European Union

P E R S

6141/05 (Presse 21) 1
NL
RAAD VAN
DE EUROPESE UNIE
NL
6141/05 (Presse 21)
(OR. fr,en)
PERSMEDEDELING
2638e zitting van de Raad
Economische en Financiële Zaken
Brussel, 17 februari 2005
Voorzitter de heer Jean-Claude JUNCKER
Minister-president, Minister van Staat en Minister van Financiën van Luxemburg
17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 4
NL
EUROPEES VEILIGHEIDS- EN DEFENSIEBELEID

- Politiemissie - Westelijke Balkan - Comité van contribuanten ..........................................................................17 UITBREIDING

- Cyprus - Goederen en personen die de demarcatielijn overschrijden* ...............................................................17
- Structuurfondsen - Voorbereiding van de kandidaat-lidstaten - Conclusies van de Raad....................................18 ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

- Informatie- en Communicatietechnologie - Conclusies van de Raad.................................................................19 REGIONAAL BELEID

- Interregionale samenwerking - Conclusies van de Raad ...................................................................................21 INTERNE MARKT

- Controle op het verkeer van liquide middelen* - Bestrijding van terrorismefinanciering ...................................22
- Gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer - EG-EVA - Uitbreiding van de EU .................................23 VISSERIJ

- Visserijakkoord met Madagaskar .....................................................................................................................23
- Verbod op de trawlvisserij in delen van de Poolse wateren ...............................................................................23 HET MILIEU

- Toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden - Verdrag van Aarhus *.................................................24 BENOEMINGEN

- Comité van de Regio's ....................................................................................................................................24
- Voorzitter van het Bureau voor merken, tekeningen en modellen van de EU.....................................................24
- Directeur van het Centrum voor de ontwikkeling van het bedrijfsleven - ACS/EU............................................24 TRANSPARANTIE

- Toegang van het publiek tot documenten van de Raad......................................................................................25 VIA DE SCHRIFTELIJKE PROCEDURE AANGENOMEN BESLUITEN


- Antidumping ..................................................................................................................................................25 17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 4
NL
EUROPEES VEILIGHEIDS- EN DEFENSIEBELEID

- Politiemissie - Westelijke Balkan - Comité van contribuanten ..........................................................................17 UITBREIDING

- Cyprus - Goederen en personen die de demarcatielijn overschrijden* ...............................................................17
- Structuurfondsen - Voorbereiding van de kandidaat-lidstaten - Conclusies van de Raad....................................18 ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

- Informatie- en Communicatietechnologie - Conclusies van de Raad.................................................................19 REGIONAAL BELEID

- Interregionale samenwerking - Conclusies van de Raad ...................................................................................21 INTERNE MARKT

- Controle op het verkeer van liquide middelen* - Bestrijding van terrorismefinanciering ...................................22
- Gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer - EG-EVA - Uitbreiding van de EU .................................23 VISSERIJ

- Visserijakkoord met Madagaskar .....................................................................................................................23
- Verbod op de trawlvisserij in delen van de Poolse wateren ...............................................................................23 HET MILIEU

- Toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden - Verdrag van Aarhus *.................................................24 BENOEMINGEN

- Comité van de Regio's ....................................................................................................................................24
- Voorzitter van het Bureau voor merken, tekeningen en modellen van de EU.....................................................24
- Directeur van het Centrum voor de ontwikkeling van het bedrijfsleven - ACS/EU............................................24 TRANSPARANTIE

- Toegang van het publiek tot documenten van de Raad......................................................................................25 VIA DE SCHRIFTELIJKE PROCEDURE AANGENOMEN BESLUITEN


- Antidumping ..................................................................................................................................................25 17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 4
NL
EUROPEES VEILIGHEIDS- EN DEFENSIEBELEID

- Politiemissie - Westelijke Balkan - Comité van contribuanten ..........................................................................17 UITBREIDING

- Cyprus - Goederen en personen die de demarcatielijn overschrijden* ...............................................................17
- Structuurfondsen - Voorbereiding van de kandidaat-lidstaten - Conclusies van de Raad....................................18 ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

- Informatie- en Communicatietechnologie - Conclusies van de Raad.................................................................19 REGIONAAL BELEID

- Interregionale samenwerking - Conclusies van de Raad ...................................................................................21 INTERNE MARKT

- Controle op het verkeer van liquide middelen* - Bestrijding van terrorismefinanciering ...................................22
- Gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer - EG-EVA - Uitbreiding van de EU .................................23 VISSERIJ

- Visserijakkoord met Madagaskar .....................................................................................................................23
- Verbod op de trawlvisserij in delen van de Poolse wateren ...............................................................................23 HET MILIEU

- Toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden - Verdrag van Aarhus *.................................................24 BENOEMINGEN

- Comité van de Regio's ....................................................................................................................................24
- Voorzitter van het Bureau voor merken, tekeningen en modellen van de EU.....................................................24
- Directeur van het Centrum voor de ontwikkeling van het bedrijfsleven - ACS/EU............................................24 TRANSPARANTIE

- Toegang van het publiek tot documenten van de Raad......................................................................................25 VIA DE SCHRIFTELIJKE PROCEDURE AANGENOMEN BESLUITEN


- Antidumping ..................................................................................................................................................25 17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 5
NL
DEELNEMERS
De regeringen van de lidstaten en de Europese Commissie waren als volgt vertegenwoordigd: België:
de heer Didier REYNDERS vice-eerste minister en minister van Financiën Tsjechische Republiek
de heer Zdenìk HRUBÝ vice-minister van Financiën
Denemarken:
de heer Claus GRUBE permanent vertegenwoordiger
Duitsland:
de heer Hans EICHEL minister van Financiën
Estland:
de heer Taavi VESKIMÄGI minister van Financiën
Griekenland:
de heer Georgios ALOGOSKOUFIS minister van Economische Zaken en Financiën Spanje:
de heer Pedro SOLBES MIRA tweede vice-minister-president en minister van Economische Zaken en Financiën
Frankrijk:
de heer Hervé GAYMARD minister van Economische Zaken, Financiën en Industrie Ierland:
de heer Brian COWEN minister van Financiën
Italië:
de heer Domenico SINISCALCO minister van Economische Zaken en Financiën Cyprus:
de heer Iakovos N. KERAVNOS minister van Financiën Letland:
de heer Oskars SPURDZIÒÐ minister van Financiën
Litouwen:
de heer Algirdas BUTKEVIÈIUS minister van Financiën Luxemburg:
de heer Jean-Claude JUNCKER minister-president, minister van staat en minister van Financiën
de heer Jeannot KRECKÉ minister van Economische Zaken en Buitenlandse Handel, minister van Sport
Hongarije
de heer Tibor DRASKOVICS minister van Financiën
Malta:
de heer Lawrence GONZI minister-president, minister van Financiën Nederland:
de heer Gerrit ZALM vice-minister-president, minister van Financiën Oostenrijk:
de heer Karl-Heinz GRASSER minister van Financiën
Polen:
de heer Miroslaw GRONICKI minister van Financiën
Portugal:
de heer António BAGÃO FELIX minister van Financiën en van Overheidsdienst Slovenië:
de heer Andrej BAJUK minister van Financiën
17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 6
NL
Slowakije:
de heer Ivan MIKLOS vice-minister-president en minister van Financiën Finland:
de heer Antti KALLIOMÄKI vice-minister-president, minister van Financiën Zweden:
de heer Pär NUDER minister van Financiën
Verenigd Koninkrijk:
de heer John GRANT permanent vertegenwoordiger
Commissie:
de heer Joaquín ALMUNIA lid
mevrouw Dalia GRYBAUSKAITË lid
Andere deelnemers
de heer Pierre VAN DER HAEGEN directeur-generaal bij de Europese Centrale Bank de heer Philippe MAYSTADT president van de Europese Investeringsbank de heer Caio KOCH-WESER voorzitter van het Economisch en Financieel Comité de heer Jan Willem OOSTERWIJK voorzitter van het Comité voor de economische politiek 17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 7
NL
BESPROKEN PUNTEN
STABILITEITS- EN GROEIPACT

- Stabiliteits- en convergentieprogramma's België, Denemarken, Duitsland, Estland, Frankrijk, Ierland, Italië, Malta, Polen, Slowakije en Finland De Raad heeft een aantal adviezen inzake de stabiliteits- en convergentieprogramma's van België, Denemarken, Estland, Frankrijk, Duitsland, Ierland, Italië, Malta, Polen, Slowakije en Finland voor 2005 aangenomen (6493/05 + 6494/05 + 6497/05+ COR 1 + 6495/05 + 6496/05 + 6498/05 + 6499/05 + 6500/05 + 6501/05 + 6502/05 + 6503/05).
De Raad had op 18 januari van dit jaar een eerste reeks stabiliteits- en convergentieprogramma's goedgekeurd, van Tsjechië, Luxemburg, Nederland, Oostenrijk en Zweden.
- Buitensporigtekortprocedure: Griekenland
De Raad heeft uit hoofde van artikel 104, lid 9, van het Verdrag een besluit genomen waarbij Griekenland maatregelen worden aanbevolen om zijn buitensporig tekort weg te werken. In het besef dat de budgettaire aanpassingen die nodig zijn om de situatie in 2005 helemaal recht te zetten zwaar op de economie zouden kunnen doorwegen, besloot de Raad de in zijn aanbeveling van afgelopen juli genoemde termijn (2005) te verlengen tot 2006. De Raad was ingenomen met de toezegging van de Griekse autoriteiten om voort te gaan met de begrotingsconsolidatie, en zich met name strikt te houden aan de begroting voor 2005, zoals door het Griekse parlement goedgekeurd. Voorts stelde de Raad met voldoening vast dat de Griekse regering ook heeft toegezegd tegen 2006 het buitensporig tekort te hebben verholpen en de begrotingsconsolidatie voort te zetten om op middellange termijn een begroting te hebben die bijna in evenwicht is of een overschot vertoont.
De Raad verwelkomde het initiatief van de Griekse autoriteiten om zo spoedig mogelijk, en uiterlijk 21 maart 2005, een geactualiseerd stabiliteitsprogramma in te dienen waarin de begrotingsmaatregelen worden geschetst die op korte of middellange termijn zullen worden uitgevoerd. De Commissie en de Raad zullen het programma evalueren om na te gaan of de maatregelen worden nageleefd, zoals voorgeschreven door het stabiliteits- en groeipact. In juli 2004 had de Raad een beschikking aangenomen waarbij werd vastgesteld dat er in Griekenland een overheidstekort bestond dat de in het Verdrag vastgestelde referentiewaarde van 3% van het bruto binnenlands product overschreed. In een tezelfdertijd aangenomen aanbeveling had de Raad de Griekse autoriteiten verzocht uiterlijk in 2005 de buitensporigtekortsituatie te verhelpen, en geëist dat voor 5 november 2004 met acties daartoe zou worden begonnen. 17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 8
NL
Op 18 januari laatstleden is de Raad tot de volgende fase van de procedure bij buitensporige tekorten overgegaan door uit hoofde van artikel 104, lid 8, van het Verdrag, een besluit te nemen waarin wordt vastgesteld dat Griekenland geen effectief gevolg aan deze aanbeveling heeft gegeven.
Dit besluit van de Raad vormt dus een bijkomende fase: artikel 104, lid 9, de fase van de aanmaningsfase.

- Begrotingsstatistieken - Conclusies van de Raad De Raad heeft de volgende conclusies aangenomen:
"De ECOFIN-ministers hebben de afgelopen maanden verscheidene malen benadrukt dat betrouwbare en tijdige statistieken de basis vormen voor de economische beleidsvorming en het multilaterale toezicht, en een essentiële voorwaarde voor effectieve besluitvorming door de Raad zijn. In aansluiting op de voornemens die de Raad tijdens eerdere zittingen te kennen heeft gegeven, heeft de Raad derhalve op 7 december 2004 besloten begin 2005 terug te komen op de vraag hoe het beheer van het Europese statistische systeem kan worden verbeterd. De Raad is daarom ingenomen met de mededeling van de Commissie "Naar een Europese beheerstrategie inzake begrotingsstatistieken", die op 22 december 2004 is aangenomen en waarin drie actieterreinen worden voorgesteld: het opzetten van het juridisch raamwerk, verbetering van de operationele capaciteiten van de betreffende Commissiediensten, d.w.z. Eurostat en het directoraatgeneraal Economische en Financiële Zaken (DG ECFIN) en het opstellen van Europese normen inzake de onafhankelijkheid van de nationale bureaus voor de statistiek met het oog op de vervulling van hun opdracht. De Commissie is voornemens voor deze terreinen voorstellen in te dienen.
De Raad ECOFIN benadrukt dat bij de toekomstige werkzaamheden op deze terreinen moet worden uitgegaan van de volgende beginselen:

* Het voornaamste is en blijft dat wordt gezorgd voor adequate praktijken, middelen en capaciteiten om op nationaal niveau statistieken van hoge kwaliteit te produceren. Het is de verantwoordelijkheid van de lidstaten om ervoor te zorgen dat hun nationale bureaus voor de statistiek over voldoende middelen beschikken om efficiënt te kunnen functioneren. De capaciteit kan verder worden opgevoerd door meer aandacht te schenken aan het uitwisselen van beste praktijken via onderlinge toetsing. De Raad is ingenomen met de lopende besprekingen over een gedragscode voor Europese normen voor de instanties die zich met statistiek bezighouden. Deze normen zouden een duidelijke en praktische leidraad moeten zijn voor het garanderen van de onafhankelijkheid, integriteit en verantwoordingsplicht van de nationale bureaus voor de statistiek en Eurostat bij het produceren en verspreiden van statistieken.
17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 9
NL

* De capaciteit van de nationale bureaus voor de statistiek om te voldoen aan hoge normen op het gebied van de statistiek hangt sterk af van het vermogen om de lastendruk die de statistische eisen van de EU meebrengt voor de autoriteiten, als een prioriteit te zien. Een dergelijke prioriteitenstelling zou ook moeten leiden tot een vermindering van de administratieve lasten voor de respondenten. De ministers zien er derhalve in aansluiting op de conclusies van de Raad ECOFIN van 2 juni 2004 naar uit in juni 2005 de suggesties van het Economisch en Financieel Comité (EFC) over de herschikking van de statistische prioriteiten te bespreken.

* De Raad erkent dat de capaciteit van de betreffende Commissiediensten moet worden uitgebreid om hun rol in het multilaterale toezicht op de begrotingen te vergroten. Dit is hoofdzakelijk een kwestie van een efficiënter en doeltreffender toewijzing van de middelen binnen de begroting van de Commissie.

* Hoewel erkend moet worden dat de financiële gegevens van de overheden over het algemeen van hoge kwaliteit zijn, is de Raad van oordeel dat Eurostat in een betere positie verkeert om de kwaliteit van de geleverde gegevens over de overheidsfinanciën te beoordelen. Het toezicht zou profijt kunnen hebben van het gebruik van een volledige reeks overheidsrekeningen, zodra die beschikbaar komen.

* Tot slot zou door de reikwijdte van de uitgebreide bevoegdheden van Eurostat, alsmede de reikwijdte van het toezicht op de statistische normen krachtens de nieuwe gedragscode, het juiste evenwicht moeten worden gevonden tussen de baten in de zin van een hogere kwaliteit van de statistieken, en de kosten in de zin van grotere administratieve lasten op EU- en nationaal niveau.

* De onafhankelijkheid van Eurostat met het oog op de vervulling van zijn opdracht moet worden vergroot en formeel vastgelegd om duidelijkheid te verschaffen omtrent de interne statistische governance van de betreffende Commissiediensten.
* Het is van vitaal belang dat Eurostat/de Commissiediensten het EFC en de Raad onmiddellijk op de hoogte brengen wanneer zich grote statistische problemen voordoen. Deze verbeteringen op het gebied van de statistiek sporen met de lopende besprekingen over betere governance binnen het stabiliteits- en groeipact." 17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 10
NL
EVALUATIE VAN HET STABILITEITS- EN GROEIPACT
De Raad hield een oriënterend debat over alle punten die aan de orde komen bij de evaluatie van het stabiliteits- en groeipact, onder meer verbetering van de governance en versterking van het onderdeel preventie van het pact, en verbetering van de uitvoering van de buitensporigtekortprocedure (onderdeel correctie van het pact). Het voorzitterschap zal een voorstel indienen dat de Raad in staat moet stellen in zijn zitting van 8 maart a.s. een politiek akkoord te bereiken, dat in de vorm van een verslag zal worden toegezonden aan de Europese Raad van 22 en 23 maart. Na vijf toepassingsjaren worden de regels die van toepassing zijn op de begrotingen van de lidstaten thans geëvalueerd in het licht van een mededeling van de Commissie van september jl. Deze evaluatie van het pact is het resultaat van een arrest van het Hof van Justitie van 13 juli laatstleden in zaak C-27/04 (Commissie tegen Raad), waarin de respectieve rol van de Commissie en van de Raad bij de toepassing van het pact wordt verduidelijkt. De Raad heeft over de evaluatie, waarmee in de zitting van afgelopen 16 november een begin werd gemaakt, op 18 januari reeds een oriënterend debat gevoerd. 17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 11
NL
VOORBEREIDING VAN DE VOORJAARSBIJEENKOMST VAN DE RAAD


- Globale richtsnoeren voor het economisch beleid - Conclusies van de Raad De Raad heeft de onderstaande conclusies aangenomen en een oriënterend debat gevoerd over de voornaamste punten die aan de orde kwamen.
Hij zal op 8 maart aanstaande een nota goedkeuren over de essentiële onderwerpen met het oog op toezending aan de voorjaarsbijeenkomst van de Europese Raad op 22 en 23 maart. "De Raad is ingenomen met het tweede verslag van de Commissie over de uitvoering van de globale richtsnoeren voor het economisch beleid voor 2003-2005, dat een breed overzicht geeft van de vooruitgang die is geboekt sinds de aanneming van de oorspronkelijke richtsnoeren in juni 2003 (en de bijwerking ervan in juli 2004). De Raad constateert met tevredenheid dat meer nadruk wordt gelegd op beleidsmaatregelen, terwijl de aandacht in het verslag betreffende de uitvoering van vorig jaar veeleer was toegespitst op beleidsvoornemens. De Raad erkent tevens dat de beoordeling van de nieuwe lidstaten minder uitgesproken is omdat die lidstaten slechts over een beperkte tijdspanne beschikten om te reageren op de landenspecifieke uitdagingen die in de bijwerking van de GREB's in 2004 werden aangegeven.
De beoordeling van het tweede uitvoeringsverslag strookt algemeen gezien met de kernboodschappen van het jaarverslag over structurele hervormingen 2005, dat door het Comité voor de economische politiek is opgesteld en op 18 januari 2005 door de Raad is goedgekeurd. Beide verslagen beklemtonen nogmaals dat het huidige tempo van de hervormingen, ondanks vooruitgang op een aantal gebieden (bijvoorbeeld het betrekkelijk goed opvolgen van de landenspecifieke aanbevelingen door België, Denemarken, Ierland, Nederland, Finland en het Verenigd Koninkrijk) te laag ligt om tijdig de doelstellingen van Lissabon te bereiken. Het uitvoeringsverslag van de Commissie geeft, net als het jaarverslag over structurele hervormingen, duidelijk de zwakke punten aan en de terreinen waarop te weinig vooruitgang wordt geboekt, en verstrekt daarbij waardevolle gegevens voor de komende tussentijdse evaluatie van de strategie van Lissabon. Bij de bespreking van het verslag over de uitvoering van de GREB's waren de ministers het er volledig over eens dat stabiliteit- en groeiondersteunend macro-economisch beleid noodzakelijk is om de voordelen van de structurele hervormingen optimaal te kunnen benutten voor groei en werkgelegenheid. Succesvolle structurele hervormingen vergroten de doeltreffendheid van het macro-economisch beleid en waarborgen duurzame groei en de houdbaarheid en kwaliteit van de overheidsfinanciën op lange termijn.
17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 12
NL
De ministers onderstreepten tevens de volgende elementen, die centraal staan in de doelstelling van de strategie van Lissabon om het groeipotentieel van Europa te verhogen: . Productiviteitsgroei. De Raad neemt er nota van dat het herstel slechts matig was en dat de begrotingssituatie van de EU als geheel niet is verbeterd. In dit verband spelen de waardevermeerdering van de euro, de stijging van de olieprijs, inflatieverschillen en loonontwikkelingen binnen de eurozone een rol. De Raad wijst opnieuw op de noodzaak om gezonde begrotingssituaties te bereiken of te handhaven, aangezien dit een cruciale voorwaarde is voor een macro-economisch kader dat groei en stabiliteit kan ondersteunen. De Raad is ingenomen met de vooruitgang op specifieke terreinen die van cruciaal belang zijn voor de vergroting van het groeipotentieel van de EU. In dit verband dient nota te worden genomen van de goede vooruitgang bij de totstandbrenging van een regelgevingskader voor beter functionerende kapitaalmarkten, bij de verbetering van het algemene ondernemingsklimaat en van de doeltreffendheid van het mededingingsbeleid. De Raad neemt evenwel met bezorgdheid nota van de ontgoochelende stand van omzetting van internemarktrichtlijnen en het groot aantal inbreuken. De EU heeft nog steeds een achterstand op de VS wat betreft de overgang naar een kenniseconomie. Het huidige tempo van de hervormingen op het gebied van onderzoek, innovatie, onderwijs- en opleidingsstelsels ligt te laag om de in Lissabon en Barcelona bepaalde doelstellingen te halen.
. Meer en betere banen. De Raad neemt er nota van dat vooruitgang is geboekt bij de hervorming van de Europese arbeidsmarkten wat de doeltreffendheid betreft, maar herinnert er met enige bezorgdheid aan dat het tempo te laag ligt om de werkgelegenheidsstreefcijfers te halen (met uitzondering misschien van het streefcijfer inzake de arbeidsparticipatie van vrouwen). Wat de lidstaten betreft, is de Raad ingenomen met de maatregelen die in 2004 in Duitsland zijn genomen, alsmede met de goede vooruitgang die in Denemarken, Ierland, Nederland en Oostenrijk is geboekt. De maatregelen bleven over het algemeen toegespitst op belastingverlagingen, strategieën inzake levenslang leren of actief arbeidsmarktbeleid. De meeste lidstaten namen in 2003 en/of 2004 maatregelen om werk lonend te maken door de aan werk gekoppelde belastingaftrek te verhogen of het marginaal belastingtarief aan de onderkant van het stelsel te verlagen. In een aantal lidstaten werden tevens hervormingen ingevoerd om het werkloosheidsuitkeringsstelsel aan te pakken (met name in Tsjechië, Denemarken, Duitsland, Frankrijk en Nederland). De Raad neemt er nota van dat slechts weinig initiatieven werden genomen in verband met loononderhandelingen of wetgeving inzake arbeidsbescherming."
17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 13
NL

- Lissabonstrategie voor economische hervorming De Raad heeft in maart 2000 een oriënterend debat gevoerd over een rapport van de Commissie over de tussentijdse toetsing van de strategie van Lissabon voor economische hervorming. De Raad wil een nieuwe impuls geven aan het proces van Lissabon, dat het concurrentievermogen van de Europese economieën moet versterken door een strategie met een economische, een sociale en een milieudimensie.
De Raad zal op 8 maart de werkzaamheden van de Europese Raad van 22 en 23 maart over de tussentijdse evaluatie van het proces van Lissabon voorbereiden. 17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 14
NL
FINANCIEEL KADER 2007-2013
De Raad heeft nota genomen van de stand van zaken van het financiële kader voor de EU-begroting voor de periode 2007-2013, en is door het voorzitterschap op de hoogte gebracht van diens voornemens voor de verdere werkzaamheden. Hij zal op 8 maart a.s. op dit dossier terugkomen. Doel van het voorzitterschap is de Europese Raad, conform het in het strategisch meerjarenprogramma van de Raad opgesteld tijdschema, in staat te stellen in zijn bijeenkomst op 16 en 17 juni a.s. tot een politiek akkoord te komen over het nieuwe financieel kader. De Raad heeft in de samenstelling Algemene Zaken de bevoegdheid voor de organisatie van de werkzaamheden, hoewel het specifieke belang van de Raad Economische en Financiële Zaken in dezen wordt erkend. Het Comité van permanente vertegenwoordigers (Coreper) is belast met de voorbereiding van de besprekingen van de Raad en wordt daartoe bijgestaan door een groep "vrienden van het voorzitterschap".
Vanaf maart zullen de werkzaamheden toegespitst worden op de voorbereiding van het akkoord dat tijdens de Europese Raad van juni moet worden bereikt. Het voorzitterschap zal de methode toepassen die succesvol was bij de onderhandelingen over de vorige financiële kaders en zal een "onderhandelingskader" hanteren dat gaandeweg zal worden ingevuld om het resultaat van de besprekingen te weerspiegelen.
17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 15
NL
TSUNAMI IN ZUID-AZIË - BEHOEFTENRAMING
De ministers zijn tijdens de lunch door de Commissie en de Europese Investeringsbank op de hoogte gebracht van de geraamde behoeften voor de wederopbouw in de door de zeebeving en de tsunami van 26 december laatstleden getroffen gebieden in Zuid-Azië, met het oog op de eventuele instelling van een Financieringsfaciliteit van de EIB. De Raad had op 31 januari een actieplan goedgekeurd dat alle initiatieven overkoepelt die de EU en de lidstaten naar aanleiding van de tsunami hebben genomen of zullen nemen: inzet van financiële middelen, intensivering van de lopende acties ter plaatse, wederopbouw en begeleidende maatregelen voor de middellange termijn, versterking van de reactievermogens en preventiemaatregelen. Dat plan kwam er in vervolg op een buitengewone zitting van de Raad op 7 januari en de aanneming van een mededeling door de Commissie.
In totaal hebben de EU en haar lidstaten meer dan anderhalf miljard euro aan overheidsgeld ter beschikking gesteld na de ramp. Na een triloog met het Parlement en de Commissie op 12 januari heeft de Raad ingestemd met het vrijmaken van 100 miljoen euro humanitaire hulp. De Commissie zal voor de middellange en de lange termijn een financieringsvoorstel ten belope van 350 miljoen euro indienen.

* * *
Tijdens de lunch hebben de ministers besproken hoe moet worden gereageerd op de arresten van het Hof van Justitie inzake belastingen, en op de jongste besprekingen van de G7 over de kwijtschelding van de schulden van de ontwikkelingslanden. Ook hebben zij gesproken over belastingmaatregelen op luchtvaartgebied.
Voor de raming van de behoeften van de regio's die getroffen zijn door de tsunami's in Zuid-Azië: zie hierboven.
17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 16
NL
ANDERE GOEDGEKEURDE PUNTEN
BELASTINGEN
Fiscale regeling voor fusies *
De Raad heeft een richtlijn aangenomen om de fiscale regeling voor fusies, splitsingen, inbreng van activa en aandelenruil met betrekking tot vennootschappen uit verschillende lidstaten te verbeteren, en het op 7 december van vorig jaar bereikte akkoord bevestigd (16276/7/04 + 6000/05). Deze richtlijn beoogt bij te dragen aan de opruiming van de hinderpalen voor de werking van de interne markt door middel van een wijziging van Richtlijn 90/434/EEG betreffende de gemeenschappelijke fiscale regeling.
De nieuwe bepalingen van de richtlijn betreffen:

* uitbreiding van de werkingssfeer tot vormen van splitsing waarbij de vennootschap die takken van bedrijvigheid overdraagt, niet wordt ontbonden;
* uitbreiding van de werkingssfeer tot lichamen die grensoverschrijdende activiteiten in de Gemeenschap verrichten;

* toevoeging van naamloze vennootschappen (Societas Europaea - SE) en coöperatieve vennootschappen (SCE) aan de lijst van Europese vennootschappen die onder de werkingssfeer van de richtlijn vallen;

* de mogelijkheid voor de lidstaten om ervoor te kiezen de bepalingen van de richtlijn niet toe te passen wanneer zij belasting heffen van directe of indirecte deelgerechtigden van bepaalde belastingplichtige vennootschappen;

* niet-belasting van personen met een belang in de deelgerechtigden wanneer een herstructurering plaatsvindt;

* verduidelijking van de toepassing van de richtlijn op transacties in verband met de omzetting van bijkantoren in dochterondernemingen;

* wijziging van de definitie van aandelenruil;
* aanpassing van de werkingssfeer van een bepaling betreffende belastingfraude en belastingontwijking Vrijstelling van de klimaatveranderingsheffing - Verenigd Koninkrijk De Raad heeft een beschikking aangenomen waarbij het Verenigd Koninkrijk wordt gemachtigd tot eind 2009 een vrijstelling van de klimaatveranderingsheffing toe te passen voor laagwaardige vaste brandstoffen (5663/05).
17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 17
NL
EXTERNE BETREKKINGEN
Zimbabwe - Democratie en mensenrechten - Beperkende maatregelen De Raad heeft een besluit aangenomen tot verlenging van de beperkende maatregelen betreffende de financiële steun aan Zimbabwe met twaalf maanden (6123/05). De Raad heeft namelijk geconstateerd dat de democratische beginselen in Zimbabwe niet worden geëerbiedigd en dat door de regering van Zimbabwe geen vooruitgang is geboekt op de vijf gebieden waarop het besluit 2002/148/EG betrekking heeft: beëindiging van het politiek gemotiveerde geweld, vrije en eerlijke verkiezingen, vrijheid van de media, onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en beëindiging van de illegale bezetting van landbouwbedrijven. Het besluit zal opnieuw worden bekeken in het licht van de parlementsverkiezingen in Zimbabwe die volgende maand moeten plaatsvinden; de EU is immers van mening dat het na het houden van vrije en eerlijke verkiezingen makkelijker zal zijn om de dialoog, op basis van de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst, voort te zetten en alle samenwerkingsactiviteiten te hervatten. EUROPEES VEILIGHEIDS- EN DEFENSIEBELEID
Politiemissie - Westelijke Balkan - Comité van contribuanten De Raad heeft twee gemeenschappelijke optredens aangenomen waarbij het Politiek en Veiligheidscomité wordt gemachtigd de noodzakelijke besluiten te nemen voor het instellen van een Comité van contribuanten aan de politiemissie van de Europese Unie (EUPM) in Bosnië en Herzegovina, alsmede van een comité van contribuanten aan de politiemissie van de Europese Unie (EUPOL PROXIMA) in de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië (5252/05 + 5253/05). UITBREIDING
Cyprus - Goederen en personen die de demarcatielijn overschrijden* De Raad heeft een verordening aangenomen tot wijziging van Verordening (EG) nr. 866/2004 die een regeling instelt met bijzondere voorschriften voor goederen, diensten en personen die de lijn (demarcatielijn) overschrijden tussen de gebieden van de Republiek Cyprus waarin de regering van de Republiek Cyprus niet het feitelijk gezag uitoefent en de gebieden waar dat wel het geval is (6236/05 + 6290/05).
17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 18
NL
Met de bij de verordening aangebrachte wijzigingen wordt beoogd het handelsverkeer over de demarcatielijn te vergemakkelijken en tot de integratie van het eiland bij te dragen. Zij betreffen hoofdzakelijk;

* een procedure waardoor bepaalde goederen die in aanmerking komen voor uitvoerrestitutie of interventiemaatregelen en die daarom momenteel zijn uitgesloten van de speciale regeling in de genoemde verordening, een voorkeursbehandeling kunnen krijgen na een besluit van het relevante beheerscomité in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid.
* een specifieke procedure die het verkeer van levende dieren en dierlijke producten over de lijn mogelijk maakt.

* een verhoging van de waarde en de kwantitatieve niveaus voor aan reizigers verleende vrijstellingen. Structuurfondsen - Voorbereiding van de kandidaat-lidstaten - Conclusies van de Raad De Raad nam de volgende conclusies aan:
"De Raad heeft een bespreking gewijd aan het speciaal verslag over de PHARE-steun ter voorbereiding van de kandidaat-lidstaten op het beheer van de Structuurfondsen; hij heeft nota genomen van de opmerkingen en aanbevelingen van de Rekenkamer en van de antwoorden van de Commissie.
De Raad deelt het oordeel van de Rekenkamer dat de Commissie lof verdient omdat zij er reeds in 1998 mee is begonnen het Phare-programma te gebruiken om de kandidaat-lidstaten te helpen zich op het beheer van de Structuurfondsen voor te bereiden en dit tot één van de prioritaire doelstellingen van Phare heeft gemaakt. Tegelijkertijd neemt de Raad ook nota van de visie van de Rekenkamer dat het Phare-programma op dit gebied minder effect heeft gesorteerd dan vanaf het begin voor de betreffende periode was gepland, waarbij wordt aangetekend dat het aanvankelijk vastgestelde tijdsbestek om de doelstellingen te verwezenlijken onder druk is komen te staan door de versnelde toetredingsonderhandelingen. De Raad neemt met belangstelling nota van de aanbevelingen van de Rekenkamer over manieren om de geconstateerde tekortkomingen te verhelpen. De Raad stelt met voldoening vast dat met de opgedane ervaringen reeds rekening lijkt te worden gehouden en dat de Commissie veel van de aanbevelingen van de Rekenkamer met succes in praktijk heeft gebracht. In dit verband is de Raad met name ingenomen met de herziene Phare-richtsnoeren, de herziene programmeringsgids voor 2004 en de uitgebreide gedecentraliseerde uitvoeringssystemen (EDIS) voor Bulgarije en Roemenië. De Raad is tevens ingenomen met de niet aflatende ondersteuning door de Commissie van de nieuwe lidstaten om de programma's op doeltreffende wijze te beheren.
De Raad benadrukt dat het van belang is de institutionele opbouw op het gebied van het beheer van de Structuurfondsen te versterken. De Raad verwelkomt de lopende activiteiten van de Commissie op dit gebied, maar acht het tevens van belang door te gaan met de versterking en verdere consolidering van de relevante institutionele kaders op nationaal niveau, waar mogelijk door voort te bouwen op reeds opgedane ervaringen."
17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 19
NL
ONTWIKKELINGSSAMENWERKING
Informatie- en Communicatietechnologie - Conclusies van de Raad De Raad nam de volgende conclusies aan:
"De EU erkent dat het vraagstuk van de financiering van informatie- en communicatietechnologieën (ICT) ten behoeve van ontwikkeling een positieve en dynamische benadering vergt om te reageren op de legitieme bezorgdheid van de ontwikkelingslanden over de digitale kloof. De EU hecht een groot belang aan solidariteit in een inclusieve wereldinformatiemaatschappij, waarbij volgens haar in bepaalde gevallen de marktwerking alleen niet volstaat om aan de ontwikkelingseisen tegemoet te komen.
Het algemene doel van het ontwikkelingsbeleid van de EU is armoede terug te dringen en, voorzover mogelijk, definitief uit te bannen. In dat verband heeft de EU zich ertoe verbonden de problematiek in verband met de digitale kloof aan te pakken en het potentieel van ICT te benutten als werktuig voor het ontwikkelingsbeleid en als voornaam middel om de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling te verwezenlijken.
De ICT zijn geen doel op zich, maar een middel om ontwikkelingsdoelstellingen te verwezenlijken. Ze moeten daarom niet afzonderlijk als aparte beleidsdoelen worden beschouwd, maar hecht worden geïntegreerd in de fundamentele ontwikkelingsdoelen en -projecten in de voornaamste sectoren, zoals onderwijs, volksgezondheid, openbaar bestuur, crisisbeheersing of rampenpreventie. De EU is tevreden over het op 22 december 2004 gepubliceerde verslag van de Task Force financiële mechanismen, dat nuttige gegevens en een volledig overzicht van alle financieringskanalen bevat en zodoende een dynamisch en wisselend landschap in beeld brengt. Het verslag geeft de grote verscheidenheid te zien van de behoeften en de belangrijke financieringsbedragen die reeds voor ICT beschikbaar zijn. Ook toont het aan dat de digitale kloof niet met één enkel instrument te dichten is. Voor een optimale benutting van menselijke, financiële en technologische hulpbronnen is een meer geïntegreerde aanpak vereist, die bovendien ten volle deel uitmaakt van het ontwikkelingsbeleid van de begunstigde landen. In het licht van dat verslag is de EU van mening dat een nieuw fonds van de Verenigde Naties geen doeltreffend instrument zou zijn om de digitale kloof te dichten. 17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 20
NL
De aanleg van ICT-infrastructuur is een noodzakelijke voorwaarde voor de ontwikkeling van de toepassingen. De financiering daarvan kan in de meeste gevallen voor rekening van private investeerders komen, hetgeen vooronderstelt dat er bijzondere aandacht wordt geschonken aan het scheppen van een wet- en regelgevingskader dat goed is voor het investeringsklimaat. Daarnaast kan het nodig blijken om voor de financiering van de beleidsmaatregelen in verband met universele toegang openbare middelen uit te trekken, bijvoorbeeld in de MOL's. Dat is met name het geval wanneer de investeringen van de private sector niet voldoende vruchten afwerpen, maar ICTontwikkeling zeer wenselijk blijft vanuit sociaal-economisch gezichtspunt. Behalve aan verbetering en uitbreiding van de telecommunicatie-infrastructuur moet er speciale aandacht worden besteed aan de schepping van een transparant en stabiel rechts- en regelgevingskader en aan doeltreffende handhaving daarvan.
Waar het om gaat is dat allen die bij de ontwikkelingsprogramma's betrokken zijn, inzien waar en hoe ICT nuttige instrumenten kunnen zijn. De overheidssteun voor ICT moet onderdeel zijn van een totaalaanpak van armoedebestrijding, en moet in sterkere mate in de eigen strategieën van de ontwikkelingslanden en, in voorkomend geval, in strategieën voor armoedebestrijding worden geïntegreerd.
De EU steunt een agenda van digitale solidariteit, die gericht is op het wegnemen van de bezorgdheid van de ontwikkelingslanden over de toegang tot financiering door een reeks programma's en projecten met de partnerlanden, waaronder partnerschappen met de private sector en de civiele samenleving.
Niet alleen is het belang van ICT als bijdrage aan de verwezenlijking van de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling toegenomen, ook zal de EU de agenda van digitale solidariteit behandelen binnen de bestaande mechanismen en daarbij de beslissers in de ontwikkelingslanden helpen die instrumenten ten volle te benutten.
De EU heeft blijk gegeven van haar engagement voor de actieve participatie van de ontwikkelingslanden aan het WSIS-proces. In dat verband heeft de regionale Afrikaanse vergadering in Accra van 2 tot en met 4 februari 2005 gelegenheid geboden om de synergieën tussen de ICT-behoeften van de Afrikaanse landen en de bestaande instrumenten te verkennen en beter in kaart te brengen. Van de instelling in Genève door Europese en Afrikaanse gemeentebesturen van het vrijwillig fonds voor digitale solidariteit wordt door de EU nota genomen; dit initiatief heeft geen intergouvernementeel karakter en betrekt op vernieuwende wijze de plaatselijke besturen bij de strijd tegen de digitale kloof. Dit fonds zou, mits de doelstellingen en de werkwijze ervan worden verduidelijkt, een oorspronkelijke plaats moeten kunnen verwerven, als aanvulling op en naast de bestaande mechanismen.
17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 21
NL
Tijdens de beraadslaging over de financiering zal de EU zich beijveren om haar partners in kennis te stellen van alle door de Commissie en de lidstaten geplande en aangevangen acties, projecten en programma's ter vermindering van de digitale kloof (met name is een regionaal ICT-steunproject voor de ACS-staten in voorbereiding). Daartoe zal de EU op basis van de bijdragen van de lidstaten een overzicht maken van het optreden van de Europese Unie ter verkleining van de digitale kloof. In dat verband wordt erop gewezen dat de methode en de instrumenten in de toekomst kunnen worden hergebruikt en dat er kan worden voortgebouwd op de initiatieven die de lidstaten nu al steunen. Daartoe behoren het overleg in de DAC (Commissie voor ontwikkelingsbijstand van de OESO) en de instrumenten in het kader van de "Development Gateway". Bijzondere aandacht dient uit te gaan naar de situatie in de Afrikaanse landen bezuiden de Sahara. In partnerschap met haar Afrikaanse partners, met name het NEPAD, en in samenwerking met de private sector blijft de EU het initiatief voor de aanleg van infrastructuur op het Afrikaanse continent welwillend overwegen. De EU hecht er in het bijzonder aan dat zodoende concreet wordt getoond dat door een goede coördinatie tussen de betrokken partijen en het gebruik van alle bestaande financieringsmechanismen het continent versneld uit zijn digitaal isolement gehaald kan worden. Door voort te bouwen op het gedetailleerde en zorgvuldige werk van de DAC-werkgroep "ICT for Development", die grote internationale steun geniet, ontstaat er een meerwaarde en zal het coördinatieproces worden bevorderd.
De EU is voornemens het WSIS-proces te koppelen aan de manifestatie op hoog niveau (MDG + 5) tijdens de volgende AV van de VN, waar de bijdrage van de ICT-sector aan de verwezenlijking van de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling zal worden verkend, en vanuit algemeen gezichtspunt de voor ontwikkeling vernieuwende financieringsmechanismen zullen worden bestudeerd." REGIONAAL BELEID
Interregionale samenwerking - Conclusies van de Raad De Raad nam de volgende conclusies aan:
"De Raad neemt goede nota van het verslag van de Rekenkamer en is ingenomen met deze waardevolle en tijdig ingediende bijdrage, aangezien de besprekingen over de toekomst van het cohesiebeleid gedurende de periode 2007-2013 inmiddels gaande zijn. Ondanks de zwakke punten die door de Rekenkamer worden genoemd, wijst de Raad erop dat vele INTERREG-projecten toegevoegde waarde opleveren en een positieve bijdrage vormen tot het stimuleren van een harmonieuze, evenwichtige en duurzame ontwikkeling van de EU. 17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 22
NL
De Raad heeft waardering voor de inspanningen van de Commissie om de opmerkingen van de Rekenkamer te verwerken in haar voorstellen voor het nieuwe cohesiebeleid. De Raad acht verdere discussie over een meer strategische aanpak voor de toekomstige samenwerkingsactiviteiten noodzakelijk.
De Raad herhaalt dat hij, zoals ook uit het strategisch meerjarenprogramma blijkt, ernaar streeft om voor de Europese Raad in juni 2005 tot politieke overeenstemming te komen, zodat zowel het financieel kader zelf als de nadere wetgeving ter uitvoering daarvan tegen het einde van het jaar definitief kunnen worden aangenomen. Zo zullen in het jaar 2006 de voorbereidende werkzaamheden voor nieuwe communautaire programma's hun beslag kunnen krijgen. Die kunnen dan worden uitgevoerd vanaf begin 2007, zodat de vertragingen waarvan het verslag van de Rekenkamer gewag maakt, kunnen worden voorkomen."
INTERNE MARKT
Controle op het verkeer van liquide middelen* - Bestrijding van terrorismefinanciering De Raad heeft een gemeenschappelijk standpunt aangenomen met het oog op de aanneming van een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de controle van liquide middelen die de Gemeenschap binnenkomen of verlaten (14843/04 + 16047/04 ADD1). Dit gemeenschappelijk standpunt zal voor een tweede lezing worden toegezonden aan het Europees Parlement. Het gemeenschappelijk standpunt is met een gekwalificeerde meerderheid van stemmen aangenomen, waarbij de Italiaanse delegatie tegen stemde.
Doel van de verordening is de effectiviteit van Richtlijn 91/308/EEG tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld met het oog op een betere bestrijding van terrorismefinanciering door te voorzien in een gezamenlijke controleregeling voor liquide middelen aan de buitengrenzen van de EU.
Doel is ook uitvoering te geven aan de aanbevelingen van de Financiële actiegroep inzake witwassen van geld, die op initiatief van de G7 is opgezet.
De Raad zal de grens boven welke natuurlijke personen verplicht zijn liquide middelen aan te geven bij het overschrijden van de buitengrenzen van de EU, op 10.000 euro vaststellen . 17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 23
NL
Gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer - EG-EVA - Uitbreiding van de EU De Raad heeft een Gemeenschappelijk standpunt van de Gemeenschap vastgesteld waarbij de Gemengde commissie EG-EVA wordt gemachtigd een besluit aan te nemen tot wijziging van de Overeenkomst van 20 mei 1987 betreffende een gemeenschappelijke regeling inzake douanevervoer, teneinde rekening te houden met de toetreding van tien nieuwe lidstaten tot de EU (5286/2/05).
VISSERIJ
Visserijakkoord met Madagaskar
De Raad heeft een verordening aangenomen betreffende de sluiting van een protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 januari 2004 tot en met 31 december 2006, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie, als bedoeld in de Overeenkomst tussen de Gemeenschap en Madagaskar inzake de visserij voor de kust van Madagaskar (5150/05). De in het protocol vastgestelde vangstmogelijkheden worden verdeeld over Spanje, Frankrijk, Italië en Portugal en betreffen vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen en vaartuigen voor de visserij met drijvende beug.
Het bedrag van de financiële tegenprestatie wordt vastgesteld op 825.000 euro per jaar. Verbod op de trawlvisserij in delen van de Poolse wateren De Raad heeft een verordening aangenomen waarbij een verbod op de trawlvisserij wordt ingesteld in delen van de Poolse wateren (5602/05).
In 1991 heeft de Internationale Commissie voor de Visserij in de Oostzee een aanbeveling goedgekeurd om de trawlvisserij op de Oderbank te verbieden. Deze aanbeveling is omgezet in communautaire wetgeving bij Verordening(EG) nr. 88/98 van de Raad houdende technische maatregelen voor de instandhouding van de visbestanden in de Oostzee, de Belten en de Øresund.1 Krachtens de nieuwe verordening wordt de geografische zone waar de trawlvisserij wordt verboden in het licht van de toetreding van Polen tot de EU uitgebreid tot delen van de Poolse wateren. Verordening (EG) nr. 88/98 wordt derhalve dienovereenkomstig gewijzigd.
1 PB L 9 van 15.01.98, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 812/2004 (PB L 150 van 30.04.04, blz. 12).
17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 24
NL
HET MILIEU
Toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden - Verdrag van Aarhus * De Raad heeft een besluit aangenomen betreffende het sluiten, namens de Europese Gemeenschap, van het Verdrag van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden (Verdrag van Aarhus 1) (5457/05 + 5994/2/05 ADD1). Het Verdrag behelst drie hoofdelementen: betere toegang van het publiek tot informatie die in handen is van de overheid, meer inspraak bij besluitvorming, en ruimere toegang tot de rechter. BENOEMINGEN
Comité van de Regio's
De Raad heeft besluiten aangenomen tot benoeming van leden en plaatsvervangers van het Comité van de Regio's (6197/04 Presse 25).
Voorzitter van het Bureau voor merken, tekeningen en modellen van de EU De Raad heeft een besluit aangenomen houdende verlenging van het mandaat van de heer Wubbo de BOER als voorzitter van het Harmonisatiebureau voor de interne markt (merken, tekeningen en modellen) tot 2010. (5411/05)
Directeur van het Centrum voor de ontwikkeling van het bedrijfsleven - ACS/EU De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan het voorstel tot benoeming van de heer Hamed SOW (Mali) tot directeur van het Centrum voor de ontwikkeling van het bedrijfsleven van 2005 tot 2010, met het oog op definitieve benoeming door het ACS-EG-Comité van Ambassadeurs. (2102/05)
1 Voor meer informatie zie de websites: http://www.unece.org/env/pp/ et http://europa.eu.int/comm/environment/aarhus/.
17.II.2005
6141/05 (Presse 21) 25
NL
TRANSPARANTIE
Toegang van het publiek tot documenten van de Raad De Raad nam de volgende teksten aan:

- het antwoord op confirmatief verzoek 05/c/01/05 (5316/05); de Zweedse delegatie stemde tegen;

- het antwoord op de brief van de Europese ombudsman van 9 november 2004 in verband met de wijze waarop moet worden omgegaan met klacht 2395/2003/GG (14822/04); de Finse delegatie stemde tegen.
VIA DE SCHRIFTELIJKE PROCEDURE AANGENOMEN BESLUITEN

Antidumping
De Raad heeft een verordening aangenomen 1 tot wijziging van de antidumpingmaatregelen die zijn ingesteld bij Verordening (EG) nr. 348/2000 van de Raad inzake de invoer van bepaalde naadloze buizen en pijpen van ijzer of niet-gelegeerd staal van oorsprong uit Kroatië en Oekraïne (5647/05).
1 Het besluit daartoe is op 14 februari 2005 via de schriftelijke procedure genomen.

We t s t r a a t 1 7 5 B - 1 0 4 8 B R U S S E L T e l . : + 3 2 ( 0 ) 2 2 8 5 6 0 8 3 / 6 3 1 9 F a x : + 3 2 ( 0 ) 2 2 8 5 8 0 2 6 press.office@consilium.eu.int http://ue.eu.int/Newsroom