Gemeente Haarlem
22 februari 2005
sector Stedelijke Ontwikkeling
46/2005
Gemeente Haarlem, het college van burgemeester en wethouders
Persbericht
Oneigenlijk gebruik Monumentenwet
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en de G26, een samenwerkingsverband van de 26 grootste steden, hebben aan de minister Dekker (VROM) en staatssecretaris Van der Laan (OCW), een brief verzonden over het oneigenlijk gebruik van artikel 3 van de Monumentenwet.
In de Monumentenwet is een aanwijzingsprocedure opgenomen voor rijksmonumenten. Onder meer op verzoek van belanghebbenden kunnen objecten aangewezen worden als beschermd rijksmonument. Gedurende de procedure die daarvoor gevolgd moet worden, wordt het object beschermd als ware het al een rijksmonument, de zogenaamde voorbescherming. Op deze wijze wordt voorkomen dat monumentale waarden verloren gaan tijdens de aanwijzingsprocedure.
Uit landelijke ervaringen is echter gebleken dat deze wettelijke mogelijkheid met enige regelmaat oneigenlijk wordt gebruikt, bijvoorbeeld om bouwprojecten te vertragen of om te voorkomen dat verbouw- of sloopplannen worden uitgevoerd. De gehele procedure duurt minimaal 10 maanden en bij bezwaar en beroep is er al gauw sprake van 2 jaar of nog langer. En al die tijd geldt de voorbescherming en worden plannen, zoals woningbouwprojecten, gefrustreerd en economische belangen geschaad.
Dit is met name een probleem als pas in allerlaatste instantie om voorbescherming wordt gevraagd.
Een door de staatssecretaris van OCW genomen tijdelijke beleidsregel rondom het aanwijzen van monumenten verkort deze procedure niet.
In de brief wordt nu aangedrongen om op korte termijn een oplossing te ontwikkelen. Daartoe worden er in de brief enkele mogelijkheden aangegeven. Namens de directieraad VNG en de G26 vragen de heer Kuiper en de wethouder van de gemeente Haarlem, mevrouw Rietdijk, om spoedig overleg.
Colette Laddé, communicatieadviseur
023-5113581
c.ladde@haarlem.nl
---- --