Gemeente Westerveld
28-1-2005
Onderbouwdag 26 januari was nuttig en leerzaam
Op woensdag 26 januari 2005 werd in de gemeente Westerveld voor de
eerste keer een zogeheten onderbouwdag gehouden. Deze studiedag vond
plaats in cultureel centrum "Over Entinghe" in Dwingeloo. Bijna 50
peuterspeelzaalleidsters en leerkrachten van groep 1 en 2 uit het
basisonderwijs namen deel aan deze dag.
Alle scholen en peuterspeelzalen uit de gemeente waren
vertegenwoordigd. Ook was er een afgevaardigde van de kinderopvang en
de bibliotheek aanwezig. De organisatie was in handen van Bert Deuling
van stichting Kobalt en Geertje Otten, co?nator van stichting
peuterspeelzalen. De gemeente zorgde voor de benodigde faciliteiten en
verleende op deze wijze haar bijdrage.
Wethouder Ruud Smeenk sprak in zijn openingswoord over de steeds
verdergaande samenwerking tussen de beleidsterreinen onderwijs en
welzijn. Meer aandacht en zorg voor voor- en vroegschoolse educatie en
voor een goede afstemming. Een warme overdracht van het kind naar een
nieuwe periode, zodat gesproken kan worden van een Doorgaande Lijn.
Met name bij zorgkinderen is een nauw contact tussen de beide
instellingen essentieel.
De themadag begon met een aantal stellingen onder de noemer
"Dolgedraaid! Mogen peuters nog peuteren en kleuters nog kleuteren.
Elly Naarding van Stichting Kobalt ging in op het observeren en volgen
van kinderen; wat moet en wat mag". Geconstateerd werd dat je tijdens
het spelen en in het spel kunt zien hoe een kind zich ontwikkelt.
Voelt een kind zich prettig en hoe kun je daaraan bijdrage? De
stelling werden in een groepsdiscussie besproken.
Annelie Hoeksma, begeleidster van zorgpeuters en -kleuters op een
vensterschool, vertelde over de dagelijkse praktijk van het werken met
een peutervolgsysteem. Administreer je achterstanden of organiseer je
kansen?; meten is immers willen weten. In een forumdiscussie met een
panel kwam naar voren hoe belangrijk het is juist vanuit het kind te
handelen en niet alleen af te gaan op toetsen.
Tijdens het middaggedeelte konden twee van in totaal vijf workshops
worden bijgewoond. Deskundige en ervaren medewerkers van diverse
organisaties waren ingehuurd om deze onderdelen te begeleiden:
* Voorwaarden voor het bieden van optimale zorg. Hoe kun je kinderen
de juiste hulp bieden?
* Bevorderen van sociale vaardigheden. Hoe ga je om met kinderen met
gedragsproblemen?
* Stimulering van de taalontwikkeling van peuters en kleuters. Op
speelse wijze m.h.v. de Schatkist.
* Ouders, leidsters en leerkrachten. Betrokkenheid van ouders is
onmisbaar.
* Spelbegeleiding. Over spelniveaus, samenspelen en
spelbegeleidingstechnieken.
Door inhoudelijk hier mee aan de slag te gaan en door naar elkaar te
luisteren, werd het een nuttige en leerzame dag. Nauwere samenwerking
wordt in de eerste plaats voor de kinderen, de leerlingen belangrijk
geacht. De evaluatie moet uitwijzen of en hoe deze onderbouwdag een
vervolg krijgt.