Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

21-2-2005

Consumenten worden mogelijk blootgesteld aan bestrijdingsmiddelen die gebruikt worden voor de begassing van geïmporteerde zeecontainers. Het gaat om de bestrijdingsmiddelen methylbromide, chloorpicrine en fosfine. De consequenties voor de volksgezondheid zijn nog niet duidelijk. Dit blijkt uit onderzoek van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) dat in 2004 in opdracht van de VROM-Inspectie is uitgevoerd.

Staatssecretaris Pieter van Geel van Milieu (VROM) stuurt het onderzoek vandaag naar de Tweede Kamer. De staatssecretaris onderzoekt met zijn collega's van VWS, LNV en Sociale Zaken welke maatregelen moeten worden genomen. De VROM-Inspectie blijft de zeecontainers controleren. Mogelijk besmette goederen worden uit de markt gehaald.

Giftig
Ladingen die per vrachtschip vervoerd worden, worden in het land van herkomst vaak gegast. Dit om te voorkomen dat de vracht tijdens het transport beschadigd raakt door insecten en ander ongedierte in de lading of de verpakking. Bedoeling is dat het giftige gas gedurende een korte periode actief blijft, zodat de lading op de plaats van bestemming op veilige manier gecontroleerd, gelost en verwerkt kan worden.
De gebruikte gassen zijn per definitie giftig. Ze vormen een bedreiging voor de gezondheid en veiligheid van mensen, maar ook voor het milieu. De resultaten van eerdere onderzoeken waren dan ook aanleiding voor de VROM-Inspectie het RIVM te laten onderzoeken of deze bestrijdingsmiddelen ook effect hebben op de goederen in de containers. In de containers kunnen namelijk ook consumentengoederen zitten, waaronder matrassen, voedingsmiddelen en kleding. Voorkomen moet uiteraard worden dat deze consumentengoederen in de handel worden gebracht wanneer deze schadelijk zijn voor de volksgezondheid.

Conclusies
Uit het onderzoek blijkt dat driekwart van de onderzochte goederen zoals matrassen, schoeisel, tassen en beeldjes, nog lange tijd na begassing methylbromide en chloorpicrine uitdampen. Hierdoor kunnen onbedoeld mensen worden blootgesteld aan de giftige gassen. Er is namelijk een reëel risico dat consumenten de resten methylbromide en chloorpicrine uit de begaste producten binnen krijgen via inademing en de huid. Consumenten ondervinden hiervan mogelijk een gezondheidsrisico. De omvang hiervan is op basis van dit onderzoek niet goed te kwantificeren.
Bij voedingsmiddelen en medicijnen kan de begassing leiden tot een verandering van de chemische samenstelling. Ook kan bij medicijnen de werking ervan veranderen. Over de consequenties van de restpartijen fosfine kan nog geen uitspraak worden gedaan.

Maatregelen
Staatssecretaris van Geel neemt over de resulaten van het onderzoek contact op met de bewindspersonen van VWS, Sociale Zaken en LNV. Dit om mogelijke maatregelen te nemen. De VROM-Inspectie blijft daarnaast zeecontainers controleren op gegaste ladingen. Risicovolle ladingen worden uit de markt gehaald. Dit om te voorkomen dat consumenten met de goederen in aanraking komen.

Meer informatie
Dossier Gassingen (achtergrondinformatie over gassingen) Download het rapport op de website van het RIVM: http://www.rivm.nl/milieu/risicos/zeecontainers.jsp