Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid

7 februari 2005

Prof.mr.dr. Leigh Hancher en drs. J. Schoonenboom benoemd tot lid van de WetenschappelijkeRaad voor het Regeringsbeleid (WRR)

Prof.mr.dr. L (Leigh) Hancher en drs. J. (Jan) Schoonenboom zijn op 4 februari door de regering benoemd tot lid van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR).

Leigh Hancher (1956) is werkzaam als hoogleraar Europees Recht aan de Universiteit van Tilburg en adviseur bij Allen & Overy Amsterdam.
Leigh Hancher is geboren in Kilbarchan, Schotland en heeft rechten gestudeerd aan de universiteit van Glasgow en Sheffield. In 1989 is zij cum laude gepromoveerd aan de Universiteit van Leiden.op haar proefschrift "Regulations for Competition: Government, Law and the Pharmaceutical Industry in the United Kingdom and France".
Voordien was zij als wetenschappelijk medewerker van 1988 tot 1991 verbonden aan de Universiteit van Leiden. Van 1991 ­ 1997 was zij hoogleraar Europees Recht aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam. In 1996 was zij bijzondere hoogleraar `natural resources law' ­ Universtity of Calgary, Canada Daarnaast geeft zij regelmatig gastcolleges in het buitenland, aan onder meer de, Universiteit van Leuven, de Universiteit van Stockholm en de Europese Academie in Trier en verschillende Nederlandse universiteiten. Zij heeft zich gespecialiseerd in Europese mededingingsrecht en beleid, en in het bijzonde op onderwerpen zoals steunverlening en het Europees en Nederlands recht met betrekking tot netwerksectoren als gas, elektriciteit, telecoms, transport, post en water. Haar deskundigheid gaat vooral uit naar de verbindingen tussen de veranderde rol van de overheid bij het stimuleren van marktwerking en liberalisering in (bij traditie) zwaar -gereguleerde sectoren.

Jan Schoonenboom (1942) studeerde sociologie aan de Rijksuniversiteit te Groningen. Van 1967- 1973 was hij werkzaam bij het ministerie van Sociale Zaken en Volksgezondheid, aanvankelijk als wetenschappelijk medewerker van de directie Algemene Sociale Aangelegenheden en later als hoofd van de afdeling Bijzondere Groepen. Sinds 1973 is hij verbonden aan de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid als lid van de wetenschappelijke staf. Hij hield zich daar bezig met uiteenlopende onderwerpen, zoals emancipatie van vrouwen, ontwikkeling van waarden en normen, allochtonen, massamedia, toekomstverkenning, sociale zekerheid, ruimtelijke ordening, veiligheidsbeleid, uitbreiding van de Europese Unie, ontwikkelingssamenwerking, milieubeleid, duurzaamheid en ­ recent ­ de internationale ontwikkeling van de politieke islam. Onder zijn leiding verscheen in 2004 het rapport `De Europese Unie, Turkije en de islam'. Van 1989 tot 1995 was hij bijzonder hoogleraar Toekomstverkenning en beleid aan de Landbouwuniversiteit. Zijn oratie was getiteld: `Tussen utopie en dystopie'. Hij is in 1993 benoemd tot Officier in de Orde van Oranje Nassau.


---- --