Gemeente Breda

Breda is zevende winkelstad van Nederland

Uit de eerste editie van de Bredase Detailhandelsmonitor, die de gemeente Breda vandaag publiceert, blijkt dat Breda met een totale winkelvloeroppervlakte van 324.000 vierkante meter de zevende plaats inneemt op de Nederlandse winkelsteden ranglijst. Overigens is die omvang al weer toegenomen met circa 16.000 m2 met de afronding van de derde en vierde fase van de woonboulevard. Die werd onlangs door burgemeester Van der Velden geopend.

In verhouding tot het aantal inwoners neemt Breda met die omvang zelfs de derde plaats op die lijst in. Met de samenstelling naar branche loopt Breda goed in de pas met de 30 grootste Nederlandse steden. Verschilpunten zijn het iets hogere percentage filiaalbedrijven, in Breda 59% terwijl het landelijk gemiddelde 52% bedraagt, en het relatief grote oppervlak aan woonwinkels. De Bredase Woonboulevard is even groot als die van Utrecht. In dit opzicht delen beide steden de derde plaats.

Trends

Breda kent net als andere grote steden de trends schaalvergroting, thematische benadering en mengvormen van winkels, horeca en zakelijke dienstverlening. Succesvol voorbeeld van de thematrend is de Bredase Woonboulevard. Qua grootte de derde van het land en goed voor zo'n drie miljoen bezoekers per jaar. Woonwinkels trokken vanuit het stadscentrum naar deze locatie en in het centrum kwamen nieuwe kledingzaken en exclusieve winkels. Deels zijn het filiaalbedrijven, maar de historische binnenstad, het dwaalmilieu eromheen en de inlopers huisvesten nog steeds veel unieke winkels. Daardoor is de Bredase binnenstad aantrekkelijk voor funshoppers en toeristen uit een grote regio. Wekelijks trekt de binnenstad zo'n 450.000 bezoekers.

Verzorgingsstructuur

Uit de detailhandelsmonitor blijkt tevens de sterke positie van de wijkwinkelcentra en een wisselend beeld voor de buurtwinkelcentra. Supermarkten krijgen weliswaar een steeds ruimer verzorgingsgebied, maar door de combinatie van winkelfuncties met andere vormen van horeca en dienstverlening kan iedereen in Breda voor de boodschappen dicht bij huis terecht.

Monitoren

Omdat beleid en dagelijkse praktijk geen gescheiden werelden mogen zijn, is begin 2002 in de detailhandelsnota vastgelegd dat specifieke monitoring van de detailhandel zou plaatsvinden. Op die manier wordt getoetst of de samen met partners uit de markt ontwikkelde beleidsuitgangspunten in de praktijk aan de verwachtingen voldoen. Bovendien kan met deze bewaking' tijdig gesignaleerd worden of er nieuwe ontwikkelingen in de markt zijn en of bijsturing van beleid en activiteiten nodig is. De detailhandelsmonitor vormt een aanvulling op de Economische Barometer en geeft, evenals bijvoorbeeld de Vastgoedmonitor dat doet, meer in detail aan welke ontwikkelingen zich in de sector aftekenen.

Breda, 1 december 2004