27 januari 2005
Samenwerking sportopleidingen is wapen in strijd tegen overgewicht van
kinderen
Kinderen in Nederland worden steeds zwaarder. De manager van de
sportopleidingen van de Haagse Hogeschool, John van den Berg, ziet
hier een belangrijke taak weggelegd voor het bewegingsonderwijs. De
leraren lichamelijke oefening zouden, nog meer dan nu al gebeurt, het
voortouw moeten nemen om gezondheidsaspecten in hun vak aandacht te
geven. Dat vraagt van de leraren en sportopleidingen een hoge
doorlopende kwaliteit: professionals, van mbo tot en met hbo!
Volgens John van den Berg is samenwerking tussen mbo en hbo de
waarborg voor die kwaliteit, want een sterke beroepskolom, daar hebben
studenten, het werkveld, de opleidingen én de samenleving baat bij. De
afdeling Sport van de Haagse Hogeschool, met de Opleiding tot Leraar
Lichamelijke Oefening en de opleiding Sport en Bewegen
(Sportmanagement), heeft in 2004 afspraken met drie mbo-scholen
vastgelegd in een convenant om die samenwerking vorm te geven. Het
doel is gezamenlijk de kwaliteit van de doorstroom van mbo-studenten
Sport en Bewegen naar de genoemde hbo-opleidingen te verbeteren. De
samenwerking heeft onder meer al geleid tot de instroom van mbo-ers in
het 2e jaar van beide opleidingen.
Steeds meer basisscholen kiezen naast een leraar lichamelijke oefening
met een hbo-achtergrond, voor de zogenaamde LOBOS, Leraren
Ondersteuners Bewegings Onderwijs en Sport. Volgens van den Berg een
belangrijke ontwikkeling, want er kan nooit teveel aandacht gaan naar
het bewegingsonderwijs. Maar we moeten de kwaliteit kunnen waarborgen,
gezien de steeds belangrijker wordende maatschappelijke taak. De
ondersteuners moeten dus niet in plaats komen van de leraren
lichamelijke oefening, maar een aanvulling zijn, anders komen we van
de regen in de drup.
De opleiding Sport en Bewegen en de opleiding tot Leraar Lichamelijke
Opvoeding (HALO) houden op zaterdag 5 februari Open Dag op hun eigen
locatie aan de Laan van Poot, van 11.00 uur tot 15.00 uur.
Haagse Hogeschool