Uitspraken vastgesteld d.d. 11 februari 2005
door mr. J.B. Fleers, voorzitter, drs. G.T.M. Driehuis, prof. dr. mr.
B. de Gaay Fortman, mr. A.H. Schmeink, mw. C.D. Smolders, leden, in
tegenwoordigheid van mr. M.M.S. van den Berg, secretaris.
J. en M. van der Weide / J. Schaafsma (De Telegraaf)
Uitspraak: gegrond
De klacht is gericht tegen het artikel Volkswoede beheerst Drents
dorp, waarin klagers zijn genoemd. Het artikel bevat een aantal
beschuldigingen aan het adres van klagers.
De Raad stelt voorop dat een journalist bij het publiceren van
beschuldigingen als waar het hier om gaat, met bijzondere
zorgvuldigheid te werk moet gaan. Dat houdt in het algemeen onder meer
in dat wederhoor moet worden toegepast. Dat de beschuldigingen zouden
zijn geuit door een geïnterviewde, maakt dat niet anders (vgl. RvdJ
2003/43 en RvdJ 2003/21).
De gesprekken die verweerder heeft gevoerd met enkele dorpsbewoners,
van wie niet blijkt of zij iets verklaren uit eigen wetenschap dan wel
op basis van horen zeggen, leveren geen deugdelijke grond op voor de
gepubliceerde beschuldigingen, aldus de Raad. Bij zijn oordeel heeft
de Raad de sociale context waarin de beschuldigingen zijn geuit mede
in aanmerking genomen.
Verder overweegt de Raad dat verweerder klagers eenmaal telefonisch om
een reactie heeft gevraagd. Dat enkele telefoongesprek kan niet als
een passende wijze van het bieden van wederhoor worden aangemerkt.
De Raad concludeert dat verweerder grenzen heeft overschreden van
hetgeen, gelet op de eisen van journalistieke verantwoordelijkheid,
maatschappelijk aanvaardbaar is.
Trefwoorden:
- Journalistieke werkwijze: bronnen, hoor en wederhoor
- Feitenweergave: tendentieuze berichtgeving
Publicatie op www.rvdj.nl onder nr. 2005/3.
J. Schouten / de Stentor
Uitspraak: ongegrond
Klager maakt bezwaar tegen de wijze waarop zijn ingezonden brief is
gepubliceerd.
In lijn met eerdere uitspraken overweegt de Raad dat een redactie in
beginsel de vrijheid heeft om ingezonden brieven in te korten of te
redigeren. Bij het gebruikmaken van dit recht dient te worden
voorkomen dat afbreuk wordt gedaan aan de inhoud of de strekking van
de ingezonden brief. (vgl. RvdJ 2002/05 en RvdJ 2004/85).
De Raad is van oordeel dat klager niet aannemelijk heeft gemaakt dat
de zonder zijn medeweten geschrapte zinnen een zo essentieel onderdeel
van zijn brief uitmaakten, dat weglating ervan afbreuk zou doen aan
inhoud of strekking ervan. De klacht is derhalve ongegrond.
Trefwoorden:
- Rectificatie/weerwoord: ingezonden brieven
Publicatie op www.rvdj.nl onder nr. 2005/4.
X / P. van Weerdenburg (De Telegraaf)
Uitspraak: ongegrond
De klacht heeft betrekking op het artikel Arie in de penarie!, dat een
weergave bevat van een gesprek dat Van Weerdenburg heeft gevoerd met
Arie Ribbens en Cea Mulder, de ex-echtgenote van klager. De kern van
de klacht is dat het artikel onjuistheden bevat en dat verweerder
klager onvoldoende gelegenheid tot wederhoor heeft geboden, althans
niet heeft gereageerd op zijn verzoeken om contact met hem op te
nemen.
Volgens de Raad is niet gebleken dat de gewraakte passage relevante
onjuistheden bevat. Bovendien is geen sprake van een zodanige
diskwalificatie van klager dat het achterwege laten van wederhoor
jegens hem onzorgvuldig is. Het zou verweerder echter niet hebben
misstaan, indien hij contact met klager zou hebben opgenomen, al was
het maar om ook diens lezing van de gebeurtenissen te vernemen, aldus
de Raad.
Trefwoorden:
- Journalistieke werkwijze: hoor en wederhoor
- Feitenweergave: grievende, tendentieuze berichtgeving
Publicatie op www.rvdj.nl onder nr. 2005/5.
---
Publicatie op www.rvdj.nl onder nr. 2005/2.
Publicatie op www.rvdj.nl onder nr. 2005/1.
Raad voor de Journalistiek