Verdachten bekennen betrokkenheid bij dood Delfzijlster (17/02/05)
Delfzijl 17-02-2005 - De aangehouden verdachten in het onderzoek naar
de dood van een 53-jarige inwoner aan het Schuitenzand in Delfzijl
hebben in de afgelopen weken een bekentenis afgelegd.
Twee inwoners van Delfzijl, respectievelijk 19 en 20 jaar, hebben
tijdens het onderzoek verklaard verantwoordelijk te zijn voor de
overval op het slachtoffer en de gevolgen ervan. De drie minderjarige
aangehouden verdachten wisten dat beide Delfzijlsters het slachtoffer
wilden gaan beroven. Zij hielpen beide hoofdverdachten bovendien na de
overval door kleding te vervoeren en zich in de omgeving van de woning
op te houden.
Overvallen
Twee andere verdachten, een 19-jarige man uit Delfzijl en zijn
22-jarige broer uit Delfzijl werden onder meer aangehouden op
verdenking van handel in verdovende middelen vanuit de woning van de
19-jarige verdachte. Beiden bleken daarnaast betrokken bij overvallen
in Delfzijl. Alle verdachten blijven in de gevangenhouding vast
zitten.
Het slachtoffer stond in Delfzijl bekend als leverancier van softdrugs
aan minderjarigen. Hij bleek een zeer grote klantenkring onder
minderjarigen in Delfzijl te hebben. De verdachten, die deels
vrienden, deels familie van elkaar zijn, kenden het slachtoffer van
diens weedhandel.
Relaas overval
Op woensdag 15 december 2004 werd omstreeks 21.45 uur door beide
hoofdverdachten een bezoek gebracht aan het slachtoffer. De
minderjarige verdachten bleven in de buurt van de flat aan het
Schuitenzand. Zij wachtten buiten en hadden vervangende kleding voor
beide hoofdverdachten bij zich om herkenning te voorkomen. Een van de
minderjarige verdachten verstrekte een muts aan de beide
hoofdverdachten om herkenning te voorkomen. Nadat de hoofdverdachten
in de woning van het slachtoffer werden toegelaten, ontstond een
worsteling met het slachtoffer. Hierbij werd het slachtoffer meerdere
keren gestoken. Daarbij liep het slachtoffer een slagaderlijke
bloeding op. Beide verdachten verlieten de woning met achterlating van
het slachtoffer. In de omgeving kregen zij andere kleding van de drie
minderjarige jongens. De beide messen die tijdens de overval werden
gebruikt werden weggeooid in een rioolput in Delfzijl . Deze messen
werden daar later door de politie aangetroffen.
De verdachten verklaren dat het niet hun bedoeling is geweest om het
slachtoffer om het leven te brengen. Zij waren slechts van plan om hem
van zijn softdrugs en geld te beroven. De beide hoofdverdachten
ontkennen echter iets uit de woning te hebben weggenomen. Na twee
dagen werd het slachtoffer uiteindelijk gevonden in zijn woning. Hij
bleek door bloedverlies, als gevolge van de slagaderlijke bloeding, te
zijn overleden.
Op de hoogte
Op basis van getuigenverklaringen kon tijdens het onderzoek worden
vastgesteld dat meerdere mensen op de hoogte waren van de overval in
de woning en de afloop van de beroving. De politie werd echter niet
actief geïnformeerd over het gebeuren. Na de aanhouding van de
verdachten bleek dat beide Delfzijlster broers in september vorig jaar
bij een beroving van een taxichauffeur in Delfzijl betrokken waren. De
jongste van de twee pleegde bovendien een dag voor de overval op het
53-jarige slachtoffer een overval op een tabakszaak in Delfzijl.
De 43-jarige man uit Delfzijl die tijdens het onderzoek werd
aangehouden voor het bezit van een vuurwapen is de vader van één van
de verdachten. Deze verdachte is op de dag van zijn aanhouding na
verhoor in vrijheid gesteld.
Politie Groningen