Persbericht
--- Onder embargo tot vrijdag 18 februari 19.00 uur ---
Extreem krachtige explosie uit het hart van ons melkwegstelsel
Super gammaflits verblindt nieuwe satelliet
Op 27 december jl. werd de gloednieuwe NASA-satelliet Swift volledig verblind door een enorme gammaflits. Als deze flits zich in zichtbaar licht had voorgedaan, dan zou hij korte tijd helderder zijn geweest dan de volle maan, en het is dan ook de helderste gammaflits ooit waargenomen. Sterrenkundigen van de Universiteit van Amsterdam (UvA) ontdekten in samenwerking met teams van o.a. de radiotelescopen in Westerbork en Dwingeloo (JIVE) dat deze unieke explosie afkomstig is van een zogeheten gammaflikkeraar in het centrum van ons melkwegstelsel. De ontdekking werpt nieuw licht op de aard van deze zeer zeldzame sterren.
De gammaflits schoot van achteren dwars door de NASA-satelliet en de afscherming van zijn gammadetectoren, die gedurende een deel van een seconde volledig werden verblind. Het gammaflitsteam van de UvA, dat onmiddellijk werd gewaarschuwd, schakelde in overleg met medewerkers van de Stichting Astronomisch Onderzoek Nederland (ASTRON) de Nederlandse radiotelescoop in Westerbork in om de naweeën van deze enorme gebeurtenis te bestuderen. Ook vele andere radiotelescopen in de wereld werden ingezet, onder andere door dr. Mike Garrett, directeur van het Europese radiotelescopen netwerk JIVE in Dwingeloo.
Dankzij deze waarnemingen hebben de samenwerkende astronomen het verhaal kunnen achterhalen van een unieke explosie van een heel bijzonder object. De bron van de gammaflits was namelijk al bekend bij sterrenkundigen, onder de naam SGR 1806-20. Het is een zeer zeldzame neutronenster op een afstand van 50.000 lichtjaar, in de buurt van het centrum van ons melkwegstelsel. SGR staat voor Soft Gamma Repeater ofwel zachte gammaflikkeraar. Er zijn slechts vijf van deze gammaflikkeraars bekend. Ze worden gekenmerkt doordat ze perioden hebben waarin ze flitsen gammastraling afgeven, afgewisseld met vele jaren zonder enig teken van activiteit. Een heel enkele keer geven ze een superflits af, die meer dan honderd keer feller is dan de normale flitsen. Tot nu toe zijn slechts twee van deze super gammaflitsen gezien, een in 1979 en een in 1998. De flits van 27 december is de derde. Hij ziet er net zo uit als de vorige superflitsen, maar dan met één groot verschil: hij is nog eens honderd keer zo fel.
Prof. dr. Ralph Wijers, leider van het gammaflitsteam van de UvA: Het gaat hier om een van de meest spectaculaire uitbarstingen die we ooit hebben gezien, en dus om een extreme test voor ons begrip van deze zeldzame soort sterren. De super gammaflits is een bijzonder minimodel van klassieke gammaflitsen, de krachtigste explosies in het heelal op de oerknal na. Deze klassieke gammaflitsen zijn veel energierijker dan de super gammaflits, maar we zien ze nooit zo heel helder vanaf de aarde omdat ze zeer ver weg staan. Wij denken dat bij deze gammaflitsen ook materiaal met bijna de lichtsnelheid wordt uitgestoten, waardoor een uitdijende nevel wordt gevormd. We kunnen echter heel moeilijk beoordelen of onze modellen voor die enorme gammaflitsen helemaal kloppen, omdat de nevel zo ver weg is dat we hem met onze telescopen niet kunnen zien uitdijen. Deze superflits van een SGR lijkt echter een heel mooi minimodel van een klassieke gammaflits, en stelt ons dus in staat om ons begrip van klassieke gammaflitsen te vergroten. Uit de enorme energie van de flits weten we dat deze maar eens in de duizend jaar kan plaatsvinden, en dat we dus werkelijk iets zeer zeldzaams hebben gezien.
Sinds het einde van de jaren zestig weten we dat vanuit de ruimte soms korte flitsen gammastraling komen, die grofweg tussen de 0,01 en 1000 seconden duren. De bron van de relatief lange gammaflitsen is al in 1997 gekraakt. UvA-sterrenkundigen ontdekten toen dat de flitsen afkomstig waren van ontploffende zware sterren in ver van ons verwijderde melkwegstelsels. De oorsprong van de korte gammaflitsen is echter duister gebleven. Tot nu toe. De flits van 27 december zou ook een tipje van de sluier kunnen oplichten van het raadsel van de korte gammaflitsen, vermoeden de UvA-sterrenkundigen. Ralph Wijers: We denken dat wanneer de super gammaflits van 27 december in een ander melkwegstelsel niet al te ver weg zou zijn afgegaan, we alleen de korte beginpiek van minder dan 0.5 sec gezien zouden hebben, en die zou heel veel geleken hebben op een korte gammaflits. Wellicht zijn sommige van de korte gammaflitsen dus meer verwant aan de gammaflikkeraars dan aan lange gammaflitsen, en gaan ze een stuk dichterbij af dan we eerst dachten.
Universiteit van Amsterdam