Den Haag, 17 februari 2005
Vragen van het lid Koenders (PvdA) aan de minister van Buitenlandse Zaken
over een Sudan-strafhof
1. Heeft EU-buitenlandcoordinator Solana namens Nederland gesproken toen hij zijn uitspraken deed over zijn inschatting dat de VS hun zin zouden krijgen voor een nieuw in te stellen Sudan-hof ? Heeft hij deze uitspraken namens de Raad van ministers van de EU gedaan?
2. Gaat u deze opmerkingen aankaarten in uw aanstaande gesprek met Condoleeza Rice?
3. Welke posities nemen de verschillende EU-lidstaten hierbij in?
4. Hoe verhouden zich deze uitlatingen tot de Nederlandse positie en welke stappen hebt u ondernomen of bent u van plan te ondernemen, onder meer met betrekking tot de aanstaande RAZEB, om ervoor te zorgen dat mogelijke zaken voor het Strafhof komen dat daarvoor is opgericht?
5. Bent u het ermee eens dat deze uitspraken en een eventueel nieuw in te stellen Hof voor Sudan de positie van het Strafhof ondermijnen en dat ze voorkomen dat het Strafhof op termijn een gelegitimeerde positie kan opbouwen?
6. Hoe verhouden de uitspraken van Solana zich met die van de Hoge Commissaris voor de rechten van de Mens, Louise Arbour, voor de Veiligheidsraad, dat een verwijzing van de zaak naar het Strafhof de enige geloofwaardige manier is om de ernstige misdaden gepleegd in Darfur te laten berechten?
7. Wat zijn, naar uw inschattingen, de extra tijd geld en moeite die gepaard gaan met het instellen van een nieuw Hof terwijl het Strafhof beschikbaar is vergeleken met de urgentie waartoe Kofi Annan heeft opgeroepen om de daders te berechten?
VS krijgen hun zin met Sudan-hof , Volkskrant 17 februari 2004
Partij van de Arbeid