Ministerie van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801
2509 LV Den Haag
der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4
Binnenhof 1a Telefoon (070) 333 44 44
2513 AA `s-GRAVENHAGE Telefax (070) 333 40 33
Uw brief Ons kenmerk Doorkiesnummer
09-05-SZW SV/F&W/2005/11794 333
Onderwerp Datum Contactpersoon
Quickscan RWI naar sollicitatieplicht 23 februari 2005
De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft mij verzocht een reactie te
geven op de quick scan sollicitatieplicht die de Raad voor Werk en Inkomen (RWI) heeft laten
uitvoeren, zodat deze betrokken kan worden bij een (nog te plannen) Algemeen Overleg.
Quickscan sollicitatieplicht ouderen
De RWI heeft een quick scan laten uitvoeren naar de effectiviteit van de sollicitatieplicht voor
ouderen. De conclusies luiden als volgt:
1. De invoering van de sollicitatieplicht is door de uitvoeringsinstanties zonder veel problemen
uitgevoerd. Omdat er al een sollicitatieplicht gold voor uitkeringsgerechtigden onder de 57,5
jaar, betekende de invoering vaak niet meer dan een uitbreiding van de groepen die een
sollicitatieplicht hebben.
2. Oudere WW-uitkeringsgerechtigden krijgen allen de sollicitatieplicht opgelegd, tenzij men valt
onder de in wet geregelde uitzonderingsbepalingen. Voor de Werkloosheidswet (WW) geldt
dat UWV en CWI de wet vrij strikt naleven.
3. Gemeenten hebben de mogelijkheid om soepeler om te gaan met de regeling dan UWV en
maken daar vaak gebruik van. Veel ouderen met een uitkering op grond van de Wet werk en
bijstand (WWB) krijgen een individuele ontheffing op basis van arbeidsmarktperspectief,
meestal in de vorm van een passieve arbeidsplicht. Dat wil zeggen dat er niet gesolliciteerd
hoeft te worden, maar dat inschrijving bij CWI en aanvaarding van algemeen geaccepteerde
arbeid wel verplicht is.
4. De invoering van de sollicitatieplicht voor oudere werklozen roept, aldus de respondenten,
vooral bij ouderen die voorheen vrijstelling hadden en nu moeten solliciteren negatieve reacties
op. Respondenten van CWI, het UWV en gemeenten vinden het in de huidige economische
situatie weinig effectief om ouderen een sollicitatieplicht op te leggen, mede gezien de
weerstand bij werkgevers om ouderen in dienst te nemen.
Enkele respondenten van UWV en gemeenten noemden een mogelijk effect op de instroom.
Ouderen zullen mogelijk minder snel akkoord gaan met een afvloeiingsregeling, omdat zij dan
de sollicitatieplicht krijgen opgelegd.
2
De quick scan vond plaats in januari 2005 door middel van 41 telefonische interviews met
managers/beleidsmedewerkers van 9 Centra voor Werk en Inkomen (CWI) respectievelijk 9
gemeenten. Daarnaast is gesproken met 7 regiomanagers van het Uitvoeringsinstituut
werknemersverzekeringen (UWV). De quick scan betreft dus een impressie van uitvoerders en
geen statistisch materiaal.
Reactie
De WW en WWB beogen werklozen maximaal te stimuleren om weer aan het werk te gaan. Het
beleid is erop gericht te voorkomen dat de WW oneigenlijk gebruikt wordt als `uittreedroute' voor
oudere werknemers. Om die reden is de sollicitatieplicht voor oudere werknemers per 1 januari
2004 weer ingevoerd. Werknemers ouder dan 57,5 jaar die werkloos zijn, zijn vanaf 1 januari
2004 niet langer vrijgesteld van de sollicitatieplicht. Voor ouderen die op 31 december 2003 reeds
een WW- of Abw-uitkering ontvingen, is een overgangsregeling getroffen. Met de herinvoering van
de sollicitatieplicht voor ouderen is de positie van ouderen gelijkgetrokken met die van overige
uitkeringsgerechtigden.
De quickscan van de RWI geeft een eerste globale indruk van de werkwijze van CWI, het UWV
en gemeenten met betrekking tot de sollicitatieplicht voor ouderen.
Het onderzoek geeft gegeven de opzet en reikwijdte een beperkt beeld; werkgevers en oudere
werklozen zijn bijvoorbeeld niet in het onderzoek betrokken.
De quickscan geeft aan dat de ondervraagde uitvoeringsinstanties zonder veel problemen en op de
juiste wijze de sollicitatieplicht voor ouderen uitvoeren.
Volgens de respondenten in het onderzoek heeft herinvoering van de sollicitatieplicht voor ouderen
weinig effect vanwege de economische conjunctuur en de aarzeling bij werkgevers om ouderen in
dienst te nemen. In economisch moeilijke tijden is het voor iedere werkloze, dus ook voor
ouderen, lastig om aan de slag te komen. Het vergt enige tijd voordat de noodzakelijke
cultuuromslag optreedt en de getroffen maatregelen effect sorteren. Juist nu de economie tekenen
van herstel vertoont, is de sollicitatieplicht voor ouderen een investering die ervoor zorgt dat zij
klaarstaan om de arbeidsmarkt te betreden.
Het kabinet heeft een reeks flankerende maatregelen getroffen om de arbeidsparticipatie van
ouderen te bevorderen, zoals de Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij de arbeid,
verlenging van het Besluit preventieve inzet wachtgeldfondsen (experiment met ontslag bedreigde
werknemers), instelling van de Regiegroep Grijs werkt en de Tijdelijke stimuleringsregeling ter
bevordering van leeftijdsbewust beleid binnen bedrijven.
Gezien het feit dat de sollicitatieplicht voor ouderen pas een jaar geleden weer is ingevoerd, is het
begrijpelijk dat nog niet iedereen daarop is ingesteld. Het is daarom ook nog te vroeg om een
oordeel over de effectiviteit van de herinvoering van de sollicitatieplicht te kunnen vellen.
De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
3
(mr. A.J. de Geus)
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid