Informatie over 'Digitale Studiekeuzecoach'
26 januari 2005
PERSBERICHT
Start proef hulpprogramma via internet op 20 scholen
TU/e wil vwo'ers stimuleren tot beter doordachte studiekeuzes
Volgende maand start op een twintigtal vwo-scholen in ons land een
proef met het toepassen van een door de Technische Universiteit
Eindhoven (TU/e) ontwikkeld internetprogramma dat vwo'ers stimuleert
een beter doordachte studiekeuze te maken.
Volgens onderwijskundige en TU/e-studentenadviseur drs. Josje Knoop,
de ontwikkelaar van het online hulpprogramma, is dat hard nodig.
'Scholieren besteden bij wijze van spreken meer tijd en aandacht aan
het selecteren van een nieuw mobieltje of een nieuwe MP3-speler', zo
zegt zij, 'dan aan het kiezen van een vervolgstudie'. Aan de proef
zullen zo'n duizend vwo-6-leerlingen, begeleid door hun schooldecanen,
meedoen. De proef is onderdeel van het onderzoek van Josje Knoop,
waarop zij eind 2007 hoopt te promoveren.
Achtergrondinformatie
Net als andere universiteiten constateert de TU/e uit onderzoek dat
veel studenten achteraf concluderen dat zij als vwo-leerling te weinig
tijd en aandacht aan hun studiekeuze hebben besteed en daardoor een
onvolledig of onjuist beeld hadden van de opleiding waarvoor ze
indertijd kozen. Het gevolg daarvan is dat gemiddeld bijna een kwart
van de bij een universiteit gestarte studenten binnen anderhalf jaar
de studie staakt en overstapt naar een andere opleiding. 'De achteraf
onjuist gebleken studiekeuze betekent zowel voor de betrokken
studenten als voor de universiteiten en de maatschappij in het
algemeen een vervelende desinvestering', aldus Josje Knoop. 'Op basis
van onze ervaringen zijn we daarom twee jaar geleden binnen het
Studenten Service Centrum van de TU/e begonnen met de ontwikkeling van
een internetprogramma dat vwo-scholieren kan helpen een goed afgewogen
studiekeuze te maken, waardoor zij én wij later niet voor onaangename
verrassingen komen te staan. Dit programma is bedoeld als aanvulling
op bestaande studievoorlichtingsmiddelen en -activiteiten.'
Digitale sTUdiekeuzecoach
Het ontwikkelde internetprogramma 'Digitale sTUdiekeuzecoach' is op
dit moment nog exclusief afgestemd op een mogelijke opleiding aan de
TU/e. Het is echter de bedoeling dat het in de toekomst wordt
uitgebreid naar het volledige technische opleidingenspectrum van de
drie technische universiteiten in ons land. 'Maar de gekozen opzet is
in principe ook te vertalen naar andere vakgebieden en universiteiten
en hogescholen', aldus drs. Knoop. 'Op dit moment richten we ons
alleen op leerlingen die tenminste enige interesse hebben in een
technisch-wetenschappelijke opleiding aan deze universiteit.'
Studiehouding
De door de TU/e ontwikkelde 'Digitale sTUdiekeuzecoacht' telt op dit
moment vier onderdelen. Het eerste deel omvat een vragenlijst die de
leerling helpt zich een oordeel te vormen over de vraag in welke mate
hij (of zij) beschikt over de studie-houding voor een
wetenschappelijke dan wel een hbo-opleiding. Daarbij gaat het
bijvoorbeeld om zaken als goed kunnen plannen en zelfstandig kunnen
werken of juist de behoefte aan een wat strakkere begeleiding.
Uiteindelijk wordt dit deel afgesloten met een voorlopig advies voor
wo of hbo.
Reflectie op advies
Het tweede deel van het programma stimuleert de leerling nader na te
denken over dit advies. Dat gebeurt op basis van enkele
werkopdrachten. De leerling moet iemand uit zijn (haar) leefomgeving
(bijvoorbeeld een ouder, een mentor, een schooldecaan of een
medeleerling) vragen de vragenlijst uit het eerste deel ook eens in te
vullen met hem (of haar) in gedachten. Door de antwoorden van deze
persoon te vergelijken met de eigen antwoorden en te bespreken krijgt
de leerling een objectiever beeld van zijn studiehouding. Verder wordt
van de leerling gevraagd een goed voorbereid (groeps)gesprek over zijn
(of haar) studiecapaciteiten te voeren met zijn (of haar)
schooldecaan. Op grond van een en ander concludeert de leerling
uiteindelijk zelf of wo dan wel hbo het beste bij hem past.
Interesse voor techniek
Het derde deel van het programma daagt de leerling uit zelf te
ontdekken of een technische opleiding iets voor hem (of haar) is en zo
ja, welk type technische opleiding het beste bij zijn (of haar)
interesses past. Dat gebeurt aan de hand van beschrijvingen van
concrete situaties uit de maatschappij, waarin een probleem opgelost
of een behoefte beantwoord moet worden, bijvoorbeeld het probleem van
de wachtlijsten in de gezondheidszorg. De leerling kan een keuze maken
uit verschillende typen oplossingen of benaderingen die elk staan voor
een bepaald opleidingstype. Uiteindelijk levert deel drie van het
programma een ranglijst van opleidingen op die het beste bij de
interesses van de leerling aansluiten.
Gerichte informatieverzameling
Het vierde en laatste deel van het programma omvat gerichte opdrachten
om van enkele opleidingen uit de ranglijst de nodige informatie te
verzamelen. De leerling moet daar een eigen plan van aanpak voor
opstellen. Op basis daarvan gaat hij (zij) gericht op zoek naar
antwoorden op vragen die hij (of zij) (nog) heeft. Dat gebeurt door
informatie op de TU/e-website te raadplegen, door gericht
studievoorlichtingsmaterialen aan te vragen en te bestuderen, door
deel te nemen aan voorlichtingsbijeenkomsten bij de Eindhovense
universiteit en door gericht vragen te stellen aan studievoorlichters
of studieadviseurs van de universiteit. Uiteindelijk leidt het
programma de leerling naar het trekken van een conclusie. Dat hoeft
niet per definitie een keuze voor een opleiding aan de TU/e te zijn.
Geen zieltjes winnen
'Het gaat er ons niet om zieltjes te winnen. Ons doel is leerlingen
zorgvuldig na te laten gaan of ze de capaciteiten hebben om een
wetenschappelijke opleiding te volgen, of ze echt interesse hebben in
een technische opleiding en zo ja, welke van onze technische
opleidingen dan het beste aansluit bij hun interesse', aldus Josje
Knoop. 'Als een leerling gefundeerd besluit om toch iets heel anders
te doen, is dat ook voor ons een goede zaak. Andersom kan een leerling
dankzij vooral het derde deel van het programma ontdekken hoe
interessant en motiverend een technische opleiding kan zijn en wat
voor uitdagend en nuttig werk ingenieurs doen. Maar uiteindelijk kiest
de leerling zelf na uitgebreid plussen en minnen. Het programma
verlangt wel dat hij (of zij) beredeneerd aan kan geven waarom de
gekozen opleiding het beste bij zijn (of haar) capaciteiten en
interesses past.'
Proef
De proef met de 'Digitale sTUdiekeuzecoach' op een twintigtal
vwo-scholen in het zuiden van ons land heeft tot doel na te gaan of
het programma echt werkt. Om dat vast te stellen registreert en
verwerkt de TU/e de gegevens van de aan de proef deelnemende
leerlingen en volgt zij hun eerste stappen in het hoger onderwijs.
Uitgangspunt is dat de leerlingen die het programma hebben gebruikt in
het eerste jaar in het hoger onderwijs in mindere mate zullen
uitvallen dan leerlingen die het programma niet hebben gebruikt. De
proef moet aantonen of dit beoogde doel inderdaad in de gewenste mate
uit de verf komt. Aan de hand van de resultaten kan het programma waar
nodig bovendien verder worden verbeterd. TU/e-medewerkster Josje Knoop
wordt bij de ontwikkeling van en verder onderzoek rond de 'Digitale
sTUdiekeuze-coach' begeleid door prof.dr. Klaas Sijtsma, hoogleraar
'Methoden van psychologisch onderzoek' aan de faculteit der Sociale
Wetenschappen van de Universiteit van Tilburg. Het is de bedoeling dat
zij eind 2007 op het ontwikkelde programma en het onderzoek
daaromtrent bij prof. Sijtsma gaat promoveren. Afhankelijk van de
onderzoeksresultaten zal het waar nodig aangepaste programma in het
studiejaar 2007-2008 voor alle vwo-scholen beschikbaar komen om
toegepast te worden in het kader van de
loopbaanoriëntatie-activiteiten, die de leerlingen worden aangeboden
door hun schooldecanen.
Technische Universiteit Eindhoven