VER.BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDSEN

Uitstel tot 2007 geen luxe, maar noodzaak

Den Haag, 18 februari 2005

Open brief
aan de Leden der Eerste Kamer

Geachte leden der Eerste Kamer,

Bij de behandeling van het wetsvoorstel Wet aanpassing fiscale behandeling VUT/prepensioen en introductie levensloop heeft uw Kamer zich zeer kritisch getoond over de thans voorgestelde invoeringstermijn. Uw Kamer gaf, met name in de eerste termijn, vrijwel unaniem aan grote twijfels te hebben over de uitvoerbaarheid van de voorstellen. De invoeringstermijn werd als veel te krap beschouwd en was voor het lid Van Middelkoop zelfs aanleiding om Minister De Geus te vragen of hij hieraan zijn politiek lot wilde verbinden.

Dat u in uw pleidooien voor verlenging van de invoeringstermijn regelmatig refereerde aan door VB en andere direct betrokken organisaties aangedragen argumenten, verheugt ons zeer. Deze argumenten hebben Minister De Geus helaas niet kunnen overtuigen van de noodzaak van uitstel tot 1 januari 2007. De toezegging van de Minister om in september te bezien of uitstel nodig is, geeft blijk van een miskenning van de problematiek. De Minister legt de verantwoordelijkheid volledig bij sociale partners en pensioenuitvoerders, die unaniem en stevig onderbouwd hebben aangegeven dat invoering per 1 januari 2006 niet mogelijk is. De evaluatie zal dat straks ook uitwijzen, waarbij de zwarte piet geheel onterecht zal worden toegeschoven aan sociale partners en pensioenuitvoerders.

Los hiervan heeft VB ook grote moeite met de toezegging van de Minister, omdat het tijdstip van evaluatie niet is vastgelegd. Het evaluatierapport moet worden besproken met de Tweede en Eerste Kamer alvorens de uitvoeringswereld weet of er al dan niet uitstel komt. Pas in het laatste kwartaal van 2005 zal hierover duidelijkheid zijn. De criteria aan de hand waarvan wordt beoordeeld of uitstel noodzakelijk is, zijn niet gedefinieerd. En ten slotte, anders dan in de motie Leijnse c.s., is geen termijn voor uitstel genoemd.

De Minister rechtvaardigt zijn voorstel met het argument dat er druk op de ketel moet blijven. Uit de timetable die wij u eerder deden toekomen, blijkt dat die druk er zeker ook is bij een invoeringsdatum van 1 januari 2007, vooral nu er de eerstkomende maanden nog geen duidelijkheid is over de inhoud van de lagere regelgeving. Uitstel tot 2007 is geen luxe, maar pure noodzaak! Van achterover leunen zal geen sprake kunnen zijn, noch bij sociale partners, noch bij de pensioenuitvoerders!

Het verbaast VB dat het kabinet voorbij gaat aan de belangen van de pensioenconsument, waar het de communicatie en voorlichting over deze ingrijpende wijzigingen in de pensioenregelingen betreft. Door de te korte invoeringstermijn zal het grootste deel van de communicatie en voorlichting pas na invoering van de nieuwe regelingen kunnen plaatsvinden. En dat terwijl in de Pensioenwet en het nieuwe Financiële Toetsingskader tijdige communicatie en voorlichting tot de speerpunten zijn benoemd, waarop pensioenuitvoerders zo nodig afgerekend zullen worden.

VB vraagt uw Kamer nogmaals met klem vast te houden aan uitstel van de invoeringsdatum tot 1 januari 2007. Dat hoeft van VB overigens geen ongeclausuleerd uitstel te betekenen. Zo zouden sociale partners ter behoud van het fiscale overgangsregime uiterlijk 31 december 2005 een pensioenregeling moeten zijn overeengekomen. Pensioenuitvoerders hebben dan een jaar de tijd voor de implementatie, inclusief een gedegen communicatie met deelnemers, slapers en andere belanghebbenden.

Hoogachtend,

Peter J.C. Borgdorff
Directeur

18 feb 05 12:13