdelen afwijzen. De richtlijn voor machinisten is
van cruciaal belang voor het functioneren van een internationale
spoormarkt, die voor het goederenvervoer al op 1 januari 2007 van start
gaat.
Binnenvaart
De binnenvaart heeft extra aandacht gekregen onder het Nederlands
voorzitterschap, onder andere tijdens het congres 'The Power of Inland
Navigation' in november, waaraan ook de sector zelf zal deelnam. Conclusies
van dit congres zijn onder de aandacht van de nieuwe Commissie en het
nieuwe Europees Parlement gebracht. In de Raad is een algemene oriëntatie
bereikt over de toepassing van River Information Services, een elektronisch
communicatiesysteem voor de binnenvaart dat de efficiency en de veiligheid
van de binnenvaart in Europa moet verhogen. Ook is een politiek akkoord tot
stand gekomen over de toepassing van de reeds op de Rijn geldende
technische eisen voor binnenvaartschepen in de gehele EU.
Water
Naast transport, valt ook het waterbeleid onder de competentie van Verkeer
en Waterstaat, in het bijzonder van de Staatssecretaris. Twee niet alleen
voor Nederland maar ook voor de rest van de EU belangrijke waterthema's
zijn dan ook geagendeerd en uitvoerig besproken tijdens het
voorzitterschap.
Bescherming tegen hoog water.
De overstromingen als gevolg van hevige regenval in grote delen van Europa
in 2002 hebben geleid tot een roep om een Europees Actieprogramma.
Nederland heeft samen met Frankrijk de Europese Commissie gevraagd met een
voorstel te komen. Medio 2004 heeft de Commissie hieraan gevolg gegeven en
een Mededeling (beleidsvoornemen) "Overstromingsrisicobeheer"
gepresenteerd, die tijdens de informele Milieuraad in juli o.l.v. de
staatssecretaris van V&W is besproken. De Prins van Oranje heeft tijdens
deze bijeenkomst een inleiding gegeven over het thema
hoogwaterproblematiek. De bevindingen van het debat zijn tijdens de
Milieuraad van oktober vastgelegd in Raadsconclusies. De Raadsconclusies
gaan in op het belang van een Europese aanpak voor hoogwaterbescherming
door middel van een gecoördineerd actieprogramma met als uiteindelijk doel
de preventie van, bescherming tegen en mitigatie van de gevolgen van
overstromingen. De Raad roept de Commissie dan ook op om bij voorkeur voor
midden 2005 een voorstel voor een concreet Europees Actieprogramma te
presenteren aan de Raad.
De ambitie van Nederland om hoogwaterbescherming te agenderen en te
bespreken op Europees niveau is derhalve gehaald.
Europese mariene strategie
Het initiatief van de Europese Commissie om te komen tot een strategie voor
duurzame bescherming van het mariene milieu teneinde een duurzaam gebruik
mogelijk te maken, is met een 2e stakeholdersbijeenkomst van 10 - 12
november in Rotterdam haar laatste fase ingegaan. Tijdens deze bijeenkomst
is naast de verdere ontwikkeling van de strategie ook veel aandacht geweest
voor de implementatie. Belangrijk in dit verband is de samenwerking tussen
de verschillende (bestaande) regionale zeeconventies (Zwarte Zee,
Middellandse Zee, Noordzee en de Oostzee) de Europese Commissie, NGO's en
IGO's. De bijeenkomst in Rotterdam heeft geleid tot formele Raadsconclusies
die zijn aangenomen in de Milieuraad van december. Met deze conclusies
vragen de Europese milieuministers aan de Europese Commissie om naast de
bestaande regionale zeeconventies, een overkoepelende strategie op te
stellen die in de toekomst gaat waarborgen dat alle Europese zeeën duurzaam
worden gebruikt, beheerd en beschermd.
De Commissie zal voor de zomer van 2005 de thematische strategie voor het
mariene milieu uitbrengen. Dan zal zij ook duidelijkheid geven omtrent
aanvullende regelgeving op dit terrein. Een implementatieplan van de
mariene strategie zal doorlopen tot 2010.
Goed nabuurschap
Tenslotte heb ik afgelopen jaar, zoals aangekondigd, extra aandacht
gevraagd voor het thema 'Goed nabuurschap', met name tijdens een seminar
van de Europese Commissie hierover in Santiago de Compostella in juni en
tijdens de jaarlijkse conferentie van Europese transportministers (ECMT).
Europees Commissaris De Palacio heeft besloten tot de oprichting van een
high level group die zich buigt over een pan-Europese aanpak van
infrastructuur in de EU en haar buurlanden. Hierbij wil de Commissie
dezelfde methodiek hanteren die gebruikt is bij de herziening van de Trans
Europese Netwerken voor Transport (TEN-T). Toen is gekozen voor een
benadering in twee stappen: een keuze van hoofdtransportassen gevolgd door
een selectie van een beperkt aantal prioritaire projecten op deze assen. Ik
heb mij ervoor ingezet dat iedere lidstaat die dat wil, vertegenwoordigd
kan zijn in deze nieuwe High Level Group.
Werkprogramma nieuwe Commissie
Tijdens een vorig Algemeen Overleg heb ik de wens te kennen gegeven het
overleg met de Tweede Kamer niet alleen op de komende Transportraad te
richten maar ook op de Europese langere termijn strategie. In de eerste
plaats kan daarvoor gebruik worden gemaakt van de BNC-fiches die de Kamer
worden toegezonden over nieuwe Commissie-voorstellen. Daarnaast heb ik
geopperd met u van gedachten te wisselen over het programma van de nieuwe
transportcommisaris. Van de kant van de Kamer werd hierop positief
gereageerd.
Inmiddels is echter duidelijk geworden dat commissaris Barrot geen eigen
strategiedocument zal presenteren alvorens de mid term review van het
Witboek Transport 2001-2010 is afgerond. Een mededeling over deze mid term
review is aangekondigd voor november 2005.
Wel beschikbaar zijn het strategische programma 2005-2009 en het
werkprogramma voor 2005 van de nieuwe Europese Commissie. Deze documenten
zullen betrokken worden in de Staat van de Unie die als onderdeel van de
begroting van Buitenlandse Zaken in het najaar met de Kamer besproken
wordt. Vooruitlopend hierop heb ik het voornemen op basis van deze en
andere relevante stukken een notitie op te stellen die ingaat op de voor
mijn beleidsterrein relevante onderwerpen. Ik kan u deze notitie in maart
doen toekomen. Op basis daarvan zou de in het vooruitzicht gestelde
gedachtewisseling over de Europese langere termijn strategie kunnen
plaatsvinden.
Wellicht zou hiervoor bij het Algemeen Overleg ter voorbereiding van de
eerstvolgende Transportraad enige tijd kunnen worden ingeruimd.
Hoogachtend,
DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
Karla Peijs
Ministerie van Verkeer en Waterstaat