CDA

04-02-05
'Lissabonstrategie verwaterd tot nationale acties voor jobcreatie'

Deze week stelde de voorzitter van de Europese Commissie de nieuwe strategie voor om de Europese economie competitiever te maken en om "6 miljoen jobs te creëren binnen 5 jaar".

De zogenaamde "Lissabonstrategie" van de Europese Unie, namelijk tegen 2010 Europa de meest competitieve economie maken, is hierdoor volgens CDA-Europarlementariër Van Nistelrooij verwaterd tot het opstellen van nationale acties die jobcreatie verbeteren.

Van Nistelrooij: "Waarom moest de Lissabonstrategie nu eigenlijk bijgestuurd worden? Omdat juist de lidstaten van de Unie, die de uitvoering van de strategie moesten garanderen, zich niet genoeg van hun taak kweten. Het is daarom vreemd dat het nieuwe rapport van de Commissie van deze week weer alléén spreekt van nationale actieplannen. Er wordt dus weer een gelegenheid gemist om een realistische opening te maken naar de erkenning van het "regionale feit" in Europa. Ook in Nederland spelen de provincies méér en méér mee in het internationale veld en zijn zij het best geplaatst om aangepaste antwoorden te vinden op internationale problemen met weerslag op regionaal niveau."

"Het samenvatten door de Europese Commissie van regionale ontwikkeling als het alleen concentreren van hulp aan de armste regio's is een te smalle redenering en is volgens mij gebaseerd op de "oude agenda". Regionale ontwikkeling moet ook kunnen gebeuren via het ondersteunen van regio's met grote kansen (bijvoorbeeld op het vlak van innovatie) die nog verder kunnen groeien en omliggende, zelfs grensoverschrijdende regio's, kunnen meetrekken. Voor mij is dit de "nieuwe agenda". Regionaal werken is dus méér aandacht hebben voor de aparte gevoeligheden en ontwikkelingsproblemen van elke streek en daarvoor aangepast beleid voorzien."

"Om dus op de meest efficiënte manier een synergie te krijgen in Nederland tussen de provincies en Den Haag moeten we aanpakken in Nederland zelf en stelt het CDA voor dat "convenanten" worden ondertekend tussen elke provinciale overheid en de regering in Den Haag. Die convenanten maken dan per provincie algemene kaderafspraken en


-doelstellingen mogelijk, waarbinnen de provincies dan een flexibel en aangepast beleid kunnen voeren."