Verbond van Verzekeraars

Afhandelen letselschade door privacy belemmerd?

De privacybescherming van het slachtoffer kan een soepele afhandeling van letselschade in de weg staan. Meer openheid is dus gewenst over alle relevante gegevens tussen betrokken partijen, aldus prof. mr. Daan Asser op het zestiende symposium van de Vereniging van Letselschadeadvocaten (LSA), dat onlangs in Scheveningen werd gehouden.

De afhandeling van letselschade is een notoir lastig proces waarbij veel partijen zijn betrokken. Om een zaak goed af te handelen, is het altijd nodig precies te weten wat er is gebeurd, bijvoorbeeld om vast te stellen of er een causaal verband is tussen het letsel en de schadeveroorzakende gebeurtenis. Dat uitgangspunt kan echter op gespannen voet staan met de privacy van het slachtoffer. Hoe dat spanningsveld kan worden opgelost, was het thema van het congres.

Open kaart

Om een schadegeval te kunnen oplossen, moet ook een slachtoffer soms relevante en gevoelige gegevens aanleveren aan de tegenpartij, zodat die in staat wordt gesteld verweer te voeren. Maar dan kan de privacy van het slachtoffer in het geding komen. Dat dilemma kun je volgens Asser omzeilen als alle partijen open kaart spelen over alle relevante gegevens, met inachtneming van bepaalde waarborgen voor vertrouwelijkheid. Een rechter zou de bevoegdheid kunnen krijgen om te bepalen hoe relevant bepaalde gegevens zijn voor de oplossing van een geschil en of de tegenpartij over die gegevens moet kunnen beschikken.

Selectief

Ook mr. Theo Kremer, directeur van het Personenschade Instituut van Verzekeraars toonde zich een voorstander van meer openheid over vertrouwelijke gegevens. Volgens hem doet een slachtoffer vaak een selectief beroep op privacy, namelijk waar het hem of haar het beste uitkomt. Als bepaalde gevoelige gegevens nodig zijn voor de onderbouwing van de schadeomvang, heeft de benadeelde daar geen enkele moeite mee. Maar als de verzekeraar wil weten hoe het met de benadeelde was vóór de schade ontstond, doet de benadeelde of zijn belangenbehartiger heel gauw een beroep op privacy. Op die manier is er nooit een gelijkwaardige positie tussen partijen.

In aanvulling op Asser stelde Kremer voor geneeskundig adviseurs van beide partijen altijd over dezelfde informatie te laten beschikken. In onderling overleg kunnen ze dan bepalen wat wel en wat niet relevant is.

Verzekerd!, februari 2005