Gemeente Meppel
Kerntakenonderzoek rapport
1. Inleiding
Vertrekpunt van het in 2003 ingevoerde duale systeem is een gemeenteraad die veel meer dan voorheen gaat
optreden als volksvertegenwoordiging, als een gemeenteraad die weet wat er leeft in gemeente, dorpen, wijken
en buurten. Als een gemeenteraad die ontwikkelingen, problemen en misstanden signaleert en vervolgens op de
politieke agenda plaatst of het nu bijvoorbeeld gaat om vraagstukken van gemeentelijke dienstverlening, veilig-
heid, openbaar groen, zorg en welzijn of vertrouwen in de lokale politiek. De verschillende fracties bepalen
vervolgens in onderling debat een visie c.q. raadsprogramma, waarin op hoofdlijnen een antwoord wordt gege-
ven op de vraag "Wat vinden wij als gemeenteraad belangrijk en wat zijn de ontwikkelingen die wij nastre-
ven?". Vervolgens wordt die raadsvisie uitgewerkt en worden er politieke keuzes gemaakt. Keuzes die zo con-
creet mogelijk zijn, bijvoorbeeld in de zin van `Over drie jaar dient het aantal verkeersslachtoffers in onze ge-
meente met 25% te zijn afgenomen'. En keuzes die vertaald worden in opdrachten aan het college, neergelegd
in een kadernota of programmabegroting. Als laatste moet de gemeenteraad nagaan of het geformuleerde beleid
juist wordt uitgevoerd: control; én hoe dat beleid in de praktijk uitwerkt: evaluatie.
Bij het vervullen van al die rollen door de gemeenteraad nieuwe stijl is goede en eenduidige informatie cruci-
aal. Informatie op basis waarvan je prioriteiten kunt stellen, doelgroepen kan benoemen, beleid kan evalueren,
etc. In het kader van de binnenkort door de gemeenteraad van Meppel te voeren kerntakendiscussie heeft de
fractie Sterk Meppel daarom aan BCO- Kennisonderzoek en Statistiek de opdracht gegeven om een representa-
tief en wetenschappelijk verantwoord onderzoek uit te voeren. Dit onderzoek is bekostigd uit het fractiebudget-
ten 2004 en 2005 van de fractie Sterk Meppel.
Een kerntakendiscussie is veel meer, dan wat wel eens wordt gedacht, kiezen welke autonome (niet wettelijk
verplichte) taken een gemeente kan schrappen. Het is ook veel meer dan een bezuinigingsdiscussie, ook al ligt
er die vaak aan ten grondslag. Dat laatste is ook nu het geval.
Bezuinigd kan er niet alleen worden via het schrappen van taken, maar ook via een soberder uitvoering daar-
van. Dat zou bijvoorbeeld kunnen via het verlagen van subsidies of het genoegen nemen met lagere kwaliteits-
niveau's. Niet alleen bij autonome taken kunnen afwegingen gemaakt worden ten aanzien van de te hanteren
kwaliteitsniveaus's. Dit geldt evenzeer voor taken die een gemeente wettelijk verplicht dient uit te voeren. Zo
zou je als gemeente, zolang de veiligheid is gewaarborgd, met een wat mindere kwaliteit van het onderhoud
van wegen kunnen volstaan. Ook op het gebied van de kwaliteit van de dienstverlening heeft een gemeente
(veel) speelruimte, zo lang ook daar maar de wettelijke normen in acht worden genomen.
In overleg met de fractie Sterk Meppel heeft BCO voor het kerntakenonderzoek een uitgebreide vragenlijst
ontwikkeld. Vragen zijn, indachtig het hiervoor gestelde, niet uitsluitend gericht op `bezuinigingsmogelijkhe-
den' en autonoom beleid, maar veeleer op gebruik van voorzieningen, kwaliteitsniveau's en het belang dat bur-
gers hechten aan het in stand houden van bepaalde voorzieningen. Daar bezuinigingen het effect kunnen heb-
ben, dat het beroep op vrijwilligers toeneemt (gesubsidieerde verenigingen en instellingen), wordt ook aandacht
besteed aan vrijwilligerswerk en mantelzorg. Verder zijn achtergrondkenmerken, die het mogelijk maken
`doelgroepen' te identificeren (minima, ouderen, gezinnen met jonge kinderen etc.), van belang. Enerzijds, om-
dat maatregelen voor de ene doelgroep heel anders kunnen uitpakken dan voor de andere (o.a. kwetsbaarheid),
maar van de andere kant ook, omdat politiek en beleid vaak sterk gericht zijn op doelgroepen.
Op hoofdlijnen komen in de vragenlijst de volgende onderwerpen aan de orde:
· de inrichting en kwaliteit van de woonomgeving
· aanbod, gebruik en kwaliteit van voorzieningen op het gebied van sport, cultuur en recreatie door jon-
geren en volwassenen
· het belang dat wordt gehecht aan het in stand houden van specifieke voorzieningen
· het belang dat wordt gehecht aan allerlei vormen van beleid, zoals handhaving, bestrijding stille ar-
moede, subsidiebeleid, investeringen in verkeersveiligheid en sportstimulering
· vrijwilligerswerk, mantelzorg en de bereidheid zich actief in te zetten voor het leefbaar houden van de
eigen buurt
· ervaring met en tevredenheid over de gemeentelijke dienstverlening en oordelen over het functioneren
van de gemeentelijke dienstverlening
10 © BCO Kennisonderzoek & Statistiek, hoofdrapport onderzoek kerntaken gemeente Meppel, januari 2005 © BCO Kennisonderzoek & Statistiek, hoofdrapport onderzoek kerntaken gemeente Meppel, januari 2005 3
· persoonlijke omstandigheden (gezinssamenstelling, gezondheid, stille armoede en dergelijke)
· prioriteiten, waarbij aangegeven kan worden waarop men vooral zou willen bezuinigen en waaraan
men juist (meer) aandacht en geld aan zou willen besteden.
Via een aantal open vragen wordt tevens de gelegenheid geboden om standpunten toe te lichten, knelpunten te
beschrijven en eigen onderwerpen aan te dragen. Deels is gebruik gemaakt van de vragen uit het in december
2002 in opdracht van de fractie Sterk Meppel uitgevoerde leefbaarheidonderzoek. Dit maakt het mogelijk om,
indien gewenst, vergelijkingen te maken tussen dit 2 jaar geleden uitgevoerde onderzoek en het huidige onder-
zoek.
Veel gemeenten zijn al vertrouwd met het uitvoeren van publieksonderzoek. Onderzoek dat zich veelal richt op
de kwaliteit van de dienstverlening aan de balie, het imago van de gemeente en de algemene tevredenheid van
burgers. Publieksonderzoek uitgevoerd in het licht van meestal politiek en maatschappelijk gevoelige - kern-
takendiscussies komt veel minder voor. Dat dit onderzoek niet namens `de gemeente' wordt uitgevoerd, maar
in opdracht van een specifieke politieke partij is zelfs erg ongebruikelijk. Het brengt ook het risico met zich
mee, dat de uitkomsten van het onderzoek op voorhand ter discussie worden gesteld als zijnde `niet onafhanke-
lijk en dus gekleurd'. Om dit risico zo veel als mogelijk is te beperken is gekozen voor een beknopte rapportage
op hoofdlijnen. Een rapportage, die niet veel meer bevat dan een beschrijving van de voornaamste onderzoeks-
uitkomsten en in feite fungeert als leeswijzer, bij het uitgebreide tabellenboek, dat onderdeel uitmaakt van de
rapportage.
Bij de kale rapportage, waarvan hier sprake is, wordt slechts beperkt ingegaan op achtergrondkenmerken, ver-
schillen in beleving tussen doelgroepen en wijken, dwarsverbanden en dergelijke. Inhoudelijke voorkeuren
kunnen namelijk ook bij onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek, medebepalend zijn voor de wijze waarop
deze `verdieping' plaatsvindt. Om te compenseren voor de onderbenutting van de onderzoeksresultaten die dit
vooralsnog tot gevolg heeft, is in overleg met de fractie Sterk Meppel voorzien in een vervolgtraject. Een tra-
ject dat zou moeten leiden tot een breed gedragen verdieping van de onderzoeksuitkomsten. Na aanbieding van
het basisrapport en het tabellenboek krijgen bij de kerntakendiscussie betrokken partijen de gelegenheid om
afzonderlijk en/of gezamenlijk aanvullende vragen aan BCO - Kennisonderzoek en Statistiek te stellen. Vragen
die als leidraad zullen dienen bij het verdiepen van de onderzoeksuitkomsten.
In hoofdstuk 2 van dit basisrapport komen onderzoeksopzet en respons aan de orde, waarna in hoofdstuk 3 be-
knopt wordt ingegaan op de onderzoeksresultaten.
4 © BCO Kennisonderzoek & Statistiek, hoofdrapport onderzoek kerntaken gemeente Meppel, januari 2005 © BCO Kennisonderzoek & Statistiek, hoofdrapport onderzoek kerntaken gemeente Meppel, januari 2005 9
Mantelzorg en vrijwilligerswerk 2. Onderzoeksopzet, steekproef en respons
Ruim de helft van de deelnemers aan het onderzoek verricht incidenteel of structureel vrijwilligerswerk en/of
mantelzorg. Van hen zou 15% daarbij (extra) ondersteuning goed kunnen gebruiken. Bij 15% á 20% van alle
deelnemers blijkt in principe sprake te zijn van ruimte om (meer) vrijwilligerswerk te verrichten, in de vorm Onderzoeksopzet en steekproef
van deelname aan een vrijwilligerspool, helpen aan het leefbaar houden van de eigen buurt en zelfwerkzaam- Gekozen is voor een schriftelijk onderzoek, omdat het daarmee mogelijk is, ook bij een relatief klein budget,
heid bij verenigingen en instellingen na privatisering. zoals bij dit onderzoek het geval is, veel personen te benaderen en relatief veel onderwerpen met voldoende
diepgang te bevragen. Om voldoende betrouwbare uitspraken te kunnen doen, is uitgegaan van het realiseren
Dienstverlening en functioneren gemeente van ruim 500 ingevulde vragenlijsten. Om dit te bereiken zijn bruto 1.400 huishoudens benaderd. Deze huis-
In driekwart van de gezinnen heeft een of meer van de leden in het afgelopen jaar (2004) een beroep gedaan op houdens zijn geselecteerd uit een aselecte steekproef van 4.000 adressen, uitgevoerd door Cendris1.
de gemeente Meppel. Over het contact met en de handelwijze van de gemeente is men overwegend tevreden. Evenals bij het in december 2002 uitgevoerde onderzoek is uitgegaan van een responspercentage van 40% en
Alleen het omgaan met klachten wordt eerder als `slecht' dan als `goed' getypeerd en ook contacten namens dus 560 ingevulde vragenlijsten. Deze `verwachte' respons ligt beduidend onder de respons, waarmee BCO -
buurten en straten blijken verre van vlekkeloos te verlopen. Kennisonderzoek en Statistiek in de regel te maken heeft: 55% - 65%. Belangrijkste redenen om uit te gaan van
Burgers is een groot aantal stellingen over het functioneren van de gemeente Meppel voorgelegd. Op de meeste een respons van 40% zijn:
punten, met name daar waar het gaat om dienstverlening, scoort de gemeente redelijk, maar erg positief is men
zeker niet. Soms is het oordeel zelfs uitermate negatief: tweederde vindt dat er op het gemeentehuis zakelijker Het inwoneraantal van de gemeente Meppel, dat met circa 30.000 beduidend hoger is dan dat van de
en efficiënter gewerkt kan worden, de helft is van mening dat de gemeente geld over de balk smijt en slechts gemeenten, waarvoor BCO Kennisonderzoek en Statistiek meestal onderzoek verricht (15.000
16% ondersteunt de stelling dat de gemeente zijn zaakjes goed voor elkaar heeft. Niet meer dan 7% vindt daar- 20.000 inwoners). Uit ervaring blijkt dat kleinere gemeenten relatief hoog scoren wat betreft deelname
naast dat de plaatselijke politieke partijen doen wat ze beloven. aan publieksonderzoek (betrokkenheid).
Het uitvoeren van een onderzoek namens één politieke partij in plaats van namens de gemeente. Hier-
Gebruik en instandhouding van voorzieningen en prioriteiten beleid door ontbeert het onderzoek een deel van de `stimuli' die deelname aan het onderzoek bevorderen, zo-
Een belangrijk deel van de vragenlijst is gewijd aan het gebruik van specifieke voorzieningen. Gevraagd is in als een aanbevelingsbrief en perspublicaties namens de gemeente en `garanties' ten aanzien van de be-
hoeverre van die voorzieningen gebruik wordt gemaakt en in hoeverre men het belangrijk vindt dat die voor- nutting van de onderzoeksresultaten door de gemeente.
zieningen blijven bestaan. Tevens is gevraagd zowel via gesloten als via open vragen om aan te geven, wel-
ke zaken prioriteit hebben en waarop bezuinigd zou kunnen worden. In het onderzoek van 2002 is gekozen voor een gestratificeerde steekproef, waarbij in Nijeveen en in het `bui-
Bij het lezen van het tabellenboek, zou de indruk kunnen ontstaan dat de inwoners van Meppel `alles' belang- tengebied' (Rogat, de Schiphorst en Broekhuizen) naar verhouding meer adressen zijn benaderd dan in Meppel.
rijk vinden. Op de gehanteerde 7-puntschalen (1=uiterst onbelangrijk, 7=uiterst belangrijk) wordt gemiddeld Dit om ook op het niveau van de kleine kernen, zinvol en betrouwbaar uitspraken te kunnen doen. In het geval
zelden lager dan 4 gescoord. Dit is een bekend gegeven. Evenals dat deelnemers aan een personeelsenquête niet van Nijveen heeft dit toen goed uitgepakt, maar voor het buitengebied bleef het gewenste effect: een in absolute
gemakkelijk zullen aangeven `iets niet goed te kunnen', geven burgers niet gemakkelijk aan iets onbelangrijk te termen voldoende hoge respons echter uit. Met als voornaamste oorzaak het in absolute zin geringe aantal in-
vinden. Gemakkelijker is het om aan te geven dat je iets nog niet goed genoeg kunt of dat iets niet echt belang- woners en adressen, in combinatie met het feit dat doordat een deel van dit gebied wat voorzieningen betreft
rijk is. Daarom is ook gewerkt met 7-puntschalen in plaats van de traditionele 5-puntschalen. Dit vergroot de gericht is op de Wijk, de verwachte hoge respons in het `buitengebied' uitbleef. Deze keer is daarom volstaan
spreiding en daardoor wordt het gemakkelijker om een onderscheid te maken tussen datgene wat echt belang- met het benaderen van `extra' adressen in Nijeveen (totaal 200) en een aselecte steekproef voor de rest van de
rijk wordt gevonden en datgene wat men niet echt belangrijk vindt. Dit wordt vooral zichtbaar door de verschil- gemeente.
len in gemiddelde scores op de diverse aspecten en minder in absolute scores op de vragen.
Voor het onderzoek is het hoofd van het huishouden benaderd. Omdat bij een meerpersoonshuishouden meestal
Als belangrijkste zaken om in stand te houden en/of te verbeteren komen zwembad, bibliotheek, veilige wan- sprake is van meerdere hoofden van het huishouden, is verzocht de vragenlijst te laten invullen door het hoofd
delroutes, optreden tegen gevaarlijk rijden, onderhoud fietspaden buitengebied, Ogterop en het bestrijden van van het huishouden dat het eerste in het jaar jarig is.
stille armoede uit de bus. Het minst belangrijk vindt men meer koopzondagen, het aankleden van en meer acti-
viteiten in de grachten en het verder open graven van de Gasgracht. Respons
De respons, gecorrigeerd voor onbestelbaar terugontvangen vragenlijsten, komt op dit moment uit op 39,1%
Elke deelnemer aan het onderzoek is gevraagd 1.000 euro te verdelen over zaken die volgens hem of haar top- (542 ingevulde vragenlijsten bij een `netto' steekproef van 1.386). Er druppelen nog vragenlijsten binnen en
prioriteit verdienen. Onderhoud openbare ruimte (20%), bereikbaarheid en verkeer (19%), kunst, cultuur, sport alle vragenlijsten die woensdag 26 januari in bezit zijn van BCO, worden alsnog verwerkt en dus ook betrokken
en recreatie (25%) minima en stille armoede (9%) en openbare orde en veiligheid (9%) komen daarbij als voor- bij de verdieping van de onderzoeksresultaten.
naamste aandachtspunten uit de bus.
Rekening houdend met de oververtegenwoordiging van Nijeveen in de steekproef, mag gesteld worden dat de
Op vergelijkbare wijze is gevraagd naar mogelijke bezuinigingen. Bestuur en organisatie (het gemeentehuis, de verdeling van de respons naar wijk een goede afspiegeling vormt van de verdeling binnen de gemeente als ge-
ambtelijke organisatie) is met 47% de absolute koploper. Met andere woorden, heel veel burgers vinden dat de heel.
gemeente eerst intern orde op zaken moet stellen, voordat gepraat kan worden over het bezuinigen op voorzie-
ningen. Een kwart van het te bezuinigen bedrag is door de deelnemers aan het onderzoek gevonden in `kunst,
cultuur, sport en recreatie', met een zwaar accent op kunst en cultuur.
1 Dochteronderneming TPG-Post
8 © BCO Kennisonderzoek & Statistiek, hoofdrapport onderzoek kerntaken gemeente Meppel, januari 2005 © BCO Kennisonderzoek & Statistiek, hoofdrapport onderzoek kerntaken gemeente Meppel, januari 2005 5
Tabel 1: 3. Onderzoeksresultaten en leeswijzer
Verdeling respons naar kern / wijk
Dimensie / stelling adressenbestand respons Zoals in hoofdstuk 1 aangegeven fungeert dit hoofdstuk vooral als leeswijzer bij het uitgebreide tabellenboek
en vindt een verdieping van de onderzoeksresultaten plaats op basis van vragen en wensen van politieke partij-
Centrum/Haveltermade 33,4% 29,1% en (en college).
Koedijkslanden 23,2% 20,7%
Achtergrondkenmerken
Oosterboer 24,7% 25,7% Armoede wordt ervaren door 9% van de huishoudens. Armoede in die zin dat men zo weinig te besteden heeft
Nijeveen 13,0% 17,3% dat aan zaken die voor de meeste burgers normaal zijn niet kan worden meegedaan, vrijwel altijd gecombineerd
Overig 4,7% 4,0% met te weinig geld om in dringende gevallen duurzame gebruiksgoederen te vervangen. Daarnaast heeft 16%
van de huishoudens in mindere mate last van inkomensproblemen: 8% in de zin van niet echt goed mee over
kunnen en 8% in uitsluitend financiële termen. Deze resultaten zijn vrijwel identiek aan die van het onderzoek
Evenals in het vorige onderzoek is gevraagd naar de politieke voorkeur in de vorm van het stemgedrag van december 2003.
tijdens de gemeenteraadsverkiezingen van maart 2002. Tijdens die verkiezingen kende de gemeente
Meppel een opkomst van 61,2%. Van de deelnemers aan het onderzoek heeft 85% gestemd. Niet-stemmers zijn Huishoudens die armoede ervaren, zijn relatief vaak te vinden onder huishoudens waar sprake is van gezond-
dus ondervertegenwoordigd. Daar staat tegenover dat van een vrij grote groep niet-stemmers meningen en wen- heidsproblemen, onder lager opgeleiden en onder huishoudens waar het hoofd van het huishouden geen betaal-
sen in beeld gebracht kunnen worden. de baan meer heeft.
In de gemeenteraad van Meppel zijn 5 politieke partijen vertegenwoordigd: Sterk Meppel, PvdA, CDA, VVD
en ChristenUnie. De deelnemers aan het onderzoek, die tijdens de gemeenteraadsverkiezingen 2002 hun stem Woonomgeving
hebben uitgebracht, vormen een behoorlijk goede afspiegeling van de verhoudingen binnen de gemeenteraad. Uit de vragen naar de tevredenheid met diverse aspecten van de directe woonomgeving is een viertal dimensies
Met dien verstande dat `de achterban' van de opdrachtgever van het onderzoek, Sterk Meppel, ondervertegen- te destilleren: speelmogelijkheden, verkeersveiligheid, onderhoud openbare ruimte en winkelvoorzieningen. In
woordig is en die van de PvdA oververtegenwoordigd. de wijk `Centrum/Haveltermade' is de tevredenheid met aanbod en kwaliteit van speelruimte en -voorzieningen
vrij laag, terwijl Nijeveen beduidend lager dan gemiddeld scoort op winkelvoorzieningen. Gemeentebreed zijn
Tabel 2 veel inwoners (30% - 35%) expliciet ontevreden over het onderhoud van de openbare ruimte.
Verdeling respons en populatie naar `politieke voorkeur'
(in gemeenteraad van Meppel vertegenwoordigde partijen) Meest voorkomende vormen van overlast in de directe woonomgeving zijn te hard rijdende auto's, hondenpoep
Partij Gemeente Meppel Respons en rommel op straat. Naar verhouding wordt de meeste overlast ervaren in de wijken `Centrum/Haveltermade'
Sterk Meppel 29,5% en Koedijkslanden. Dat gebeurt vooral in termen van `rommel op straat en hondenpoep' en in mindere mate als
24,6% gevolg van verkeer en jongeren (rondhangen, uitgaan etc.).
PvdA 25,1% 30,7%
CDA 19,4% 18,8% Het overgrote merendeel van de inwoners van de gemeente Meppel vindt het prettig wonen in de eigen buurt.
VVD 18,4% `Slechts' 7% scoort overwegend neutraal tot negatief.
18,8%
ChristenUnie 7,7% 7,0% Thuiswonende kinderen
Bijna eenderde van de deelnemers aan het onderzoek heeft een of meer thuiswonende kinderen. Iets meer dan
De vragenlijst is wat vaker door een man (52%) ingevuld dan door een vrouw (48%). Dit heeft naar verwach- helft daarvan is lid van een sportclub en nog eens 29% (ook) van een andersoortige vereniging of club. Er is
ting te maken met de wijze waarop de steekproef tot stand is gekomen. De door Cendris geleverde adressen geen sprake van verschillen in deelnamepercentage tussen kinderen van gezinnen, waarin sprake is van stille
bevatten de naam van het hoofd van het huishouden, meestal een man. Het is verre van uitgesloten dat een deel armoede en kinderen uit andere gezinnen.
van de geadresseerden de instructie om de vragenlijst te laten invullen door het eerst in het jaar jarig zijnde Binnen 10% van de gezinnen kampt een of meer kinderen met een `probleem', meestal van niet ernstige aard.
hoofd huishouden, niet tot zich heeft genomen. Overigens is de `oververtegenwoordiging' van mannen volledig Slechts enkele ouders geven aan dat ze onvoldoende steun krijgen bij het aanpakken van die problemen.
geconcentreerd binnen de leeftijdgroep 60 jaar en ouder. Iets minder dan de helft van de ouders vindt dat er voldoende aanbod in de buurt is in de vorm van sport, cul-
tuur, recreatie, buiten spelen etc. voor hun thuiswonende kinderen. Volgens veel ouders is het aanbod te klein
Daar gegevens over de leeftijdsverdeling van de respondenten in de steekproef niet beschikbaar zijn, kan niet of aan de krappe kant.
worden nagegaan in hoeverre sprake is van een representatieve respons naar leeftijd. Als alternatief zou de leef-
tijdverdeling van de respondent en zijn gezinsleden kunnen worden vergeleken met cijfers van de gemeente Sport, cultuur en recreatie
Meppel. In de vragenlijst is echter niet gevraagd naar de leeftijd van de partner van de respondent. Dus ook in Gezinnen waarvan een of meer leden actief zijn op het gebied van sport, cultuur of recreatie, geven daaraan
dit opzicht is geen gedetailleerde vergelijking mogelijk. Daarom is nagegaan in hoeverre de onderzoeksresulta- gemiddeld 59 euro per maand uit. Een laag inkomen lijkt participatie in deze te belemmeren. Ongeveer de helft
ten beïnvloed kunnen zijn door een selectieve respons naar leeftijd. Hoewel in een aantal gevallen leeftijd wel van gezinnen die in meer of mindere mate te kampen hebben met stille armoede, geeft aan dat de kosten (te)
degelijk een belangrijke factor is, bijvoorbeeld wat betreft sportdeelname, blijken dit niet of nauwelijks het ge- hoog zijn in relatie tot het inkomen. Ruim 45% geeft ook aan dat men vaker `actief zou deelnemen' indien dit
val te zijn. Het zelfde geldt voor verschillen in respons naar geslacht, politieke voorkeur en wijk. Weging van betaalbaar zou zijn. Bij de overige gezinnen geeft 16% dit aan.
de onderzoeksresultaten om voor dergelijke verschillen te corrigeren, kan daarom achterwege blijven. Ongeveer 90% van de geïnteresseerden in een activiteit (schouwburgbezoek, recreatief fietsen, sport, etc.) is
van mening dat het aanbod van die activiteit in de gemeente Meppel toereikend is.
6 © BCO Kennisonderzoek & Statistiek, hoofdrapport onderzoek kerntaken gemeente Meppel, januari 2005 © BCO Kennisonderzoek & Statistiek, hoofdrapport onderzoek kerntaken gemeente Meppel, januari 2005 7
---- --