LEI

persbericht / nr. 1799

23-februari-2005

Voldoende ruimte voor verplaatsing landbouwbedrijven

Nederland biedt vrijwel zeker voldoende ruimte aan agrarische bedrijven die in het kader van de reconstructie van de zandgebieden moeten worden verplaatst van extensiveringsgebieden naar ontwikkelingsgebieden. Wel kunnen in enkele regio's knelpunten ontstaan, die een verhuizing over grotere afstand noodzakelijk maken. Daarnaast zullen de Kaderrichtlijn Water en het nieuwe mestbeleid de behoefte aan bedrijfsverplaatsingen vergroten. Om hierop te kunnen inspelen zijn extra maatregelen nodig. Dat blijkt uit een onderzoek van het LEI (onderdeel van Wageningen UR) in opdracht van het Ministerie van LNV.

Binnen Nederland zijn 12 reconstructiegebieden aangewezen. Elk gebied is onderverdeeld in een landbouwontwikkelingsgebied, een verwevingsgebied en een extensiveringsgebied. Om de extensivering te realiseren zal het aantal bedrijven in laatstgenoemde gebieden moeten verminderen. Voor een deel gebeurt dat doordat bedrijven worden opgeheven. Het aantal intensieve veehouderijbedrijven zal de komende vijf jaar naar verwachting los van de reconstructie met ongeveer 3,5% per jaar teruglopen. Daarnaast wordt aan sommige perspectiefvolle bedrijven de mogelijkheid geboden om naar een ander gebied te vertrekken, waar zij de mogelijkheid hebben verder te groeien. Van de kant van de overheden zijn daarvoor niet alleen financiële stimulansen nodig, maar ook hulp bij het zoeken naar nieuwe locaties en het ontwikkelen daarvan. Tevens dient de mogelijkheid om verschillende vestigingen van een bedrijf op één locatie samen te voegen een steviger wettelijke basis te krijgen.

---

Ruimte voor Reconstructie; Over de invloed van autonome en recente beleidsmatige ontwikkelingen op het aantal bedrijfsverplaatsingen in het kader van de reconstructie. Het rapport bestellen 'rapport4.05.01'.