Persoonsgebonden budget
Kamerstuk, 28-1-2005
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
DVVO/ZV-U-2554868
28 januari 2005
Tijdens het algemeen overleg van 14 december 2004 over het
persoonsgebonden budget (pgb) heb ik u toegezegd, dat ik mijn besluit
over het afschaffen van de regeling `10%-overheveling', vermeld in
mijn beleidsbrief van 30 november 2004 "het pgb gewogen" evaluatie en
vooruitblik (Tweede Kamer, vergaderjaar 2004-2005, 25 657 en 26 631,
nr. 29), zal heroverwegen. Hierbij wil ik gaarne aan deze toezegging
voldoen.
De regeling `10%-overheveling' houdt in dat een budgethouder bij een
doorlopend pgb niet besteed budget mag overhevelen van het ene
kalenderjaar naar het volgend kalenderjaar tot een maximum van 10% van
het netto toegekende pgb. Omdat deze regeling de uitvoering van de
pgb-regeling nieuwe stijl bemoeilijkt, heeft het College voor
zorgverzekeringen voorgesteld de 10%-overheveling af te schaffen.
Hoewel ik eerder heb erkend dat uitvoering van de regeling grote
administratieve problemen voor de zorgkantoren oplevert, ben ik na
heroverweging bereid de Kamer tegemoet te komen op het punt dat het
belang van handhaving van de regeling voor de budgethouders dient te
prevaleren boven de administratieve belasting voor de zorgkantoren. Ik
besluit daarom de 10%-overheveling te handhaven.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
drs. Clémence Ross-van Dorp
Toon mij de laatste
* Nieuwsberichten
* Persberichten
* Kamerstukken
* Speeches
* Alle documenten
________
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport