Socialistische Partij
Koppel ministersalaris aan uitkeringen of CAO
03-02-2005 * Politici zorgen aanmerkelijk beter voor zichzelf, dan
voor de mensen die ze vertegenwoordigen. Geen enkele versobering die
zij in het sociaal stelsel doorvoeren geldt ook voor hen, terwijl zij
in deze tijden het hardst roepen om zuinigheid. Wel komen met plannen
waarin zijzelf en hun topambtenaren er tientallen procenten per jaar
op vooruit willen gaan. "Onacceptabel," stelt SP-Kamerlid Jan de Wit.
"Het eigenbelang van politici moet worden ingeperkt door wetten en
regels."
Jan de Wit Een commissie onder leiding van oud-minister van
Binnenlandse Zaken Dijkstal heeft in beeld gebracht wat ministers,
topambtenaren en topfunctionarissen van zelfstandig bestuursorganen
verdienen. Het levert slechts een beperkt maar duidelijk beeld op. Het
kabinet heeft in grote lijnen instemmend gereageerd op het advies van
de commissie. Naar de mening van de SP is het goed dat er orde in de
chaos van het overheidsloongebouw komt, maar op de invulling valt
behoorlijk wat aan te merken. In vijf punten reageerde de SP als
volgt.
1. De 30% stijging van de ministersalarissen in een keer, is waanzin
en niet te verkopen.
De meeste Nederlanders zijn veelal op de nullijn zijn blijven zitten,
wat vaak een achteruitgang in koopkracht inhoudt, dus waarom ministers
wel een derde aan salaris erbij? De SP is er voor om de stijging van
minister salarissen te koppelen aan de stijging van ófwel de CAO
stijging, of de stijging van de uitkeringen.
2. De topambtenaren en topfunctionarissen bij de semi-overheid moeten
te allen tijde onder het salaris van de minister blijven.
Als ministers betogen dat goede mensen veel kosten, dan zoeken ze
mensen die niet, zoals Dijkstal dat noemt, `dienen' maar vooral
`verdienen' en dat is niet het soort mensen dat wij als incasseerder
van ons belastinggeld willen hebben. Het is idioot dat dit kabinet de
graaicultuur op aanmoedigt door topambtenaren er nog eens 6,6% bij
geven.
Ook topfunctionarissen bij semi-publieke instellingen moeten onder het
ministerssalaris blijven. Het is een grote fout geweest om de ZBO's
hun eigen salaris te laten bepalen. Het wekt toch scheve ogen als je
van publiek geld 2 of 3 keer zo veel verdiend als een collega bij een
ministerie? Reguleren die ZBO's.
3. Betaalde nevenfuncties moeten niet alleen voor politici, maar ook
voor topambtenaren uitgesloten zijn.
Het gevaar van belangenverstrengeling is op dat niveau - vooral voor
mensen die niet politiek gecontroleerd worden - te hoog en de idee van
`zakkenvullen' moet helemaal vermeden worden. Voorbeelden van
topambtenaren die zichzelf opdrachten toeschuiven is gewoon fraude. De
bijverdiensten van Commissarissen van de Koning zijn zo hoog dat ze
het beeld geven van graaien in de baas z'n tijd. En dat soort mensen
kan de burger nooit geacht worden te vertrouwen.
4. De wachtgeld- en arbeidsongeschiktheidsregelingen voor politieke
ambtsdragers moet versoberd worden, zodat deze gaan lijken op
uitkeringen die voor werknemers gelden.
De wachtgeldregeling moet net als de WW gemaximeerd tot een bepaald
bedrag. Hoewel de WW op ongeveer 22.000 euro gemaximeerd is, loopt een
wachtgeld uitkering al snel op tot 100.000 euro per jaar. De duur van
de wachtgelduitkering is bovendien vele malen langer dan de duur van
een WW uitkering. Na 4 jaar werk krijgt een politicus 4 jaar recht op
uitkering, terwijl een werknemer na die werktijd nog geen dag WW
krijgt.
De versoberingen die op de WAO in de jaren 90 zijn aangebracht zijn
door politici alleen voor zichzelf stuk voor stuk teruggedraaid.
Terwijl een politicus jarenlang 70% van zijn laatstverdiende loon
krijgt, belandt een werknemer al na een jaar op een minimumuitkering.
5. De sollicitatieplicht en de arbeidsongeschiktheidsregelingen moeten
identiek worden aan de regelingen die voor werknemers in Nederland
gaan gelden.
Politiek ambtsdragers worden uitgezonderd van de sollicitatieplicht
als ze boven de 57,5 jaar zijn die dankzij diezelfde politici wel voor
anderen geldt.
Voormalig SP-Kamerlid Remi Poppe liet zien hoe politici zichzelf
schaamteloos bevoordelen toen hij in 1996 in grote lijnen bepleitte
wat hier nog eens wordt voorgesteld. Hij vond als politicus dat het
salaris van politici moest worden gehalveerd. "En vervolgens gekoppeld
worden aan het minimumloon. Dat maakt dat wij kamerleden voortaan een
warmer gevoel krijgen als we het minimumloon kunnen verhogen in plaats
van verlagen." Die instelling leeft bij de SP voort.