Gemeente Utrecht


2005 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
22 Vragen van mw. A. van Rooij, de heer J.H. Berends, mw. mr. M. Schuring en
de heer W. Rietkerk
(ingekomen 22 februari 2005)


Toelichting
Op de wijkavond ZuidWest d.d. 19 januari hebben bewoners met raadsleden gesproken over het thema wonen in Zuidwest.
Door een bewoonster uit Rivierenwijk is tijdens deze bespreking naar voren gebracht dat bij nieuwbouwprojecten het onderdeel openbaar groen er vaak bekaaid van af komt. Bewonersgroepen en wijkraad moeten veel moeite doen om via de inspraak er voor te zorgen dat er voldoende vierkante meters voor groen in de planvorming worden opgenomen en het groen voldoende kwaliteit heeft.
Zeker in een wijk als Rivierenwijk, waar weinig openbaar groen is, is het van belang dat er op nieuwbouwlocaties ook groen wordt toegevoegd. Dit is vaak de enige mogelijkheid om het groen in de buurt te vergroten, al is het maar op kleine schaal.
De bewoonster gaf aan dat de gemeente hier meer regie op kan voeren door voorafgaand aan de ontwikkeling van een nieuwbouwterrein al aan te geven wat de oppervlakte aan openbaar groen moet zijn en eisen te stellen ten aanzien van de kwaliteit en gebruiksvriendelijkheid van het groen. Dit kan door bij het opstellen van de planidentificatie of in de nota van uitgangspunten hierover duidelijke randvoorwaarden op te nemen waar projectontwikkelaars aan moeten voldoen.
Deze suggestie werd door veel van de aanwezige bewoners onderschreven. Ook de aanwezige raadsleden vinden dit een goed idee.

Dit leidt tot de volgende vraag:
1. Is het College bereid om in planidentificaties voor nieuwbouwlocaties duidelijke randvoorwaarden op te nemen ten aanzien de oppervlakte aan openbaar groen, de kwaliteit en gebruiksvriendelijkheid van het openbaar groen waaraan de projectontwikkelaars moeten voldoen?


---- --