Ministerie van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid
Postbus 90801
2509 LV Den Haag
Aan de voorzitter van de Tweede Kamer Anna van Hannoverstraat 4
Der Staten Generaal Telefoon (070) 333 44 44
Telefax (070) 333 4033
Binnenhof 1a
Uw brief Ons kenmerk Doorkiesnummer
06-05-SZW, d.d. 26 januari 2005 AV/WTZ/2005/7350
Onderwerp Datum Contactpersoon
Implementatie richtlijn 2000/34/EG 18 februari 2005
Naar aanleiding van de vraag van de VC SZW naar de stand van zaken met betrekking tot de
implementatie van richtlijn 2000/34/EG kan ik u het volgende antwoorden.
De implementatie van richtlijn 2000/34/EG is thans geheel voltooid.
Voor de in artikel 1, onderdeel 7, bedoelde offshorewerkzaamheden was de richtlijn reeds
geïmplementeerd door middel van paragraaf 5.14 (Mijnbouw) van het Arbeidstijdenbesluit
(Stb.1995, 599).
Voor de in artikel 1, onderdeel 6, bedoelde artsen in opleiding was de richtlijn eveneens reeds
geïmplementeerd door middel van paragraaf 5.20 (Artsen) van het Arbeidstijdenbesluit (Stb.
1997, 228).
De sectoren wegvervoer en binnenvaart vielen reeds onder de ATW, behalve dat er nog geen
beperking bestond van de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur tot 48 uur. Voor de zeevisserij
waren de normen van de Arbeidstijdenwet nog in het geheel niet van toepassing.
De voltooiing van de implementatie voor genoemde sectoren heeft recentelijk plaatsgevonden door
middel van een wijziging van het Arbeidstijdenbesluit vervoer. Het betrof een wijziging van
hoofdstuk 2 (Wegvervoer), hoofdstuk 5 (Binnenvaart) en de toevoeging van een apart hoofdstuk
6A dat van toepassing is op de zeevisserij. Dit wijzigingsbesluit (Stb 2004, nr 735) is in werking
getreden met ingang van 31 december 2004.
De richtlijn had geïmplementeerd moeten zijn op 1 augustus 2003. De reden van de vertraging is
gelegen in het feit dat het hier ging om het introduceren van een arbeidstijdennorm in drie
verschillende sectoren, die elk hun specifieke kenmerken hebben als het gaat om de organisatie van
arbeidstijd. Bovendien kenden alle drie de sectoren tot dan toe alleen normen voor rust-, rij- resp.
vaartijden. De invoering van een arbeidstijdennorm vereiste derhalve uitvoerig overleg met
betrokken sectoren, omdat ik met mijn ambtgenoot van Verkeer en Waterstaat van mening was
dat de implementatie zoveel mogelijk de steun diende te hebben van de betreffende sectoren. Dit
uiteraard ten behoeve van de gewenste naleving. Dat betekende dat ingegaan is op de verzoeken
van met name vertegenwoordigers uit de binnenvaart en de zeevisserij om door middel van
onderzoek en overleg met de beide ministeries te komen tot een implementatie die zoveel mogelijk
rekening zou houden met de bestaande praktijk.
De Europese Commissie is via de gebruikelijke procedure op de hoogte gesteld van de voltooide
implementatie.
Ik hoop hiermee uw vragen voldoende beantwoord te hebben.
De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(mr. A.J. de Geus)
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid