Contactpersoon
Datum
15 februari 2005
Ons kenmerk
DGP/WV/U.05.00290
Doorkiesnummer
Bijlage(n)
Uw kenmerk
2040507040
Onderwerp
Kamervragen
Geachte voorzitter,
Hieronder volgen de antwoorden op de vragen van het lid Duyvendak over
verkeersveiligheid rondom scholen.
Klopt het dat te hoge snelheden van het autoverkeer in belangrijke mate
bijdragen aan verkeersonveiligheid rond scholen?
Het is lastig om één dominante oorzaak aan te wijzen die bijdraagt aan de
verkeersonveiligheid rond scholen. Het is vaak een kwestie van een
combinatie van factoren zoals niet veilig ingerichte infrastructuur
(bijvoorbeeld het ontbreken gescheiden fietspaden, duidelijk gemarkeerde
oversteekplaatsen) en onveilig gedrag van zowel fietsers, voetgangers als
automobilisten (snelheid en parkeren). Juist daarom is maatwerk nodig om
rondom scholen een veilige verkeerssituatie te creëren. Een veilige
schoolomgeving is typisch een lokale aangelegenheid, waarvoor gemeenten
verantwoordelijk zijn; zij kunnen hiervoor maatwerk bieden.
Bent u bereid de landelijke wet- en regelgeving aan te passen om rond alle
scholen
een limiet van 30 km/u te realiseren? Zo ja, wanneer kunnen we een
voorstel hiertoe
verwachten? Zo neen, waarom niet?
Bent u bereid om in overleg te treden met gemeentes en wegbeheerders om
naast
snelheidslimieten ook (fysieke) maatregelen te treffen, zoals het
neerleggen van
verkeersdrempels en het creëren van kiss-and-ride zones?
Bent u bereid om in overleg met uw collega's van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties en van Justitie en met gemeentes te zorgen voor
een sluitende
handhaving van de snelheidslimieten in de schoolzones, bijvoorbeeld
door op al deze
plaatsen flitspalen te (laten) plaatsen?
Ziet u ook mogelijkheden om, als de school begint of uitgaat, zware
voertuigen te
weren rond scholen? Zo ja, bent u bereid met voorstellen hiervoor te
komen?
Met provincies en WGR-plusregio's zijn afspraken gemaakt over het bereiken
van een
forse reductie van verkeersslachtoffers. Deze overheden regisseren het
verkeersveiligheidsbeleid in de regio's. Dit sluit aan bij de
bevoegdheden die deze overheden hebben voor ruimtelijke inrichting en
verkeer. Provinciale en regionale verkeer- en vervoerplannen worden in
samenspraak met de partners in de regio gemaakt te weten gemeenten,
waterschappen, bedrijven, bewoners en belangenorganisaties. Veilige
inrichting rondom scholen is een verantwoordelijkheid van de wegbeheerder
(meestal gemeenten): zij kunnen maatwerk bieden. Eventueel kunnen
aanvullend in de locale driehoek afspraken worden gemaakt over het al dan
niet handhaven in schoolzones.
Mijns inziens is het huidige instrumentarium voldoende om door de
regionale overheden aan die verantwoordelijkheid invulling te geven. Ik
acht het dan ook niet zinvol om hier algemene richtlijnen voor op te
stellen, dus ook niet als het gaat om weren van zware voertuigen rondom
scholen als de school begint of uitgaat of om rond alle scholen een
limiet van 30 km/u te realiseren. Wel zal ik hierover met de regionale
overheden spreken in het reguliere overleg dat ik heb (zoals het
Nationaal Mobiliteitsberaad).
Hoogachtend,
DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
Karla Peijs
Ministerie van Verkeer en Waterstaat