Zambia: opvanghuis voor straatkinderen in Lusaka
Francis Chisango (17) is één van de 100.000 straatkinderen in de
hoofdstad van Zambia, Lusaka. "Na de dood van mijn vader in 1990 kon
ik niet bij mijn moeder blijven. Ik moest naar een oom in de rijke
'Copper Belt'. Maar het klikte niet tussen ons. Na bijna twee jaar ben
ik weggelopen om mijn moeder te zoeken, maar ik kon haar niet vinden.
Door bedelen en stelen moest ik aan eten zien te komen. Ik leefde op
straat."
"In 1993 werd ik gevonden door iemand van het Rode Kruis die mij naar
het Drop-Inn Center bracht. In het begin vond ik het niet echt leuk
daar. Ineens moest ik rekening houden met anderen, terwijl ik op
straat eigen baas was. Eigenlijk bleef ik er alleen maar omdat ik er
kleren en eten kreeg."
"Later ging het beter. Ik ging naar school en in 1996 werd mijn moeder
gevonden met de hulp van het Rode Kruis. Nu woon ik bij haar.
Tussendoor werk ik in het Drop-Inn Center." Francis heeft weer
vertrouwen in de toekomst en weet wat hij wil: andere straatkinderen
helpen.
Ongeveer tien jaar geleden richtte het Zambiaanse Rode Kruis het
Drop-Inn Center op. Dagelijks vangt dit centrum 150 straatkinderen
tussen de 5 en 16 jaar op.
Het project wordt gesteund door de Rode Kruis districten Amstelland,
Hart van Brabant, Twente Zuid-Oost, Midden Holland, Noord Kennemerland
en de Rode Kruis afdelingen Sittard en Dalfsen.
Het Nederlandse Rode Kruis