Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Toespraak

Directie:
Voorlichting

Publicatiedatum:
04-02-2005

Status:
Informatie

limes@flumina: erfgoed in beeld

N.B.: Alleen het gesproken woord geldt

Toespraak door staatssecretaris Van der Laan bij de lancering van het project Limes@flumina op 4 februari 2005 in Utrecht.

Dames en heren,

Eén beeld zegt vaak meer dan duizend woorden, hoor je mensen vaak zeggen. Ondanks dat dat een cliché is, schuilt daar een kern van waarheid in. Een heel mooi bewijs daarvan vind ik de beroemde historische schoolplaten van Johan Herman Isings. U kent vast wel die beroemde plaat van de overwintering op Nova Zembla, waar Willem Barentz en z'n mannen het opnemen tegen een stelletje ijsberen, het Behouden Huis op de achtergrond. Daar kon toch geen jaartal, geen rijtje feiten tegen op?

Zo'n Isingplaat bestaat er ook met de titel `De Romeinse legerplaats te Rijnmond', de ouderen onder u kennen hem misschien nog. Om u het beeld te schetsen: op die plaat ziet u een witte, verharde grindweg onder een bewolkte hemel, waarover twee stoere Romeinse soldaten lopen. In hun kielzog twee boeren met koeien aan een juk. Rechts vooraan staan Romeinse dames te onderhandelen met Germaanse kooplui over een stel koperen pannen en potten. En aan de andere kant van de weg staat een mooie witte villa, met zuilengang en driepuntig roodbakstenen dak, achter een legeraanvoerder te paard.

Een beeld om bij weg te dromen, terug in de tijd. En dat maakt zo'n plaat krachtig: het geeft in één klap weer wat de Limes voor ons land betekent heeft. De Limes was in z'n hoogtijdagen niet alleen een scheidslijn, maar ook een verkeersader en een handelsroute. Een grens dus die dus veel meer om het lijf had dan louter de Romeinen scheiden van de Barbaren.

De Limes vormt in zekere zin de bakermat van onze verstedelijking. Met Nijmegen, Maastricht en Utrecht als bekendste voorbeelden van netwerksteden avant la lettre. Belangrijk genoeg om dit deel van onze geschiedenis concreet op ons netvlies te hebben.

Vandaag de dag zijn de meeste Isings-platen alleen nog in het Onderwijsmuseum te bezichtigen. En dat is jammer, zeker in een tijd dat we het historisch en cultureel bewustzijn in onze multiculturele samenleving willen gaan versterken. En dus moeten we op zoek naar ándere middelen om het besef van geschiedenis, kunst en erfgoed in ons land te vergroten. Utrecht laat zien dat er wat dat betreft `meerdere wegen zijn die naar Rome leiden'. Want wat dacht u van een hedendaags kunstenaar die zich laat inspireren door ons erfgoed - en daarbij het verleden op een artistieke manier verbindt met ónze tijd en de toekomst?

Dames en heren,

We zijn hier bij elkaar om samen het videoproject van René Engelenburg in te wijden. Ook hij werkt met beeld, enorme beelden mag ik wel zeggen die geïnspireerd zijn op de Romeinse tijd in Nederland. Geen educatieve platen á la Isings, het zijn raadselachtige landschappen die eerder vragen oproepen dan antwoorden geven. Ik ben heel benieuwd hoe dat gaat werken. Wat de argeloze, kooplustige voorbijganger met die vragen gaat doen. Of men op het spoor naar het verleden wordt gezet. Of het bijdraagt aan het besef van onze nationale identiteit in het algemeen en die van Utrecht in het bijzonder.

Hoe dat experiment ook uitpakt, ik vind limes@flumina een leuk en fris initiatief. Iets anders dan potscherven en gebarsten kruiken in stoffige vitrines, met informatie erbij. Het past bij een moderne manier van geschiedenis in beeld brengen bij het publiek: mensen er via alle zintuigen bij betrekken. Met moderne middelen een appèl doen op de historische sensatie.
Heel goed ook voor het imago van archeologie. Zo laat je zien dat cultureel erfgoed - ook al blijft die bewaard in de bodem - ook ingezet kan worden als publiekstrekker. Een meerwaarde dus voor mensen én de stad.

Dames en heren,

Het Limes-project - drijvende kracht achter dit kunstwerk - draait nu een paar jaar, en werkt vanaf dag één vanuit de Belvedere-gedachte.

Beleid dat is ontworpen als een tweepuntige speer:

(1) cultuurhistorische waarden in landschap en stad worden als richtingaanwijzer meegenomen bij veranderingen in de openbare ruimte.

En:

(2) zoveel mogelijk Nederlanders worden bewust gemaakt dat ons landschap een verleden heeft. Een historische biografie die we met z'n allen moeten leren kennen en leren lezen.

De tijd dat dat stevig op de agenda moest worden gezet is nu écht voorbij. Het gaat nu om uitvoeren van concrete acties, de vertaalslag maken naar de praktijk, en doorpakken. Het Limes-project bewijst dat we die tweede etappe kunnen nemen. En dat samenwerking en wisselwerking met betrokkenen uit de praktijk kán, als je het goed aanpakt. Door kennis, onderzoek en ontwerp in de ruimtelijke ordening echt aan elkaar te koppelen. Door de kwaliteit van onze omgeving tot verantwoordelijkheid te maken van ons allemáál.

Ik zei al dat Utrecht daar als stad bewust mee om gaat. Dat zie je in projecten als de Hoge Woerd - waar het Romeinse erfgoed zichtbaar inspiratiebron is bij de bouw van de Vinexlocatie in de Leidsche Rijn. En ook Limes-stad Nijmegen is ermee bezig: in de herstructurering van de Westelijke binnenstad van Nijmegen wordt de Romeinse grens echt als rode draad meegenomen.
De samenwerking met de stad Utrecht, het projectbureau Leidsche Rijn en de gemeente Nijmegen is daarbij voorbeeldig voor vergelijkbare projecten in de toekomst.

De Limes wordt dan ook ook als voorbeeldproject genoemd in het nieuwe Actieprogramma Ruimte en Cultuur, dat ik met de collega's van zeven verschillende departementen binnenkort naar de Kamer stuur. Omdat werkt met thema's, die het Rijk belángrijk vindt:

Zoals:


- nieuwe ruimtelijke vraagstukken benaderen vanuit de geschiedenis van het landschap


- erfgoed zichtbaar en aantrekkelijk maken, ook als het bewaard blijft in de bodem

En:


- dit soort grensoverschrijdende projecten in samenhang - dus regionaal, landelijk of internationaal - belichten

In het voorjaar ga ik met de bestuurders uit het Limes-gebied - de drie provincies en de steden Nijmegen en Utrecht - om tafel zitten en een intentieverklaring voorbereiden. Dan zien sommigen van u hier en ik elkaar weer terug.

Dames en heren,

Daarmee kom ik tot een afronding van mijn verhaal. Ik zei aan het begin dat een beeld so msmeerzegtdanduizendwoorden.Diewoorden heb ik inmiddels uitgesproken, en het is de hoogste tijd dat we naar de kunst zelf gaan kijken.
Ik citeer slot professor Jos Bazelmans, die zich dagelijks sterk maakt om ons cultureel bewustzijn voor de archeologie te vergroten.

Hij zei (in de geest van de filosoof Gádamer

`We moeten ons het erfgoed van de Limes niet proberen voor te stellen als `Nachlass', dus als een concrete nalatenschap maar als `Nachleben'.
Waarbij de Limes letterlijk en figuurlijk doorwerkt in de talloze landschappen die er daarna en erop zijn ontstaan, gegroeid en vormgegeven.'

Laten we gaan bekijken hoe René Engelenburg dat heeft meegenomen in zijn landschappen van de toekomst. Volgt u mij naar de Gildentraverse, op de klanken van het muziekstuk Ville passager, gecomponeerd door Merlijn Twaalfhoven.

Ik dank u wel.