Kort geding tegen Heineken
FNV Bondgenoten spant een kort geding aan tegen bierbrouwer Heineken.
Het bedrijf wil de catering uitbesteden. Voor de betrokken medewekers
kan dit een inkomensachteruitgang betekenen die kan oplopen tot 40 à
50 procent. Plusminus 50 werknemers in onder ander Zoeterwoude en Den
Bosch worden hierdoor getroffen.
In het kort geding eist FNV Bondgenoten dat de uitbesteding wordt
opgeschort totdat in een bodemprocedure is geoordeeld over de vraag of
er sprake is van 'overgang van onderneming' of niet. Als er sprake is
van 'overgang van onderneming', dan geldt namelijk de wetsregel dat de
werknemer zijn arbeidsvoorwaarden behoud als hij overgaat naar een
bedrijf dat onder een minimum CAO valt.
Heineken vindt niet dat er sprake is van 'overgang van onderneming'.
Bij Heineken is er sprake van het zogenaamde centraal werkgeversschap.
Dit wil zeggen dat de werknemers werken bij een werkmaatschappij,
bijvoorbeeld Heineken Brouwerijen (HB) of HNS
(productie), maar juridisch een contract hebben met HNB (Heineken
Nederlands Beheer). Elke werknemer is als het ware vanuit HNB
gedetacheerd bij een van de werkmaatschappijen. Volgens Heineken is er
om deze reden geen sprake van overgang van onderneming.
Volgens bestuurder Toon Wennekers ziet FNV Bondgenoten dat anders:
"Onze juristen zijn van mening zijn dat er, ondanks het centraal
werkgeverschap bij Heineken, wel sprake is van overgang van
onderneming, omdat de zogenaamde 'essentiële materiële activa worden
overgenomen of ter beschikking worden gesteld aan de verkrijger ....'
en dat gebeurt bij de bij de uitbesteding van de catering".
Wennekers keurt daarnaast de handelswijze van Heineken af: "Als je als
onderneming iets doet, waarbij je werknemers de helft van hun salaris
kwijt dreigen te raken, dan is dat in strijd is met de norm van goed
werkgeverschap".
Het kort geding vindt donderdag 17 februari om 11.00 uur plaats
bij het Gerechtshof in Den Haag.
FNV