Ministerie van Buitenlandse Zaken

over een Amerikaans internationaal netwerk van geheime gevangenissen

Beantwoording kamervragen over een Amerikaans internationaal netwerk van geheime gevangenissen

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Binnenhof 4

Den Haag

Directie Westelijk Halfrond

Bezuidenhoutseweg 67

Postbus 20061

2500 EB Den Haag

Datum

23 februari 2005

Behandeld

F. Bevort

Kenmerk

DWH/NM-009/05

Telefoon

+31 70 3484239

Blad


1/7

Fax

+31 70 3485472

Bijlage(n)


1

inge-van.schooten@minbuza.nl

Betreft

Beantwoording vragen van het lidVan Bommel over een Amerikaans internationaal netwerk van geheime gevangenissen

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Van Bommel over een Amerikaans internationaal netwerk van geheime gevangenissen. Deze vragen werden ingezonden op 30 december 2004 met kenmerk 2040505840.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot

Antwoord van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, op vragen van het lid Van Bommel (SP) over een Amerikaans internationaal netwerk van geheime gevangenissen.

Vraag 1
Wat is uw reactie op de berichten dat onder leiding van Amerikaanse officials in een groot aantal landen gevangenen zijn opgehaald en overgebracht naar onbekende detentiecentra of gevangenissen? 1 en 2)

Antwoord
Ik heb kennis genomen van deze berichten. Ik heb echter geen bevestiging kunnen krijgen omtrent de juistheid van deze berichten. De mensenrechtenambassadeur heeft recent het Amerikaanse mensenrechtenbeleid waaronder de vermeende transporten besproken met een vertegenwoordigster van het bureau mensenrechten van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken. Daarbij is van Amerikaanse zijde aangegeven dat de VS gedetineerden alleen terugzendt naar hun land van herkomst en daarbij zorgvuldig tewerk gaat.

Vraag 2
Kunt u de Tweede Kamer informeren over de aard, omvang en de tijden van de vluchten die hebben plaatsgevonden? 1)

Vraag 3
Gaat het daarbij om toestellen van Premier Executive Transport Services Inc. of om toestellen van een andere firma? In het laatste geval, welke andere firma betreft het? Zijn er naar uw informatie nog meer toestellen betrokken bij deze operaties? Zo ja, welke? Vraag 5
Hebben genoemde toestellen ook tussenlandingen in Nederland gemaakt? Zo ja, waar en wanneer? Waar ging / gingen het toestel / de toestellen heen en waarom heeft u daarvoor toestemming gegeven?

Antwoord
Ik heb geen bevestiging ontvangen dat deze vluchten hebben plaatsgevonden. Volgens aan mij verstrekte informatie zijn er ook geen tussenlandingen in Nederland geweest.

Vraag 4
Zijn er ook in Nederland gevangenen opgehaald? Zo ja, om wie gaat het en waarheen is/ zijn hij of zij vervoerd?

Antwoord
Nee.

Vraag 6
Is het waar dat in januari 2002 Muhammad Saad Iqbal in Jakarta is gearresteerd vanwege betrokkenheid bij de verijdelde aanslag door Richard Reid? Is u bekend waar Iqbal momenteel is? 3)

Antwoord
Ja. Mij is zijn verblijfplaats niet bekend.

Vraag 7
Zijn de Nederlandse autoriteiten bij dit onderzoek betrokken, temeer daar het spoor van Reid via Amsterdam zou hebben gelopen? Zo ja, op welke wijze?

Antwoord
De Nederlandse autoriteiten zijn niet betrokken bij onderzoek naar Muhammad Saad Iqbal. Er zijn geen rechtshulpverzoeken bekend waarin Nederland gevraagd is mee te werken aan een dergelijk onderzoek.

Vraag 8
Wat is de stand van zaken in het onderzoek van de Amerikaanse commissie onder leiding van oud - minister Schlesinger over de detentie-operaties van het Amerikaanse ministerie van Defensie? Indien het rapport gepubliceerd is, wat is daarover uw opvatting?

Vraag 11
Bent u van mening dat dit beleid in strijd is met de Conventies van Genève? Indien neen, waarom niet?

Antwoord
De commissie onder leiding van oud-minister Schlesinger, die onderzoek deed naar de detentieprogramma's van het Amerikaanse ministerie van Defensie, heeft haar rapport op 24 augustus 2004 gepresenteerd. Het Amerikaanse Congres heeft vervolgens in september 2004 hoorzittingen over dit rapport gehouden.

De regering heeft kennis genomen van het rapport en de hoorzittingen.

In het rapport adviseert de Commissie Schlesinger de Amerikaanse regering om de status en behandeling van de verschillende categorieën gevangenen nader te definiëren en vorm te geven, waaronder de door de VS nieuw gecreëerde categorie "unlawful combatants". Nederland heeft bij verscheidene gelegenheden zijn zorg over deze nieuwe categorie gevangenen aan de VS overgebracht. Zoals gemeld in de brief aan de Tweede Kamer van 1 november 2004 inzake Guantánamo Bay (Kamerstuk 27 925 nr. 148) is de creatie van deze derde categorie gevangenen (naast burgers en krijgsgevangenen) onwenselijk, omdat hantering van deze kwalificatie onduidelijkheid introduceert over internationale rechtsnormen en de handhaving daarvan. De regering is van mening dat alle mogelijke schendingen van de conventies onderzocht dienen te worden.

Vraag 9
Zijn de in de pers genoemde operaties uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van het Amerikaanse ministerie van Defensie of van een ander ministerie? Indien dat laatste het geval is, welk ministerie en ressorteren deze misstanden dan ook onder de commissie Schlesinger? 4)

Antwoord
Zoals in het antwoord op vraag 1 is gesteld heb ik geen bevestiging kunnen krijgen dat deze operaties daadwerkelijk zijn uitgevoerd.

Vraag 10
Kunt u aangeven welke presidentiële order van de regering Clinton aan de basis van dit beleid staat? Kunt u aangeven wanneer en op welke wijze de regering Bush deze presidentiële order heeft aangepast? 2)

Antwoord
Nee. Deze presidentiële orders zijn niet openbaar.

Vraag 12
Wilt u, indien de berichten waar zijn, er bij de Amerikaanse autoriteiten op aandringen openheid te verschaffen over dit netwerk van gevangenissen? Indien neen, waarom niet? Zo ja, wilt u de informatie naar de Kamer sturen?
Vraag 13
Wilt u, indien de berichten waar zijn, er bij betrokken landen op aandringen deze gevangenissen te sluiten en geen verdere medewerking aan deze operatie te verlenen? Indien neen, waarom niet?

Vraag 14
Wilt u, indien de berichten waar zijn, er bij de Amerikaanse autoriteiten op aandringen dat het Internationale Rode Kruis dan wel de VN Speciale Rapporteur inzake Marteling deze geheime gevangenissen inspecteert? Indien neen, waarom niet? Zo ja, welke instantie heeft uw voorkeur en kunt u dat toelichten?

Vraag 15
Wilt u, indien de berichten waar zijn, de Amerikaanse ambassadeur ontbieden om uw afschuw over deze gang van zaken uit te spreken? Indien neen, waarom niet?
Vraag 16
Wilt u, indien de berichten waar zijn, er bij de Amerikaanse autoriteiten op aandringen dat maatregelen worden genomen tegen de verantwoordelijken? Indien neen, waarom niet?

Antwoord
Ik heb de problematiek van de gevangenen van Guantánamo Bay en Abu Ghraib op 10 december 2004 met minister Powell besproken, en tevens tijdens mijn recente reis met respectievelijk de onderminister van Defensie Wolfowitz en minister van Buitenlandse Zaken Dr Rice.

Bij eerdere besprekingen met de VS heeft de EU tijdens het Nederlandse EU-voorzitterschap aangedrongen op bezoeken van het Internationale Rode Kruis en de VN-speciale rapporteurs aan alle gevangenen.

Indien nieuwe feiten bekend worden, zal worden bezien of, en zo ja hoe, de Amerikaanse autoriteiten hierop aangesproken dienen te worden.


1) "US accused of `torture flights", Sunday Times, 14 november jl.


2) "Jet is an open secret in terror war", Washington Post, 27 december jl.


3) "Terror suspects' torture claims have Mass. Link", The Boston Globe, 29 november jl;
www.boston.com/news/world/articles/2004/11/29/terror_suspects_torture_ claims_have_mass_link?pg=3


4 Aanhangsel-Handelingen nr. 2206, vergaderjaar 2003-2004